Studentenalmanak 1914 - pagina 141
FARRAGO 131
van vorm voldoen, welgevallen te vinden en zich daarin te ver-
lustigen.
De empirische aesthetica komt verder tot gelijke uitkomst, als
ze de schoonheid-scheppende gave bij den kunstenaar onderzoekt.
Kennis van psychische, physische, historische, sociale omstandig-
heden kan hierbij van grooten dienst zijn; als men afkomst, aan-
leg, ontwikkeling, milieu enz. van den kunstenaar bestudeert, zal
men zijn persoon en karakter niet alleen, maar ook zijne kunst
beter begrijpen en waardeeren. En ook kan men door deze psy-
chologisch-historische onderzoekingen genezen worden van allerlei
dwaze theorieën, die over kunstenaar en kunst in omloop zijn.
Zoo verliest bijv. de leuze van l'art pour l'art in de historie schier
allen grond; al is een scheppingsgave en schoonheidsdrang in
den kunstenaar onmisbaar vereischt, beide kunnen toch op allerlei
wijze en door allerlei middelen, ook bijv. van financieelen aard,
in werking gebracht worden, zonder dat de kunst er onder lijdt.
Het genie kent zelf de gelegenheden niet, waarbij het geïnspi-
reerd wordt.
Maar als wij ten slotte alles weten, wat over de levensom-
standigheden van den kunstenaar door nauwkeurig onderzoek
aan het licht is gebracht, dan blijven wij toch aan het eind voor
eene verborgenheid staan, voor het geheim der persoonlijkheid,
voor het mysterie van het genie. Wel heeft men in de laatste
jaren aan de studie van persoonlijkheid en genie veel arbeid en
moeite besteed; ten deele ook met de hoop, dat als men eenmaal
wist, hoe de natuur bij het voortbrengen van genieën in het ver-
leden te werk was gegaan, zij zich in de toekomst door de
menschelijke scherpzinnigheid zou laten leiden, om kunstmatig
een steeds grooter aantal Uebermenschen voort te brengen. Erfe-
lijkheid niet alleen, maar ook neurasthenie en pathologie zijn te
hulp geroepen, om oorsprong en wezen van het genie te ver-
klaren. Doch — zonder ook in het minst aan al deze onderzoe-
kingen te kort te doen — ten slotte blijft ons niet veel anders
over dan met de ouden te belijden: kunst is eene gave, de dichter
wordt niet gemaakt maar geboren, een kunstenaar is kunstenaar
bij Gods genade, est deus in nobis, agitante calescimus illo.
Laat het waar zijn, dat genie inspanning en arbeid niet uitsluit,
dat het, naar het toch zeker wel overdreven woord van Edison,
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1914
Studentenalmanak | 236 Pagina's
![Studentenalmanak 1914 - pagina 141](https://geheugenvandevu.digibron.nl/images/generated/studentenalmanak/studentenalmanak-1914/1914/01/01/1-thumbnail.jpg)
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1914
Studentenalmanak | 236 Pagina's