GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Een handvol filosofen - pagina 56

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een handvol filosofen - pagina 56

Geschiedenis van de filosofiebeoefening aan de Vrije Universiteit in Amsterdam van 1880 tot 2012

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

J2 I Fragiel begin (1880-1^18)

brief van Kuyper aan het college van directeuren, waarin hij zich wenste te zuiveren

van de blaam dat hij het vertrouwen van de directeuren had geschonden, werd door

het college voor kennisgeving aangenomen."*

Overigens was het college van directeuren het niet eens met de opvatting van De

Savornin Lohman over artikel 2 van de statuten, maar na kennisneming van het rap-

port van de Commissie van Enquête en nog voor de jaarvergadering in Leeuwarden

ging een delegatie van het college bij De Savornin Lohman op bezoek om hem voor

de universiteit te behouden. Het is niet waarschijnlijk dat de directeuren de ver-

wachting hadden dat Lohman van mening zou veranderen, maar zij wilden op een

respectvolle manier met hem omgaan en gaven blijk van hun onvrede over de gang

van zaken rond Seinpost."'

Kuyper kende Hovy beter dan omgekeerd. Kuyper wist dat Hovy niet alleen een

sociaal bewogen werkgever was, maar ook dat hij een paternalistische instelling

had. Hij was tegen de door Kuyper verdedigde uitbreiding van het kiesrecht. Toen

in 1890 een van zijn werknemers door de Antirevolutionaire Partij kandidaat werd

gesteld voor de Amsterdamse gemeenteraad, stond Hovy op het standpunt dat hij

- indien verkozen - ontslag moest nemen uit het bedrijf. Er zouden volgens hem in

het bedrijf gezagsproblemen kunnen ontstaan. In het politieke conflict tussen Kuy-

per en De Savornin Lohman stond Hovy in principe aan Lohmans kant. Hoewel

hij trouw was gebleven aan de Antirevolutionaire Partij, had Kuyper niets te zoe-

ken bij hem die zich op grond van inhoudelijke argumenten met Lohman verbon-

den voelde.

Hovy had groot respect voor De Savornin Lohman die raadsheer was geweest, lid

van de Eerste en Tweede Kamer, minister van Binnenlandse Zaken, voorzitter van

de Unie 'De School met den Bijbel', opsteller van het grote volkspetitionnement in

1878 en medeoprichter, curator en twee keer rector van de Vrije Universiteit. De

manier waarop Kuyper cum suis Lohman hadden behandeld, vond Hovy onwaardig

en beschamend. Bovendien had Hovy niet ingestemd met de conclusie van de Com-

missie van Enquête. Hij was als president-directeur lid van deze commissie geweest

en kon veel van de inhoud van het commissierapport onderschrijven, maar de con-

clusie ging hem te ver. Tijdens de jaarvergadering van de vereniging in Leeuwarden

had hij de aanwezigen opgeroepen de motie niet te aanvaarden, omdat zij geen recht

deed aan het werk en de intentie van De Savornin Lohman; hij had dan ook tegen

de motie gestemd. Niet omdat hij achter Lohman stond, maar omdat hij geen enkele

verantwoordelijkheid wilde dragen voor de manier waarop deze hoogleraar werd

behandeld.'^" Daarom kon hij op 16 oktober 1896 aan Lohman schrijven: 'Ik verliet

het Directorium (niet de V.U.) omdat ik gewenscht had, dat met meer tederheid en

broederlijke omzichtigheid ware gehandeld; niet omdat ik meen, dat de V.U. van

haar grondslag is afgeweken. Dit Is het onderscheid tusschen u en mij'."'

Enkele dagen eerder, op 12 oktober, had Hovy zijn besluit definitief gemaakt en

aan het college van directeuren geschreven dat hij het voorzitterschap neerlegde. Hij

bleef de universiteit echter financieel steunen.

118 Archief college van directeuren. Notulen, 10 januari 1896.

119 Archief college van directeuren, Notulen, 8 mei en 6 juni 189e.

120 "Zie Jaarverslag van de Vereeniging (over 1896) 1897, pp. Ixiv-lxv, Ixxii.

121 Geciteerd uit Suttorp, Alexander Frederik de Savornin Lohman, p. 93.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 2013

Publicaties VU-geschiedenis | 548 Pagina's

Een handvol filosofen - pagina 56

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 2013

Publicaties VU-geschiedenis | 548 Pagina's