VU Magazine 1973 - pagina 167

is, zodat iedere faculteit een eigen leeszaal en een eigen boekenvoorraad op dezelfde verdieping zou kunnen hebben. Als je zo'n plan voorlegt aan een bibliothecaris, dan zegt hij: 't is anders dan ik had gedacht, maar 't blijft hetzelfde, alleen staat het overeind.' Was de beperkte oppervlakte van het terrein een ernstige belemmering? Nielsen: 'Het was voor het vele dat hier moet gebeuren, een beperking. Maar op het moment datje ermee wordt geconfronteerd, zijn die zaken zo. Het is niet mogelijk om naar de opdrachtgever te stappen met de vraag om meer. Wel duidelijk is dan al, dat wat je gaat bouwen geen tuinstadkarakter zal kunnen krijgen. Door de terreinbeperking moest een stukje verstedelijking ontstaan, met samenballing van mastodonten van gebouwen; een zeer geconcentreerde universiteit. Over de nadelen daarvan zou een zeer uitvoerige filosofie zijn weg te geven. Er zijn ook grote voordelen. Veel dingen kunnen nu centraal worden geregeld. Alle gebouwen die er nu staan - in de toekomst ook het ziekenhuis - worden bijvoorbeeld gevoed vanuit één energiecentrum (verwarming en koeling).' Heeft u de economische eisen als hinderlijk ervaren? Nielsen: 'We weten zo langzamerhand, dat wanneer je met geld van de gemeenschap aan het bouwen bent, daarop controle wordt uitgeoefend. De toezichthoudende instanties staan nu niet bepaald klaar om ons te zeggen: maken jullie maar eens iets leuks, er is geld genoeg. Integendeel. Dit gebouw is niet duur geworden, bijna tachtig miljoen. Op bepaalde onderdelen hebben we ons misschien door de financiën wat belemmerd gevoeld, maar over het algemeen hebben we toch redelijk kunnen doen, wat we ons hadden voorgenomen. Uitdrukkingen als: we hadden wel meer gewild, maar de middelen ontbraken, komen in ons verhaal niet voor.' Poel: 'Soms hebben we de "economie" zelfs kunnen gebruiken om een vormgeving te realiseren waaraan we zelf verknocht waren, maar die de opdrachtgever niet zo zag zitten. Dat is bijvoorbeeld in de hal het geval geweest. De constructie is daar - op een nette manier - in het zicht gebleven. Er zijn geen plafonds aangebracht, omdat dat niet te betalen zou zijn geweest. We zijn daar blij mee.' Nielsen: 'We zijn er niet erg gelukkig mee, dat we in de gangen en kamers wel plafonds hebben moeten maken. Een volgende keer moeten we dat zien te vermijden.'

hoofdgebouw 7 oktober 1968

hoofdgebouw 8 april 1969

hoofdgebouw 18 september 1969

Wat is er verwerpelijk aan een plafond? Poel: 'Ze dragen niet bij tot de constructie van het gebouw. Ze dienen eigenlijk alleen om leidingen etc. te verbergen. Een plafond

hoofdgebouw 15 december 1971 7

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen