Studentenalmanak 1914 - pagina 137
FARRAGO 127
een schilderstuk mooi kunnen doen vinden. Het zijn volstrekt
niet alleen aesthetische elementen, die daarbij eene rol spelen,
maar dikwerf in niet mindere mate allerlei factoren en invloeden,
die met aesthetica weinig te maken hebben, als daar zijn: de
relatie, waarin men tot den vervaardiger staat, de mode, die ook
in de kunst zoo dikwerf den toon aangeeft, de hooge prijs, dien
men er voor betaalt, de gedachte aan de eer der menschen, die
men als kooper en bezitter ontvangen zal enz.
Dit alles betreft nog slechts de methode, zooals ze experi-
menteel bij onszelven of bij anderen in onze omgeving kan wor-
den toegepast. En hier doen zich allerlei vragen en problemen
voor, of men deze schoonheidsgewaarwordingen meer van den
subjectieven kant (door introspectie) of meer van de objectieve
zijde, meer psychologisch of meer physiologisch moet trachten
te benaderen; of deze experimenteele methode alleen bij de
elementaire aesthetische indrukken kan aangewend worden, dan
wel of ze ook hooger, tot meer ingewikkelde verschijnselen van
aesthetische genieting, kan worden uitgebreid, of men al dan
niet hopen mag, dat men langs dezen weg tot vaststelling van
zekere kenmerken voor het schoone zal kunnen komen. In één
woord, al de vraagstukken, die bij de empirische psychologie
voorkomen, herhalen zich hier, en al de richtingen, die daar zich
voordoen, laten zich ook in de aesthetica gelden.
Toch is hiermede nog slechts een vergelijkenderwijs klein
gebied aangewezen, waarop de empirische aesthetica zich te
bewegen heeft. Veel grooter, ja eindeloos uitgebreid wordt het
veld van onderzoek, als zij de objectieve aesthetische verschijn-
selen gadeslaat, welke de geschiedenis der menschheid haar te
zien geeft, en daarvan de oorzaken, de ontwikkeling, de wetten
wil leeren kennen.
Ten eerste kan zij dan een onderzoek instellen naar den
schoonheidszin, die aan de menschheid eigen is, en trachten na
te gaan, op welke wijze, uit welke factoren, onder welke invloe-
den deze ontstaan is, hoe hij zich bij de verschillende volken in
den loop der tijden ontwikkeld heeft, of er en zoo ja, welke een-
heid er in de bonte, eindelooze verscheidenheid aanwezig is. Ten
tweede kan zij hare aandacht vestigen op de kunstenaars, die
het schoone hebben voortgebracht, en er studie van maken, door
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1914
Studentenalmanak | 236 Pagina's
![Studentenalmanak 1914 - pagina 137](https://geheugenvandevu.digibron.nl/images/generated/studentenalmanak/studentenalmanak-1914/1914/01/01/1-thumbnail.jpg)
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1914
Studentenalmanak | 236 Pagina's