GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Studentenalmanak 1926 - pagina 170

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Studentenalmanak 1926 - pagina 170

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

158 SAPPHO

het ,,vak" kan geven, bezield, zeggen we, Sappho te willen

plaatsen in „cultuur-historisch verband". Om wat het meest

in haar naar voren treedt, zullen wij dan haar open erotiek

wel samen moeten zien met uitingen als Dionysusfeesten en

de gewijde lasciviteit van sommige processies, („De" antieke

cultuur....!) En ten deele zijn we daarmee in ons recht,

maar toch... . weer moeten wc woorden van Cobet hooren:

castigabitur temeritas illorum, qui illotis manibus hacc sacra

attrectant, Bij de beste bedoelingen kan dat ons gebeuren;

met onzuivere handen het gewijde aanraken. Sappho, en ook

Sappho's erotiek classificeeren. .. . de individualiteit laat

zich niet door iets algemeens beperken. Sappho's rijke per-

soonlijkheid (toch ook al bijna een begrip, geabstraheerd uit

het beeld, dat wij van haar „ontvangen") gaat daar boven uit.

En wat Sappho dan is? De hier bovenstaande woorden

van Plato, waarin hij de verrukking schildert, die den wijs-

geerigen eroticus wacht aan 't einde van den dialectischen

gang, wanneer hij plotseling de Idee zal aanschouwen, kan

ieder tot devies kiezen, die met toewijding een studie

beoefent. Maar toch wel zeer dikwijls valt dat geluk ten deel

aan hem, die zich mag bezig houden met menschen, hun zijn,

hun leven en werken. Zoo kan het ons ook bij Sappho

gaan. Wie op haar toetreedt (maar dan ook OQ§C3Q, dat is

vooral: eerbiedig), zal iets zien, inderdaad „wonderlijk

schoon van aard". En hij zal instemmen met Strabo's oor-

deel: 'd'avfiaaróv ri xQfjfMi, een wonder — want deze rijke,

begaafde vrouw, die den drang en den moed der liefde

kende, wist haar ziel geheel open te leggen, en tocli het

„geheim" er in te bewaren. "Ayva, kuisch, was ze, maar in

een beteekenis, die ver uitgaat boven 't zuiver negatieve van

't alledaagsch spraakgebruik. In den hoogsten zin is ze

geweest, wat zij zelf zeide: altijd-maagd zal ik zijn,

G, J. de V,

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1926

Studentenalmanak | 217 Pagina's

Studentenalmanak 1926 - pagina 170

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1926

Studentenalmanak | 217 Pagina's