GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Studentenalmanak 1965 - pagina 267

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Studentenalmanak 1965 - pagina 267

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

katuur, een onwaardige, iemand die niet opgewassen was tegen het le-

ven, dat nu eenmaal grillen heeft. Hij stond op, bevreesd voor een ont-

dekking wederzijds en stelde zich op bij de uitgang om bij de volgende

halte de tram te verlaten.

Terwijl hij op zijn kamer zijn avondmaal nuttigde, dacht hij aan de

stakker die tegenover hem gezeten had. De hemel zij geprezen dat ik niet

ben als deze, zei hij hardop en de woorden kwamen hem vagelijk bekend

voor. Na het eten zette hij zich aan zijn bureau en verdiepte zich in de

bestudering van enkele oude kaarten, die hij onlangs bij een antiquair

gekocht had. Maar hij slaagde er niet in de sinistere ontmoeting te ver-

geten. Hij bedacht hoe zijn leven had kunnen verlopen als hij zich door

zijn ziekte had laten intimideren, als hij niet de geestkracht had gehad,

die de ander blijkbaar zo node miste. Hij huiverde.

Enkele dagen later nam de heer Sievers zijn steeds uitgestelde vakantie

op en hij reisde naar Parijs, teneinde veertien dagen te besteden aan

museum- en theaterbezoek. Bij een ongelukkige val van één der trap-

pen in het Louvre gleed hem de pruik van het hoofd. Nadat hij enkele

toesnellende toeristen verzekerd had, dat hij zich niet had bezeerd,

pakte hij zijn pruik, zette hem op, dankte de omstanders met een be-

leefde buiging voor de belangstelling en spoedde zich naar de uitgang.

Hij had geen spier vertrokken, maar zijn benen waren zwaar als lood

en zijn keel was zeer droog. Met een zakdoek wiste hij zich het zweet

van het voorhoofd en hij liep voort, de zakdoek in de hand. Hij liep

snel, alsof hij haast had, strak voor zich uit kijkend. Hij lette auto-

matisch op het verkeer, hij wees een toerist de weg, maar negeerde een

muzikant. In de Métro las hij een haastig gekochte krant, hij stapte

over op willekeurige stations, hij rende door de gangen, de trappen af.

Hij kocht kauwgom, maar spuwde het snel weer uit. Bij het Louvre

ging hij naar boven en zocht een restaurant. Hij waste zijn handen en

dronk een kop koffie. In het andere restaurant dronk hij een ricard

en rookte een sigaret.

Tegen middernacht liet Sievers zich door een taxi naar zijn hotel bren-

gen. Zijn gezicht stond nog steeds zeer strak, maar hij liep moeilijk.

Gekleed viel hij in slaap, op het bedmatje.

3-10-64

br.

267

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1965

Studentenalmanak | 400 Pagina's

Studentenalmanak 1965 - pagina 267

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1965

Studentenalmanak | 400 Pagina's