GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Studentenalmanak 1928 - pagina 166

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Studentenalmanak 1928 - pagina 166

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

156 WAAROP DE ONDERSCHEIDING: MODERNE--

heid zelve als aan een teere draad is opgehangen. Het

impressionisme -kent nog wel de verschijningsqualiteiten van

kleur en vorm, maar toch altijd slechts in onderschikking

aan de domineerende elementen van licht en atmospheer,

gelijk men dan ook zegt dat deze erin „opgelost" zijn. Zoo

werd in het impressionisme de realiteitsversohijning tot op

zekere hoogte opgelost, waarmee tevens een meerdere vrij-

heid van den kunstenaar t, o. v, de werkelijkheid als iets

specifiek-modems geponeerd was, welke vrijheid zich nog

verder zou evolueeren.

Immers — het proces van de oplossing der realiteit in

de schilderij stond niet stil, maar zette zich voort in het

luminisme, dat niets anders dan de uiterste consequentie

van het impressionistisch licht-principe beteekende. Voor

den luminist is er maar één realiteit; het licht zelf, zoodat

de dingen voor hem geen andere waarde hebben dan als

optische lichtindruk. Alle zelfstandigheid wordt aan de

dingen ontnomen, waar deze slechts in hun licht-qualiteit

gegeven zijn; eigen kleur en stofuitdrukking, zooals het

impressionisme die nog aan het ding — zij 't ook in onder-

schikking aan licht en atmosfeer — had toegekend, vallen

thans geheel weg. Nu had de luminist — als elk schilder —

slechts één middel ter beschikking om het licht te geven:

de kleur. De oplossing van het probleem waarvoor hij zich

aldus gesteld zag, n.1. met de kleur louter licht te geven,

bracht hij langs wetenschappelijken weg tot oplossing door

het licht in kleur te breken, op de wijze z^ooals een licht-

straal, door een prisma vallend, zich in de spectraalkleuren

differentieert en deze ongebroken, d, w, z. zonder eenige

menging aangewende kleuren tot zijn uitsluitend beeldend

materiaal te maken. De kleuren werden daartoe gescheiden

(pointillisme) neergezet en moesten door optische inecn-

vloeiïng den indruk van een zuiver lichtbeeld wekken. De

luminist vond zoo de volkomen synthese van 't eenige wat

hij geven wdlde (licht) en 't eenige wat hij als middel hiertoe

aanwenden kon (kleur), Maar dit kon dan ook niet anders

gaan dan ten koste van de zelfstandige waarde der kleur,

waar deze geen andere waarde had dan vertegenwoordiging

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1928

Studentenalmanak | 238 Pagina's

Studentenalmanak 1928 - pagina 166

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1928

Studentenalmanak | 238 Pagina's