Een handvol filosofen - pagina 278
Geschiedenis van de filosofiebeoefening aan de Vrije Universiteit in Amsterdam van 1880 tot 2012
274 ^ -D Feiten en gebeurtenissen
wijs, maar ook diverse activiteiten van de Centrale Interfaculteit positief waardeer-
den. Tot deze activiteiten behoorden de jaarlijkse conferenties ter afsluiting van het
collegejaar en de lustrumcongressen. Zo werd het congres dat in 1979 werd gehou-
den ter gelegenheid van het derde lustrum van de faculteit, ook door buitenstaan-
ders een succes genoemd.
Onder het congresthema 'Systeemdenken en samenlevingsproblematiek' werden
diverse problemen en de toekomst van de technisch-wetenschappelijke cultuur aan
de orde gesteld. Vragen kwamen aan de orde over de aard van de moderne weten-
schap, het abstract-wetenschappelijke denken dat de samenhangen in de werkelijk-
heid zou verbreken, en de grenzen van het systeemdenken. Na een inleidende be-
schouwing van prof. M.C. Smit over de filosofische en culturele situatie, volgden
de referaten van twee systeemtheoretici, dr. K. Steinbuch en dr. G. de Zeeuw. Ver-
der werd gesproken over toepassingen van het systeemdenken in de geneeskunde
(door J.H. van Bemmel), in het onderwijs (A. Dirkzwager), in de economie (H.
Linneman) en in de sociologie Q. van der Zouwen). J. Ellul, P.P. Kirschenmann en
E. Schuurman hielden - ieder op zijn eigen wijze - filosofisch-evaluatieve beschou-
wingen. De bundeling van de teksten van de referaten leverde een waardevol docu-
ment op.' De faculteit had zich van haar beste kant laten zien. Er was echter ook een
andere kant, die leidde tot de genoemde irritatie in andere faculiteiten.
2 Negatieve beeldvorming van de Centrale Interfaculteit
Met het vervroegde vertrek van Zuidema (1971), het overlijden van Smit (1981) en
de emeritering van Van Riessen (1981) en Troost (1984) hadden de oudere vertegen-
woordigers van de tweede generatie van de calvinistische wijsbegeerte de Centrale
Interfaculteit verlaten. Gedurende twintig jaar hadden zij - Zuidema aanmerkelijk
korter - hun stempel op de faculteit gedrukt en met hun onderwijs en pubHcaties
de beeldvorming van de faculteit naar buiten in belangrijke mate bepaald. Niet al-
leen de door hen gerepresenteerde calvinistische wijsbegeerte die in de Centrale In-
terfaculteit dominant was, wekte irritatie, maar ook de door hen ingenomen stand-
punten op godsdienstig en maatschappelijk terrein. Zuidema had zich na de tweede
wereldoorlog gekeerd tegen de onafhankelijkheid van Indonesiƫ, de groeiende sym-
pathie van de Gereformeerde Kerken voor de Wereldraad van Kerken, en moderne
theologische opvattingen. Op al deze punten had hij Van Riessen, Smit en Troost
aan zijn zijde gevonden.' In hun religieuze plaatsbepaling, filosofisch onderwijs en
onderzoek, en kerkelijke en politieke positiekeuzen waren zij antithetisch ingesteld.
Zij gingen uit van een religieuze strijd die zich op alle terreinen van het leven zou
openbaren. Hoewel zij erkenden dat deze religieuze strijd ook - en allereerst - in het
eigen hart plaatsvond, trokken zij echter vooral de aandacht met hun bestrijding van
diverse verschijnselen die zij beschouwden als uitingen van godsdienstige afval. Zo
polemiseerden zij frequent met tegenstanders en vermeende tegenstanders.
In de jaren twintig en dertig hadden Vollenhoven en Dooyeweerd op grond van
de door hen ontwikkelde calvinistisch-filosofische inzichten kritiek uitgeoefend
1 Zie S. Strijbos (red.), Systeemdenken en samenlevingsproblematiek (Amsterdam, 1981).
2 Zie artikelen van Zuidema en Van Riessen in Feenstra, Gereformeerden, waarom?, pp. 14, 119, 124.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 2013
Publicaties VU-geschiedenis | 548 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 2013
Publicaties VU-geschiedenis | 548 Pagina's