Studentenalmanak 1928 - pagina 89
JAARVERSLAG 81
wordt ingeprent, dat standsverschil larie, dispuuthaat
grappig en nuttig, maar dwaasheid, elke scheidslijn en
groepeering onwezenlijk, kortom, dat er een éénheid is.
Het spreekt vanzelf, dat deze verschillende opvatting der
doelstelling ook verschillende waardeering meebrengt van
de middelen, die ter bereiking vein het doel worden aan-
gewend, In het eerste geval zijn die middelen eigenlijk
Selbstzweck, Een „geslaagde" vergadering beteekent dan
goede opkomst, een vlotte speech, een geestige mentor, In
het tweede geval kan ondanks, ja dank zij dat alles de
avond mislukt zijn.
Verschil in waardeering ook van het werk der conunis-
sies en van den Sfenaat, De klacht over „gebrek aan mede-
werking" is al zoo oud als het Corps zelf. Maar ligt in
die klacht zelf reeds niet opgesloten de onjuiste voorstel-
ling, dat uwe functionarissen meer werkezels dan stuurlui
zijn? Alsof ooit eenige Senaat of commissie meer zou
kunnen doen dan leiding geven aan, desnoods prikkelen
tot wat slechts de Corpsleden en speciaal de jongerejaars
zélf kunnen doen; het moeizaam opbouwen en telkens weer
herstellen van een vriendschappelijken geest in het Corps,
d, w. z, de eerste en laatste voorwaarde vervullen tot zijn
wezenlijken bloei!
Deze quaestie moge van practisch belang zijn, ik zou
haar hier niet hebben aangeroerd, als zij niet de levens-
vraag was voor de Sociëteit, Die Sociëteit wordt overschat
en onderschat. Overschat, als men in haar bestaan alleen
reeds het bewijs ziet „dat er nog kracht zit in de tegen-
woordige generatie van de studenten der Vrije Universiteit,"
Als dat bestaan iets bewijst, dan hoogstens dit, dat enkelen
in een vlaag van enthousiasme hard hebben gewerkt, en
dat Uwe vergadering te weinig het risico der onderneming
inzag om tegen dat enthousiasme bestand te zijn.
Die Sociëteit wordt onderschat, waar men in haar slechts
fuiftooneel ziet en weigert te erkennen, dat zij een middel,
hét middel is en zijn kan ter bereiking van een waarlijk
bloeiend Corps. Men beschuldigt den Senaat van opper-
vlakkige bevordering der amicitia, men verwijt hem ver-
6
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1928
Studentenalmanak | 238 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1928
Studentenalmanak | 238 Pagina's