GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1972 - pagina 176

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1972 - pagina 176

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Ten hoogste bevreemdt mij dat, tengevolge van uwe verzekering omtrent mijn steun, de heer Kol zijn ontslag heeft genomen.'

Geschrokken Een duidelijk geschrokken Kuyper trekt per kerende post (18 december 1873) alle registers open om zich te verzekeren van Groen's solidariteit in de strijd om De Standaard uit de handen van het contrarevolutionaire, veelal adelijke kapitaal, te houden. 'Ook gisteren heb ik den ganschen dag met felle pijn te bed gelegen. Heden nog kan ik mij slechts noode bewegen. Toch een enkel woord op uw heden ontvangen missive. Slechts voor zooveel het uw vraag betreft. Veel kan noch mag ik doen. Toen Commissarissen saam waren en de buitensteedsche, waaronder Kol, voor het eerst den slechten staat der kas vernamen, vroeg men naar de oorzaak. O.a. werd toen gezegd, dat de meer gegoeden hun steun weigerden om de richting van het blad. Dat moest ik mij aantrekken. Toen werd geantwoord: omdat het de richting van Groen bepleit. Daarop vatte Kol vuur en hield een allerschandelijkste improvisatie, vol lage termen, eindigende met den uitroep: Groen is het ongeluk van ons land. Daar moest ik op antwoorden. Na mijn repliek zei Kol: dan ga ik weg en neem mijn ontslag. Andere heeren poogden hem hiervan terug te brengen. De discussies werden heropend. Waar zou men steun vinden? Weer stuitte men op het bezwaar: de meer gegoeden zijn het blad niet genegen en om den minderen man te bereiken: dat gaat niet opeens. Toen vroeg Kol tergend: En Groen dan, die men dan hier schijnt te dienen? Kunt ge op hem rekenen? Hij vroeg me dit pertinent. En toen heb ik, ik zal niet zeggen, wat Kol er nogal bijvoegde, gezegd, dat men op u altijd rekenen kon, niet als lastgeving uwerzijds, maar als mijn opinie. Dit gaf opnieuw tot een scène van Kol aanleiding, en toen sprak ik en Sanders het uit dat Kol niet blijven kon. Zoo brak hij. Zijn standpunt is het contrarevolutionaire van Bernhardi. Dat ik in zulk een critiek oogenblik, door de schouders op te halen, en te zeggen: 'of men op den heer Groen rekenen kan, durf ik niet te zeggen', - beter zou gehandeld hebben, zal ik dan eerst gelooven, zo gij het mij zegt. En zelfs dan nog, zal ik in soortgelijk critiek geval weer doen, wat ik nu deed om de eer van uw naam en politieke persoon tegenover zulk een verregaande verguizing moedig op te houden. We verliezen aan Kol veel, vooral daar hij onze kassier was en steeds voorschoot. Voor De Standaard ontvingen we van en 20

door hem reeds f 12.500,-. Dat maakte dat de andere Commissarissen water in hun wijn wilden doen. Met uitzondering van Hovy en Sanders. Maar wat mij aangaat, ik sta zooals ik sta, maar dis in mijn bijzijn, op een officieele vergadering zoo over u spreken durft, dien weersta ik, en als men mij dan tergend vraagt: kunt gij op Groen rekenen? Dan zeg ik ja. Veel lijden onderga ik deze dagen. Vooral nu mijn geschokte zenuwen weer op tic geslagen zijn. Ei, wat ik u bidde, verzwaar mijn toestand niet door de gedachte, dat gij mijn val lijdelijk zoudt aanzien, en na zulk een pijnlijken strijd als van dien middag, mij in stee van een woord ter vertroosting een bedekte berisping zondt.'

journalistieke koers te steunen al lijkt de toestand 'schier reddeloos' (brief 6 januari '74). Met een snik in de pen, schrijft Kuyper hem de volgende dag terug: 'Gij hebt onze richting gesticht. Ik kan wegvallen, maar gij blijft. Uw emeritaat is mogelijk, uw abdicatie nooit. De mijne wel. Ik zing het volkslied op mijn speeltuig en met mijn keel, maar dat volkslied is van u. Van u ontving ik het. Zong ik valsch, dan is dit een onontwijkbaar verschijnsel, maar wat aan uw volkslied niets verandert. Dit op uw beweren, dat in de antirevolutionaire partij twee fraction aanwezig zouden zijn, de uwe en, zooals gij het dan wel noemen wilt, de mijne. Ik maak die pretentie niet en wierf

Groen Wie kan overeind blijven na ontvangst van zo'n brief? Groen niet. Hij schrijft Kuyper 20 december '73 terug: 'Een enkel woord om u terstond voor uw briefje te danken. Ik had geen denkbeeld van zoo erageuze woordenwisseling. Contra-adviseren was voor u eene mogelijkheid, evenzeer als voor mij.' Verder bevat de brief niets dan liefs voor Kuyper. Enkele weken later tast Groen opnieuw in de beurs om Kuypers Tekening van de schrijvende Kuyper.

Een van de eerste spotprenten op Kuyper en zijn Standaard (Almanak Uilenspiegel 1874)

DE VOORTGANG VAN HET FANATISME. D© KwrkeltiJce PoUtJek Zij 't doölwifc der Qonfessioneéi&n l Haat aan de liberale oiiqu«. Dai bPO&iB«sti aiUr Staats-brafeselon 1!

DE VOLTOOHNG VOLTOOIING VAN HET FANATISME. FANATISME, Waii htt)p hv]p de ds P Prk'StorBohap r k i t t o r B o h a p njij loij b o o d , (>Ht ia '« Lttiiiis rafttJj^aa! rafttJi^aa! op te t r a d e n , tS< atrijd, jjotroiiw wt V>^ u j t in dfia d&ü (iuüil, dootl, Sloohta uotMf Sleohfes u o t * Mï-J?» MÏ-JJN K K EE K EK K e a huiir hiiiir rnrtiwicn: rr^-rimUm:

1

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1972

VU-Magazine | 570 Pagina's

VU Magazine 1972 - pagina 176

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1972

VU-Magazine | 570 Pagina's