GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1975 - pagina 112

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1975 - pagina 112

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

den gebrand, hoe langer hoe meer begonnen te aarzelen dollars in ontvangst te nemen voor hun olie. 'Gezien hun ervaringen in het verleden, lijkt het volkomen gerechtvaardigd dat ze bescherming tegen dollardevaluatie inbouwen in hun verkoopprijs', zo schreef Merklein. Later in het jaar, in november, v^^as Merklein somberder. De politieke leiders van de V.S. president Ford en minister Kissinger hadden geluiden laten horen die op hetv^/apengeklettervan anderen vooruitliepen. In september had president Ford gerept van een dreigende 'ineenstorting van de wereldorde en veiligheid'. Minister Kissinger had voor de Algemene Vergadering van de V.N. gezegd dat het 'niet langer denkbeeldig is dat conflicten, geweld, wapens en recessie zich niet zullen uitbreiden'. Merklein maakte een sommetje: inderdaad was het absolute bedrag dat Amerika aan olie was gaan betalen aanzienlijk gestegen. Maar vergeleken met andere uitgaven sprong dat bedrag er nu ook weer niet zó opzienbarend uit: tegenover de 26 miljard die de V.S. betaalde aan olie uit het buitenland, stond 81 miljard voor 1975 voor defensie. Bovendien: die 26 miljard 'betekent niet minder dan 1,92 procent van ons bruto nationaal produkt'. Hij bracht dat gegeven in verband met de uitspraken van Ford en Kissinger: 'Hef betekent, dat we bereid zijn, of bereid willen lijken, ge-

bruik van geweld te overwegen om te voorkomen dat de olie-exporteurs 1,92 procent van ons bruto nationaal produkt in handen krijgen', terwijl Amerika zeer waarschijnlijk hetzelfde zou hebben gedaan, wanneer het in de schoenen van de Arabieren had gestaan. Merklein had wat anders voor te stellen: laat elektriciteit en benzine in prijs verviervoudigen en iedere burger die energie gebruikt zal gaan bezuinigen. 'Wat meer is: de fondsen die nodig zijn voor het ontwikkelen van alternatieve brandstof kunnen uit de opbrengsten worden betaald. Aan zo'n soort zelfopoffering hebben we behoefte. Maar willen we dat werkelijk aanvaarden? Natuurlijk niet. Zoals altijd zoeken we naar de gemakkelijke uitweg en die houdt thans ook wapengekletter van de Amerikaanse regering, dat is: het Amerikaanse volk, in'. Treffend was dat dr. Merklein 'wapengekletter' rekende tot de gemakkelijke uitweg. Versoberen (= meer betalen voor energie) was moeilijker. Die slotsom lag op één lijn met die van Caldwell: het verdedigen van de hoge levensstandaard; op één lijn met de (rhetorische) vraag van Ikoku: 'Sent u bereid te veranderen van invloedrijk in afhankelijk?'. En daarmee was de vraag van al dan niet versoberen aanmerkelijk grimmiger geworden dan de binnenhuisversobering aan het begin van dit verhaal.

Gesprek met economen: mede-verantwoordelijk of machteloos? 'Bezit kan ook gemeenschap stichten' De rondborstige goedhartigheid van de man die het roken wilde staken, of van de vrouw die in het kader van de versobering liever koek dan gebak geserveerd wilde hebben op feestavonden, was meer dan schril gaan afsteken bij de ontwikkelingen rondom de olie - en dat was dan nog maar één ontwikkeling binnen het totaal van de 'veelvormige crisis'. Waren hun pogingen om tot een nieuwe levensstijl te geraken bij voorbaat tot mislukken gedoemd? Hadden zij zelf geen andere keus dan - zonder sigaar of zonder gebak machteloos voort te gaan? VU-magazine had een gesprek met drie VU-economen, die elk hadden meegesproken, -geschreven, of -gedacht bij het totstandkomen van de nieuwe levensstijlplannen van de kerken. Het waren: prof. dr. B. Goudzwaard, dr. R. L. Haan en dr. J. B. Opschoor. Het gesprek kwam menigmaal terecht bij vragen als: 22

hoe machteloos zijn we eigenlijk? In hoeverre zijn we medeverantwoordelijk? Hoe sterk zijn de machten, waarmee beoefenaren van de nieuwe levensstijl in botsing zullen komen? Weerspiegelen die machten onze huidige manier van leven? Zeer klemmend werden zulke vragen, wanneer ze rezen in verband met de bewapening en oorlogsdreigementen. Prof. Goudzwaard wees op de 'machteloosheid van een machtig land als Amerika', dat zo afhankelijk was geworden van de toevoer van energie dat het 'z'n militaire macht moet gaan inzetten om die toevoer veilig te stellen'. Hoe sterker die machteloosheid wordt gevoeld, hoe groter de neiging om de macht die je rest ook in te zetten, zo zei hij. Dr. Haan toonde zich nog pessimistischer. Hij vreesde, dat een appèl om het absurde in te zien van een situatie waarbij vele malen meer geld en energie wordt besteed aan het doden van medemensen dan om die medemensen in leven te houden, niets zou uitwerken. De absurditeit, zo meende hij, bestaat alleen op papier. Een man als McNamara wijst er al jaren op. Vergeefs. 'Een uitspraak over de absurditeit van de bewapeningswedloop zal nergens op weerstand stuiten. Die zal zelfs met applaus worden begroet, maar dat betekent niets. Een klein stukje wérkelijke doorbraak is voor mij, dat de AR-fractie

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1975

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1975 - pagina 112

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1975

VU-Magazine | 484 Pagina's