GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Revue 2000 - pagina 5

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Revue 2000 - pagina 5

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Latijn en mijn bijvakken waren Grieks en Oude Geschiedenis. De Oude Geschiedenis dat was en is nog steeds mijn grote liefde. En dan met name de eerste eeuwen n.C. Als 1 7-jarige student kwam ik te wonen in het hospitium ('het spie') van de VU aan de Keizersgracht 162. Daar bevonden zich, behalve enkele collegezalen, de kamers waarop de VU-studenten woonden. Het 'spie' was een grachtenhuis in de oude stijl, met in het midden een binnenplaats - om daglicht bij de verschillende vertrekken binnen te brengen. Achter het huis lag de tuin en daarachter weer het achterhuis. Het achterhuis stond met zijn rug tegen de brandweerkazerne op de Prinsengracht. De senaatszaal was de grote officiële zaal. Aan de tuin lag de zogeheten Tuinkamer. Daar stond onder andere een tafel met de gehele kerkelijk pers ter inzage. Wat me bijstaat is dat ze altijd vreselijk liepen te kiften in die stukken. Ze hadden altijd wel een aanleiding om elkaar het leven zuur te maken. In het 'spie' bevond zich ook het klassiek seminarium met -achter slot en grendel- de vaktijdschriften die ik graag las. Daar kon je nauwelijks bij komen. Dan moest je eerst naar de bibliothecaris en hem er toe zien te bewegen de kast te openen. Toen ik in 1928 aan de VU begon bestond de VU al 48 jaar en ik heb als derdejaars het 50jarig jubileum nog meegemaakt. Dat feest werd toen gegeven in het Vondelpark, in wat nu het Filmmuseum heet. We hadden allemaal baretten op van het corps. Om die baretten droegen de theologen een wit, de juristen een rood, en de 'litterairen' een blauw lint. De professoren stonden op het bordes, behangen met hun onderscheidingen. Het was een tijd waarin de VU heel goed haar best deed 'mee te tellen;' iets wat toen nog nauwelijks het geval was. De VU werd niet echt erkend door de andere universiteiten. De VU was sterk verbonden aan de

vrije Universiteit

amsterdam

Gereformeerde kerk en de Antirevolutionaire Partij. Daar leefde de VU zogezegd vóór - en ook van! De VU was immers grotendeels afhankelijk van particuliere donaties van haar achterban. Zo waren er veel VU-studenten die geheel of gedeeltelijk leefden van beurzen verstrekt door de kerkelijke gemeente. Ik heb overwegend aangename herinneringen aan mijn studietijd. Een totaal andere wereld dan nu. Het ging er heel gemoedelijk en informeel aan toe. Ik had maar een handjevol medestudenten en iedereen kende elkaar. Onze doctoraalcolleges werden gewoon bij de hoogleraar thuis, in zijn studeerkamer en onder het genot van een kopje thee, gegeven. En daar werden de tentamens ook afgenomen. Nu moet u weten dat de hoogleraren vaak politiek actief waren en niet zelden in de Eerste, de Tweede Kamer en de gemeenteraad zaten. Ze hadden dan ook talrijke mooie onderscheidingen - niet vanwege hun academische prestaties maar dankzij hun politiekbestuurlijke nevenactiviteiten. In de pauzes van de colleges kregen we vaak hele verhandelingen over de gemeentelijk of landelijke politiek. Die verhalen waren, methodologisch gesproken, vaak nog leerzamer dan de collegestof zelf! Zo heb ik veel van 'mijn prof' R.H. Woltjer geleerd. Dat bleek wel toen ik later bij de Algemene Winkler-Prins werkte als deskundige Klassiek Talen en Letterkunde. Ik ben in die tijd geen enkele keer iets tegengekomen waar ik nog nooit van gehoord had! Woltjer gaf zijn colleges Oude Geschiedenis op zaterdagmorgen. Moetje je voorstellen! D'r waren natuurlijk genoeg studenten die op zaterdagochtend niet te porren waren voor een college - temeer daar die colleges uitermate saai waren... Op een goeie zaterdagmorgen zat ik daar dan ook bij Woltjer als enige student. Laat nu net op die dag jonkheer De Brauw binnenkomen in zijn hoedanigheid als lid van de Commissie Toezicht op de Bijzondere Universiteiten. Ter wille van

De Alumnus

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2000

Revue | 124 Pagina's

Revue 2000 - pagina 5

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2000

Revue | 124 Pagina's