Studentenalmanak 1926 - pagina 180
168 SPEL VAN DEN SPIEGEL?
tot ik in de golvende streepkleuren en deinende tintmassa's
allen zie, die bij mc zijn.
Kijk toch, die duivel daar achter me heeft z'n hoofd
omgekeerd! hij loert met z'n oogen en staat met z'n rug
naar me toe. Zal ik me neerleggen daar op den grond? zal
ik mezelf prikken dat ik bloed zie, o! waarom ga je niet
weg daar achter dien spiegel, waarom kijk je me toch zoo
aan? Wie ben je, die me zoo kwelt! Ben je de oude dwinge-
land aan wien de Phoeniciërs hun kinderen offerden in den
roodgloeienden Moloch? Waar zal ik me verbergen, ver-
bergen ha! ha! voor m'n spiegelbeeld dat me laat zien toch,
dat er meer wezens in de wereld zijn dan alleen van vleesch
en bloed!
Bang voor m'n spiegelbeeld, m'n eigen spiegelbeeld daar
— twee handbreedten verder, daar in dat violette licht!
O wat gloeit m'n hoofd, wat staren m'n oogen! Ja, houd 'm
vast met je oogen dien loerder achter 't spiegelglas! Oh!
waarom steek ik je niet dood, waarom dwing je me telkens
om weer te komen, weer in den spiegel te zien, de ellebogen
op den mantel, om te staren, te wachten en om bang te zijn?
Die schilderij daar achter me, met dien jongenskop, gaat
die ook al beginnen? O, 't is allemaal niet waar, zeg ik —
en tóch 't is waar, heb je 't nooit gevoeld, jongen, dat je
jezelf niet heelemaal kent, of liever dat je je eigenlijk zelf
niet kent?
't Is waar, dat jezelf een ander bent dan jezelf en dat je
niet weet hoe! Dat je loopt op straat en je jezelf ziet gaan,
en dat je je geneuchten kunt hebben en zelf er om lachen.
Ja dat is het, je kan lachen als een ander om jezelf — omdat
je jezelf bent en de duivel staat er bij links achter je, en
z'n rug is naar je toe en z'n hoofd kijkt je aan met groote
groene oogen, waarvan je rug rilt als van de lucht in een
grafkelder! Wie ben je toch, en wie stelt je wetten als je
zoo staat? Philosopheeren kan niet meer dan, de directe
aanschouwing staat vóór je, achter den spiegel, in al z'n
loodgrauw cynisme. Tracht te spotten als je kunt, geen
sneer komt er voort uit je kopergloeiendc keel — wie grijpt
je beet? D a a r ! . . . . die koude druk? Is het de angst, de
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1926
Studentenalmanak | 217 Pagina's
![Studentenalmanak 1926 - pagina 180](https://geheugenvandevu.digibron.nl/images/generated/studentenalmanak/studentenalmanak-1926/1926/01/01/1-thumbnail.jpg)
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1926
Studentenalmanak | 217 Pagina's