GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1972 - pagina 502

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1972 - pagina 502

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Wat is wonen eigenlijk? door dr. H. Bade Wonen doen we in-de-wereld en in-een-huis. Eerder een vanzelfsprekende zaak, zoiets als ademhalen. Niet langer! Veel schrijvers houden zich er mee bezig, vooral op het praktische populaire vlak. In 't bijzonder gaat het dan over onze eigen westerse verstedelijkte wereld. Een goed boekQe) is 'Gezin en ruimte', te verkrijgen bij De Horst 1, Driebergen, ad f 2,75. Behalve de stad en het dorp is er het leefmilieu: lucht en water, de voorwaarden voor het menselijk wonen. Ook hierover blijft een eindeloze stroom lectuur vloeien. De vraag komt op: wat is wonen eigenlijk? Is het zo natuurlijk en gewoon als we ademen. (We gaan nu maar niet in op de oorsprong van het woord.) Is het misschien iets dat je moet lerenl Is het niet meer dan behoorlijke huisvesting en een redelijk gezonde natuur om je heen? Waarom woont de mens? Hoe komt het dat zijn wonen zo bedreigd is? Wat beweegt de mens te wonen; wil hij, moet hij, heeft hij geen keus, of doet hij het met graagte en inzet?

rallellen. De mens wordt gedragen door een ethos: een zedelijke bezieling en doelgerichtheid, hij heeft een perspectief dat alle mensen, primitief en beschaafd, (al is die onderscheiding betrekkelijk) gemeen is.

Antropologie

In de tweede plaats laten wij aan het woord komen de culturele antropologie (volkenkunde met een plus) en onderzoeken hoe de 'primitieven' wonen. Het blijkt dan dat, wat de filosofen over het wonen in het algemeen schrijven, ook van toepassing is op die volken en stammen, niet alleen op de woon-bewuste westerse mens. Alleen zijn hun woonvoorzieningen anders, in feite hun hele 'buffer' van techniek, sociaal-economisch leven, zeden en gebruiken. In wezen blijken ze echter inde-wereld en in-het-huis zich thuis te voelen en thuis te maken als wij. Een zelfde gemotiveerdheid kenmerkt hen, ook al hebben ze mythen om hun zijn op aarde en hun zijn in huizen te doorüchten. Het woon-ethos drijft hen op dezelfde wijze. Nu zeiden we eerder dat wijsgeren zich soms met vanzelfGeen aandacht sprekende zaken bezighouden, die blijken Nu hebben wijsgeren zich wel eerder met van- niet zo erg vanzelfsprekend te zijn. zelfsprekende zaken beziggehouden, maar tot voor kort ontsnapte het wonen aan hun Verwondering aandacht. Ze lieten dat over aan de deskundigen zoals architecten, sociologen bosbouw- Daarom begint hij met verwondering. Waarkundigen, planologen en talloze anderen. De om is er om te beginnen in de kosmos een filosoof heeft zijn eigen benadering en daar- plaats waar de mens (met vele andere wezens) bij heeft hij weleens het contact met andere kennelijk inheems is? Zijn lichaam zelf leert wetenschappen verloren. In deze studie is ge- hem hoe zeer hij met de wereld is vergroeid; tracht vooral twee wetenschappen naar voren wij kunnen wel zeggen dat zijn ik, zijn ziel via te laten komen, in aansluiting bij de filoso- zijn Uchaam slechts reëel contact heeft met fische beschouwingen; twee die zich beide de aarde. De mens is een 'aardeling', maar hij bezighouden met de mens-in-zijn-omgeving worstelt met een vermoeden dat hij een geen in interactie (wisselwerking) ermee. De vangene zou zijn van deze planeet. Zet mijn omgeving als wereld, plaats waar men thuis eigen hart geen vraagteken achter dit thuisis en zich thuis maakt. zijn? Maakt de dood de wereld niet tot een In de eerste plaats de biologie, die de levende muizenval, en maakt de angst voor het zijnwezens in hun omgeving behandelt, en onder hier een echt wei-zijn niet dubieus of onmowie de mens een unieke plaats inneemt om- gelijk? Sommige filosofen hebben dit weldat hij een wereld heeft anders dan de dieren, zijn beschreven als de beleving van geborgenen die steeds verder bewerkt, bewoonbaar- heid in de eerste plaats. Ik ben niet een soort (der) maakt. Hij schept een soort buffer- kosmische wegwerpwezen, maar de wieg aan milieu tussen zichzelf en de natuur. Dit twee- het begin is reeds mijn beschermend 'bufferde, kunstmatige miHeu bestaat echter niet tje', het symbool van de veelzijdige zorg die alleen uit technische vindingen zoals stro- mij opvangt en omringt, bescherming tegen daken en computers, maar ook uit insteüin- alle dreiging die de kosmos en de wereld ongen, kunstuitingen, gedragsnormen etc. etc. getwijfeld voor mij inhouden. Wij zien als geOneindig veel in feite. Bij de dieren vinden lovigen daarin meer dan een toevalligheid, of we hiervan slechts zwakke en omstreden pa- een niet nader te herleiden feitelijkheid. Die 34

Begin vorige maand promoveerde dr. H. Bade aan de VU (wijsbegeerte) op liet proefschrift: 'Homo Habitans', de wonende mens. Dr. Bade, predilont in Landsmeer, scfireef op verzoel( van VU-magazine onderstaand artilcel

wieg staat echter in een huis, (al is het maar een hut). Het huis maakt mijn thuis-zijn op zeer bepaalde wijze concreet. Echt wonen doe je pas, wanneer je in de grote wereld een eigen kleine wereld hebt afgegrensd, een wereld achter muren en onder een dak, maar met een deur die je het uitgaan en het ingaan mogelijk maakt, want er is een wereld die wacht, soms wenkt, soms dreigt, maar altijd uitdaagt om ook daar, buiten, bezig te zijn, je in te zetten.

Bescherming En dat huis is geen lege huls, met slechts bescherming tegen de elementen, maar het is 'ingericht'. Zelfs in de tent van een nomade is geborgenheid én een zekere 'inrichting', hoe tijdelijk ook. Er zijn dingen die het huis bewoonbaar maken; die kunnen veel verschillen bij rijk en arm, bij gecivihseerd en primitief, maar, men is bij zijn eigen dingen thuis. Er is behalve geborgenheid ook vertrouwdheid, gezelligheid en sfeer. Die laatste kenmerken ontbreken juist bij het dier, in zijn hol of nest. Het dier kan zich wel bergen, beschermen, ook wel door iets te maken, het kan zich een voorraadplaats en broedplaats

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1972

VU-Magazine | 570 Pagina's

VU Magazine 1972 - pagina 502

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1972

VU-Magazine | 570 Pagina's