Studentenalmanak 1960 - pagina 122

decentralisatie van het corpsleven. Op het eerste seniorenconvent

na de Kerstvakantie, deed de Senaat een aantal voorstellen, waar-

over gedurende enige conventen geanimeerd werd gesproken.

Tenslotte verklaarde de meerderheid der senioren zich voor de

decentralisatie an sich, terwijl over een nadere uitwerking b.v. in

3 of 5 subcorpora nog nader zou worden gesproken. De tegen-

stemmende oratorische verenigingen werden door de Senaat uitge-

nodigd schriftelijk kenbaar te maken langs welke weg zij het corps-

leven wensten te verbeteren. Gebleken was n.1., dat alle oratorische

verenigingen van oordeel waren, dat een verbetering min of meer

dringend gewenst was, met uitzondering van de O.V. C.I.C.E.R.O.,

die met de gang van zaken geheel content was.

Vrijwel aUe uitgenodigde Oratorische Verenigingen deden voor-

stellen, waarvan twee plannen zo concreet en uitgewerkt waren,

dat zij voor behandeling in aanmerking kwamen. Het plan van de

O.V. S.T.O.A. behelsde een sociëteitsUdmaatschap voor die leden

van het corps, die zich hiervoor speciaal aanmelden, terwijl de

hoofdgedachte van het plan der O.V. A.R.E.I.O.P.A.G.O.S. was

het invoeren van een numerus clausus. Beide voorstellen werden

na discussie op het convent door Senaat en de meerderheid der

senioren verworpen. Wel werden andere gedeelten uit het voorstel

van de O.V. A.R.E.I.O.P.A.G.O.S. met instemming begroet en

gedeeltelijk ondertussen gereaUseerd.

De Senaat achtte het gewenst over de idee der decentralisatie een

uitspraak te vragen aan de corpsvergadering, als enig lichaam dat

officieel een besluit in deze kan nemen, alvorens de algemene gedachte

uit te werken. En ziedaar, hoewel de senioren verklaarden te spreken

namens hun Oratorische Verenigingen, bleek het plan in de corps-

vergadering, zelfs bij herhaalde stemming, geen meerderheid te

kunnen vinden.

Thans wil ik gaarne de gelegenheid aangrijpen een enkele opmerking

over het geheel te maken. Naar mijn stellige overtuiging kan de

organisatievorm van het corps alleen veranderd worden, wanneer

een zéér grote meerderheid de voorgenomen wijziging steunt.

Dit was niet het geval, ook niet op het senioren-convent. Terwijl

de tegenstemmers in hun afwijzing absoluut waren. Was het plan

door de corpsvergadering met gewone meerderheid aanvaard, dan

zou er veel wijsheid nodig geweest zijn, om het ten uitvoer te brengen.

Ik ben er nooit van overtuigd geweest of een gedeelte der fervente

voorstanders déze wijsheid wel bezat en of deze groepering niet

via de meerderheid aan anderen haar visie opgedrongen zou hebben.

118

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen