VU Magazine 1975 - pagina 20

9 Niet aan de universiteit. De veranderingen die ik ondergaan ben zijn mede tot stand gekomen dankzij of ondanks mijn kennissen.

10 11 De veranderingen die ik (uiteraard) onderga komen vnl. uit mijzelf en mijn vriendenkring en indirect uit de universiteit (mijn vrienden hier zijn voornamelijk van de universiteit). 12 Mijn vriendenkring heeft meer invloed dan de universiteit. 13 Je vriendenkring wordt min of meer (onleesbaar) al is dat - gelukkig - op een hoger plan (dispuut!)* De universiteit verandert je karakter m.i. diepgaander t.o.v. de in vergelijking met vroeger veel meer beschermde en begeleide onderwijsinstelling. Je knokt voor je eigen hoekje, bent gedwongen achter vele zaken aan te lopen, je aandacht snel te kunnen switchen, slagvaardig besluiten nemen. Een helaas noodzakelijke doch ook zeer selectieve zeef! 14 Aan beide, door universiteit een ander vriendenkring gekregen, waarmee je over de actualiteit van gedachten wisselt. 15 Meer aan vriendenkring. Zelf beter over dingen nagedacht. 16 Meer aan de vriendenkring dan aan het onderwijs. (Sociale geografie is niet direct met bovengenoemde abstracte begrippen bezig). 17 18 De oorzaken zijn velerlei, o.a. het mee-

nou., die- joageM , ;vaïi mt siaajit óSj/ j

j

A draaien in de wereldwinkel thuis en omgang met mensen in Amsterdam. Het onderwijs heeft er weinig mee te maken gehad, meer het leven op kamers.

19 20 Allebei - vooral onderwijs.

21 22 Meer aan mijn vriendenkring. 23 Veranderingen door contact met medestudenten, c.q. vrienden. Niet door universiteit als apparaat. Samengevat: Waar ouders veranderingen constateren worden zowel universiteit als vriendenkring als oorzaak aangewezen. Dit geldt ook voor de reacties waarin men opgetreden veranderingen negatief waardeert. 'Onvoldoende vooriichting en begeleiding' wordt de VU verweten o.a. door de ouders die hun zoon/dochter onverwacht de fundamentalistische kant zagen opgaan. In de studentenantwoorden overweegt de vriendenkring als oorzaak van veranderingen. Het onderwijs aan de VU lijkt weinig met de opgetreden veranderingen te maken te hebben.)

V r a a g A. Komt uw z o o n / d o c h t e r v a a k g e n o e g t h u i s n a a r uw gevoel? 51 Ja. 52 Soms wel, soms niet; dit Is afhankelijk van bezigheden (studie, sport, buitenschoolactiviteiten). 53 Voldoende (gem. 2 X per maand). Mijn echtgenote zou liever meerdere malen een thuiskomst willen. 54 Kon meer. Reisgeld bezwaar. liever boeken.

Koopt

55 leder weekend is hij thuis, met uitzondering van die weekeinden die hij nodig heeft om een tentamen voor te bereiden. 56 Ja. Komt graag naar huis. 57 Ja. 58 Ja, vrijwel steeds om de veertien dagen. Ik acht dit voldoende. 18

59 Ja. 60 Genoeg, ca. 1 x per veertien dagen. 61 Ja.

4 weken is naar ons gevoel voldoende. Intussen peilen wij zo nu en dan de stemming wel in een telefoongesprek. 67 Ja, gelukkig wel.

62 Komt zo vaak als mogelijk is.

68 Mijn zoon bepaalt zelf, wanneer hij thuiskomt. Hij komt regelmatig thuis. Zoals ik het ervaar, komt hij graag thuis.

63 Hij komt vrij regelmatig naar huis.

69 Ja.

64 Komt genoeg naar huis. Als studie toelaat en daarbij houden we nog telefoon contact.

70 Neen, maar een ongetwijfeld geldende reden daarvoor is de afstand i.v.m. reiskosten.

65 De ene wel. De andere pas de laatste maanden sinds hij het contact met sommige 'kennissen' heeft verminderd en zich wat meer verdiept in zijn vaders standpunten.

71 Achteraf waarschijnlijk niet!

66 Een thuiskomst wisselend om de 3 of

72 Volgens ma: niet. Volgens pa: behoorlijk. 73 V\/einig (verjaardagsfeest). Meestal bij bijzondere gelegenheden.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen