VU Magazine 1973 - pagina 168

Zojuist verschenen:

Prof. dr. J. Lever @

Geïntegreerde biologie In vroegere publicaties - met name in 'Creatie en Evolutie' (1956) en 'Waar blijven we?' (1969) - werd door prof. dr. J. Lever speciaal aandacht gevraagd voor de verhouding tussen het Christelijk geloof en de evolutiegedachte. In dit nieuwe boek gebeurt dit weer, uitlopend op de vraag naar het spanningsveld tussen wereldbeschouwing in het algemeen en de biologie (waarbij b.v. ook opvattingen in Rusland en de visie van Teilhard de Chardin besproken worden). Deze vraag vormt een onderdeel van de totale opzet van het boek, nl. de ontwikkelde lezer in aanraking te brengen met grondvragen van de moderne biologie, die niet alleen zelf een integratieproces doormaakt, maar ook steeds meer relaties heeft met andere wetenschappen, met de maatschappij en met het wijsgerig denken. Verkorte inhoudsopgave 1 Geïntegreerde biologie. 2 Biologie aan de hand van een voorbeeld. 3 Het ontstaan van het leven. 4 Levend en dood. 5 Veroudering. 6 Differentiatie. 7 Via soortconstantiedogma naar evolutietheorie. 8 Het ontstaan van de mens. 9 Natuurwetenschap en mens. 10 Biologie, wereldbeeld en wereld- ^ beschouwing. 244 p. ƒ 25,—

Dr. W. J. van der Steen

Inleiding tot de wijsbegeerte van de biologie De meeste op de wetenschap gerichte wijsgeren houden zich bezig met andere wetenschappen dan de biologie, terwijl omgekeerd de meeste biologen niet thuis zijn in de wijsbegeerte. Het schrijven van een boek over wijsbegeerte van de biologie houdt bijgevolg grote risico's in: de auteur dient zich op verschillende vakgebieden te bewegen, en creatief te zijn in een nog weinig verkend grensgebied. Dr. W. J. van der Steen, docent in de theoretische biologie aan de V.U., is er in zijn boek, dat als een complement van dat van prof. Lever kan worden gezien, uitstekend in geslaagd een kritische analyse en evaluatie te geven van de methoden, modellen en theorieën die de bioloog hanteert. Verkorte inhoudsopgave / Wijsbegeerte en wetenschap. 2 Logica. 3 Methodologie en wetenschapstheorie. 4 Kritische bespreking van enkele biologische theorieën. 5 Wetenschapstheoretische aspecten aan de verhouding tussen biologie en fysica-chemie. 6 Wetenschapstheoretische aspecten aan de verhouding tussen psychologie en biologie: het probleem van het psychische. 7 Ethiek, wetenschap en maatschappij. 8 De plaats van de algemene wijsbegeerte. 262 p. ƒ 32,50 Beide boeken verschenen in de reeks Academische Paperbacks verkrijgbaar in de boekhandel Een complete lijst van de thans meer dan veertig delen omvattende reeks wordt op aanvraag toegezonden.

Oosthoek/Utrecht Domstraat 5-13 / Telefoon (030) 31 21 46 8

is een toevoeging, een bekleding.' Nielsen: 'Dit gebouw valt op door een afwezigheid van bekleding. Daarover valt nog dit te zeggen: van nature zijn heel veel produkten grijs, zeker wanneer het betonprodukten zijn. We hebben die materialen geen kleur gegeven; we hebben ze aanvaard zoals ze zijn. De binnenwanden zijn gemaakt van grijze stenen. Zo komen ze van de fabriek; zo zijn ze.' Bij het benaderen of betreden van het gebouw schieten je gemakkelijk woorden te binnen als 'burcht', 'stoer'. Klopt dat met uw bedoelingen? Nielsen: 'Soms heeft het dezelfde sfeer als men wel kan aantreffen in oude kloosters in het buitenland. Die zijn evenmin geacheveerd of opgelikt. Het geheel is een beetje onaandoenlijk; het vraagt geen nadere uitleg of bijzondere aandacht. Men zou kunnen zeggen dat het gebouw discussieloos is geworden. Wij beschouwen dat als een bereikte waarde.' Poel: 'Wanneer je gebouwen van vergelijkbare omvang bezoekt, dan zie je vaak dat daar pogingen zijn gedaan om ruimten, die zich in honderdtallen herhalen, af te werken. Zulke pogingen zijn altijd tot mislukken gedoemd. In bepaalde ruimten voor gemeenschappelijk gebruik kun je iets doen, maar wanneer je voor individuen de kamers gaat afwerken naar de smaak van 1962, dan heeft dat vijfjaar later, wanneer er inmiddels iemand anders in die kamer zit, niets meer te betekenen. Het gebouw moet interpretabel blijven.' Nielsen: 'Kort geleden liep een buitenlandse collega door het gebouw en die zei: het doet me prettig aan, want jullie hebben als architecten niet telkens getracht je handtekening te schrijven. We hebben ons welbewust onthouden van allerlei architecten hebbelijkheden zoals het toepassen van kleurstellingen, bijzondere materiaaltoepassingen of andere maniertjes.' Kostte dat moeite? Nielsen: 'Nee, dat is een kwestie van: wat geloof je van je vak. Bij ons zou dat ongeveer kunnen worden omschreven als: weinig is genoeg, weinig is nodig, weinig is veel. En dan is er nog een bekende architectenkreet die luidt: minder is meer!' Poel: 'Een van de voordelen wanneer je met een aantal architecten samenwerkt, is dat je minder snel in de verleiding komt persoonlijke handtekeningen achter te laten. Als je met z'n vijven bent zorg je er altijd voor, dat er een gemeenschappelijk resultaat is.' Het meest levendige gedeelte van het gebouw is ongetwijfeld het hal-, aula-, restaurantgedeelte. Hoe is dat tot stand gekomen? Nielsen: 'Dat hebben we gegapt. Oorspronkelijk hadden we wel iets als een kantine in dat

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen