Vrije Universiteitsblad 1968 - pagina 47

Het is ook duidelijk dat als de universiteiten in de westerse

landen

een taak hebben t.o.v. de ontwikkelingslanden, m.n. t.o.v. de universiteiten in deze landen, een universiteit als de onze, die welbewust gekozen heeft voor de gehoorzaamheid aan de Verlosser der wereld, een waardevolle bijdrage moet kunnen geven in dit opzicht. Dan komt natuurlijk ook meteen de kwestie van de grondslag van de universiteit aan de orde. Is de duidelijk genoeg? Spreekt

de

formulering term

van

de

,,gereformeerde

grondslag

nog

beginselen"

als

formulering nog even duidelijk aan als zij het deed in 1880? Kan men er nu nog goed mee

werken?

Gereformeerd

heeft

altijd

betekend:

in beweging willen zijn. De kerl^,mocht gereformeerd heten als zij bereid was zich altijd weer opnieuw te reformeren en zich daarbij te oriënteren aan het Evangelie. Wat betekent in dit verband de oecumenische ontwikkeling voor onze universiteit? Is er een mogelijkheid van een nieuwe formulering van de grondslag, waarbij men van het goede in het verleden niets prijsgeeft, maar die in de huidige situatie beter aanspreekt, en dus aan het goede van het verleden a.h.w. een nieuwe stem geeft? Over al deze dingen ging het op het Congres van de V . U . in januari van dit jaar. Ook de lezers van ons blad zullen er over gehoord en gelezen

hebben.

Dat wat

ze

hoorden

en

lazen

niet

altijd

meteen

duidelijk was, ligt voor de hand. Als een zo groot pluriform en een zo lastig ding als een universiteit zich gaat bezinnen, komt er heel wat los. Het Congres was maar een begin. Er zijn een paar volle dagen voor uitgetrokken, maar natuurlijk is men met alle kwesties niet klaar gekomen. Het mooiste effect van het Congres is voorlopig waarschijnlijk dat het de studenten heeft aangeraakt. Het zou fijn zijn als er een goed vervolg op kon worden georganiseerd. Persoonlijk zou ik het ook fijn vinden, indien uit dit Congres een goed verhaal kwam, b.v. in een pocket, waarin het ook voor de leden en contribuanten van de Vereniging duidelijk werd waar het op dit ogenblik aan onze universiteit om gaat. Voorshands heeft of zal men er iets van kunnen merken op de vergaderingen

in Eindhoven, Middelburg, Hengelo, Den Haag en

Leeuwarden over de kernvraagstukken. Ons blad zal de lezers ook zoveel mogelijk

op

de

hoogte

houden.

Als men er over hoort en leest spelen natuurlijk ook de spanningen in de eigen groep der vanouds bij de universiteit betrokken

mensen

een rol. Daarom besluit ik met een aanhaling van een artikel prof.

dr. G. C.

Berkouwer

in het Gereformeerd

Weekblad

van

van

23

februari 1968: ,,Als de ,progressieven' (al vrij ver weg of nog dicht bij huis) niets meer verstaan van de bezorgdheid van de conservatieven en als de

conservatieven

in

de

progressiviteit

alléén

maar

dwaze ontrouw en ongehoorzaamheid ontdekken, dan breekt er innerlijk iets stuk en wie zal dan genezing schenken?"

VAN COEVERDEN ADRIAN! STICHTING TE AMSTERDAM Ingevolge art. 4 der Statuten van de v. Coev. Adr. Stichting deelt het Bestuur mede, dat voor een persoon, ,,die de Doctorstitel aan enige faculteit aan de Vrije Universiteit heeft v e r w o r v e n " , GELEGENHEID BESTAAT om ip het genot te worden gesteld van een

Beurs van f 2500.— teneinde ZIJN STUDIE V O O R T TE ZETTEN. Gegadigden kunnen zich voor 1 mei 1968 schriftelijk aanmelden bij de secretaris. Namens het Bestuur voornoemd : fr. G. H. MEIJER, secretaris, P. J. B. Ruys de Perezlaan 8, Aerdenhout.

R.S.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen