GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1975 - pagina 209

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1975 - pagina 209

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

ten worden ingepast. Bovendien leidt het streven de bewapeningen op elkaar af te stemmen en de taken te verdelen tot een grotere onderlinge afhankelijkheid en tot minder beleidsruimte voor een onafhankelijk defensie-politiek. 'Hoe men het ook keert, de Nederlandse nadruk op taakverdeling lijkt, althans in de huidige context nauwelijks consistent (= één geheel vormend) met de Nederlandse anti-kernmacht-houding'. Bovendien verwacht Oostenbrink dat door hel samendoen zoveel wederzijds vertrouwen ontstaat dat een vervanging van de Amerikaanse nucleaire garantie door een Brits-Franse des te gemakkelijker zal worden aanvaard.

Consultaties Aanzetten Blijkens de Atlantische Verklaring van juni vorig jaar wordt echter ook nog aan een andere groep maatregelen gedacht. Oostenbrink citeert paragraaf 6 uit die verklaring, pening, taakverdeling, gezamenlijke producwaarin wordt gezegd dat 'de Europese leden, tie en samenwerking. Oostenbrink verwacht, waarvan er twee nucleaire strijdmachten be- dat deze ontwikkelingen hun invloed zullen zitten, die in staat zijn een eigen afschrikkende hebben op de totstandkoming van een Westrol te spelen, die bijdraagt aan de algehele ver- europese kernmacht. Hij wijst op het bestaan sterking van de bondgenootschappelijke af- van de Europagroep (opgericht in 1968), een schrikkingsmacht, zich verplichten de nodige informele groep van ministers van defensie bijdragen te leveren voor de handhaving van van een tiental Europese NAVO-lidstaten, de gemeenschappelijke verdediging'. 'Deze ver- bijgestaan door hun permanente vertegenklaring', zo vervolgt Oostenbrink, 'opent de woordigers bij de NAVO. De groep, weer mogelijkheid van een geleidelijke vervanging onderverdeeld in zeven-sub-groepen, blinkt van de Amerikaanse nucleaire garantie door uit door een pragmatische aanpak. Er wordt een Frans-Britse. Een ontwikkeling die overi- niet op grote, opvallende projecten gemikt, gens als structureel is voorbereid door de op- maar op de kleinere die zijn geselecteerd op richting van de Nuclear Planning Group en ge- hun kans van slagen. Deze werkwijze is een wenst wordt door een groot deel van de Euro- typisch voorbeeld van een 'functionele aanpese elite en tal van politici'. Nogmaals: van pak': men begint met enkele afzonderlijke een duidelijk geformuleerd beleid dat is ge- deelgebieden waarbij alle Eurogroep-landen richt op vervanging van de Amerikaanse ga- belang hebben en breidt het aantal langzarantie door een Frans-Britse is geen sprake, merhand uit, zonder dat men een duidelijk wel zijn 'interessante aanzetten'dsLditoe zicht- beeld heeft van de eindsituatie die voor de baar. Europese veiligheid gewenst wordt geacht. 'Indien - maar ook alleen indien -', schrijft Oostenbrink, 'in die omstandigheden regering Doelmatigheid Een andere factor die de ontwikkelingen mo- en parlement zich deze werkwijze laten opgelijk in de richting zouden kunnen doen dringen, is het gevaar groot dat 'technologen' rollen van een Westeuropese kernmacht is en militairen in de beleidsbepaling de doorslag het streven naar een doelmatiger defensie- gian geven'. beleid als antwoord op de steeds verder afnemende bereidheid om geld voor defensie Taakverdeling uit te geven. Wanneer de nationale besluit- Wanneer nu de Westeuropese landen uit vormers een technisch geavanceerde defen- geldgebrek overgaan tot standaardisering en sie-industrie op de been willen houden, maar taakverdeling, dan zullen de Franse en Britse niet over de middelen beschikken om zo'n kernmachten - vaststaande realiteiten - moebeleid lang vol te houden, dan staat hun eigenlijk alleen maar de weg open die in de industrie bekend staat als schaalvergroting, 'H\I!IV fusie, internationale samenwerking. Het beleid is dan ook gericht op rationahsatie, grotere efficiëntie, met andere woorden op doelmatiger besteding van de defensie-gelden door coördinatie van militaire activiteiten binnen de NAVO. Men tracht te komen tot afspraken over standaardisering van de bewa-

Naast het pragmatische samen-doen in de Eurogroep, constateert Oostenbrink ook dat de politieke consultaties binnen de NAVO en de EEG (een tweede medium waarlangs een Europese kernmacht tot stand kan komen) hoe langer hoe meer om zich heen grijpen. Steeds vaker treffen ministers, directeur-generaal, ambassadeurs elkaar om de tafel waar men tracht tot een beter wederzijds begrip, tot een betere coördinatie en een gezamenlijk beleid te geraken. Meestal komt men daarbij niet verder dan het 'wederzijds begrip' en worden twee andere punten voornamelijk door eigenbelang bepaald. Maar daaruit mag niet worden afgeleid, dat zulk overleg een kernmacht eerder zal tegenhouden dan bevorderen. In West-Europa met zijn enorme verscheidenheid kan een zekere mate van samenwerking heel goed voorko-

31

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1975

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1975 - pagina 209

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1975

VU-Magazine | 484 Pagina's