GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Vrije Universiteitsblad 1949 - pagina 86

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Vrije Universiteitsblad 1949 - pagina 86

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

AUard Pierson over de Vrije Universiteit Bij vele aanhangers der Vrije Universiteit bestaat,, bestond althans de voorstelling, als zou zij de eerstee tientallen jaren van haar bestaan geleefd hebben in1 een door en door vijandige wereld. Niets dan haat,, spot en verachting heeft zij van 'buiten' ondervonden, meent men. Het is niet moeilijk om na te gaan hoe deze3 voorstelling ontstaan en zo zeer aanvaard is. De V.U. had in de eerste periode van haar bestaan ongetwijfeld een moeilijke strijd te voeren. En nu is het onmiskenbaar, dat in zulk een strijd het gevoel van tegen1 een wereld van enkel vijanden te moeten strijden niet,, wat men zou denken, behoeft te verlammen, maarp juist stalend kan werken. Mqn vecht voor zijn leven:: wat baat dan sympathie van hen, die niet daadwerkelijk deelnemen in de strijd? Het 'wie niet tegeni ons is, is voor ons' moet dan in het bewustzijn wijkeni voor het 'wie niet voor ons is, is tegen ons'. Ibsen'si Brand juicht dat 'de sterkste is die alleen staat' eni Kuyper verkondigt de kracht van 'ons isolement'. Heel begrijpelijk dus, dat de gedachte van eeni alom door bittere vijandschap omgeven V.U. ingang; gevonden heeft. Toch is ze zonder nadere bepaling; onjuist. Ook in de moeilijke jaren van haar beginL heeft het haar allerminst aan waardering van andersdenkenden ontbroken. B.v. van mannen als Van der Wijck en Van de Vlugt (Deze hoogleraren staan bekend als 'liberalen'; ze hebben zelf ook zo wiUenL heten. Dubbel steekt bij hun in de beste zin 'liberale' houding af de zeer zure bladzijde, door een christelijk m a n als Chantepie de la Saussaye J r gewijd aan Kuyper en zijn werk !) Van de mij bekende oordeelvellingen over de

Slot Tan pag. 2033 op dat gebied. En het is nu nog de tijd om te vragen, dat het materiaal, dat hier en daar bewaard wordt, aan ons afgestaan worde. Anders wanneer nog lang gewacht mocht worden, dreigt het gevaar dat alles als van weinig of geen waarde vernietigd wordt. Allerlei komt in aanmerking: brieven, archiefstukken, afbeeldingen, krantenartikelen, oude bullen, examenstukken, persoonlijke herinneringen aan de eerste bestuurders en hoogleraren der universiteit, aUes wat maar op de ene of andere manier met onze academie en haar geschiedenis in verband staat. Wie iets van dat alles onder zijn berusting mocht hebben en zelf er geen prijs op stelt het te be2034

Vrije Universiteit is m.i. de merkwaardigste die van Allard Pierson. Men kent hem vermoedelijk in het miUieuvan de V.U., in elk geval sinds Rullmann zijn prachtige 'Oudere tijdgenooten' opnieuw uitgegeven heeft. Pierson, afkomstig uit de kring van het Réveü, is onder de invloed van Opzoomer gekomen. Na een periode als Ned. Herv. en Waals predikant heeft hij met het Christendom gebroken, heeft korte tijd godsdienstwetenschap gedoceerd in Heidelberg en daarna kunstgeschiedenis aan de Gemeentelijke Universiteit van Amsterdam. Bij zijn eerbiedwaardig karakter past het, dat hij nooit de allure van een renegaat vertoont. Hij beschimpt nooit het geloof dat hij prijsgegeven heeft (hij schimpt trouwens vrijwel niet, alleen eigenlijk op de domme zelfgenoegzaamheid van het 19de eeuwse 'denkende deel der natie'), Deze eigenschappen bepalen ook de toon van zijn oordeel over de V.U. (te vinden in de 'Studiën over Joh. Kalvijn', 3e reeks, 1891). Hij geeft een bestrijding, zo principieel als het maar kan en tegelijk uiterst waarderend. Pierson begint met lof voor een burgerij, welke voor hogere belangen niét aUeen 'sympathie', maar ook offers over heeft. Dat de stichting der V.U, te weinig aandacht heeft getrokken, is volgens hem een gevolg van onverschilligheid voor wijsgerige verschijnselen en van ondankbaarheid voor wat één groep der bevolking terwille van het geestelijk peil van het hele volk zich getroost. Hij (de 'afvallige' agnosticus !) bepleit reeds dan (in 1891 !) steun door de staat, of liever, hij beschouwt die als een recht. Na al zijn bestrijding eindigt hij zijn beschouwing met nogmaals die wens uit te spreken: de regering heeft

houden, bewijst de Universiteit een dienst door het af te staan en toe te zenden aan het bureau van onze Vereniging. Men kan er van verzekerd zijn, dat aan alles goede zorg zal besteed worden. Dergelijke geschenken zidlen welkom zijn ter gelegenheid van eiken verjaardag van onze Universiteit. Het verleden doet ons natuurlijk de toekomst niet uit het oog verliezen. God doe onze Universiteit groeien en bloeien en beware haar bij de trouw aan Zijn Woord ! D.N.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1949

VU-Blad | 109 Pagina's

Vrije Universiteitsblad 1949 - pagina 86

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1949

VU-Blad | 109 Pagina's