Vrije Universiteitsblad 1970 - pagina 51

Morgenh'i'jeenkomst

lijkheid voor het wetenschappelijk werk impliceert. 3. Zij ziet de wetenschap niet als in zichzelf rustend, maar betrokken op de samenleving waaruit zij haar impulsen krijgt en die zij dient met haar resultaten. Daar zullen we dus wellicht later meer van horen. Eindelijk de morgenbijeenkomst. Na de openingswoorden van curator dr. K. van Nes en de toelichtingen van de heer R. C. ƒ. Smeenk en prof. dr. T. P. van der Kooy, (de letterlijke teksten komen aan het slot van dit overzicht ) trad eerst curator de heer Th. Booy naar voren om op een paar van de schriftelijk ingediende vragen in te gaan. Kan onze hulp aan vier Indonesische universiteiten maar niet beter stopgezet worden, er is ginds toch geen ruimte voor enige kritiek op het kolonelsregiem. De heer Booy (,,het initiatief tot deze hulp ging niet uit van de bestuurders van de V.U., maar van de studenten") vond dat we vanuit onze christelijke verantwoordelijkheid onze steun moesten voortzetten, in de hoop dat die universiteiten steeds meer zullen toegroeien naar een kritische houding ten opzichte van de maatschappij waarin zij werken; we mogen de mensen daar niet van de mogelijkheid van een universitaire ontwikkeling afsnijden. Andere vraag: hoe komt het dat pas na de protestbewe-

gingen van de studenten er iets aan de gang kwam aan de V.U..'' Prof. mr. W. F. de Gaay Fortman, rector magnificus: we moeten erkennen dat we vanuit de studentenwereld gewezen zijn op dingen, die ons in de drukte dreigden te ontgaan (overigens waren in de enorme drukte die een snelgroeiende universiteit meebrengt, z.i. verzachtende omstandigheden gelegen). Prof. de Gaay Fortman vond intussen de bestuursorganisatie niet' het belangrijkste vraagstuk. De twee grote vragen zijn: die van de verantwoordelijkheid van de wetenschappelijke docent en onderzoeker en van de student, en die van de verhouding van universiteit en maatschappij. Ouders vragen wel eens: hoe komen christelijke studenten nu uitgerekend terecht bij zo links georiënteerden.' Prof. de Gaay Fortman vertelde dat hij wel eens, gelijk de profeet tot Hiskia, aan de ouders zei: wat hebben zij in uw huis gezien.' Nog een vraag: wat doet de V.U. tegen afdwaling en tegen éénzijdige indoctrinatie.' Antwoord: de V.U. heeft tot taak behoorlijk onderwijs te geven, zij is er niet om te indoctrineren. Nóg een vraag: wat is nu eigenlijk het verschil tussen de V.U. en andere universiteiten.' Prof. de Gaay Fortman: de V.U. is een universiteit als iedere andere in ons land, een instelling voor wetenschappelijk onderwijs en voor wetenschappelijk onderzoek. Maar: onlangs in Suriname was er ter gelegenheid van het bezoek van prof. de Gaay Fortman een gezamenlijke maaltijd van oud-leerlingen van de V.U., een gezelschap van mensen die politiek en kerkelijk tot de meest verschillende richtingen hoorden. Prof. de Gaay Fortman vernam dat dit anders in Suriname niet mogelijk was, een ontmoeting van mensen van verschillende kerken of van verschillende politieke keuze. Maar, zei één van hen, wij hebben allen aan de V.U. geleerd dat we moeten kiezen in het leven op basis van een zedelijke en religieuze overtuiging, en ook: dat we eerbied voor de ander moeten hebben, dat verschil van overtuiging en inzicht nooit mag leiden tot verwijdering. In dit verband merkte prof. de Gaay Fortman op dat binnen de V.U.-gemeenschap een woord als ,,onaanvaardbaar" alleen mag klinken wanneer men er in geweten toe verplicht is! Tot zover uit onze notities van de Utrechtse V.U.-dag. ajk.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen