VU Magazine 1975 - pagina 254

GOM B.V. verzorgt niet alleen het schoonhouden van het hoofdgebouw van de Vrije Universiteit, gebouwen van de Universiteit van Amsterdam, de Rijksuniversiteit te Utrecht en de Erasmusuniversiteit te Rotterdam, maar van nog 700 grote gebouwen zoals: Stadskantoor Schiedam, De Doelen, Phs van Ommeren, Stokvis, Stationsgebouw Luchthaven Rotterdam, IHC Gusto, Nederlands Congresgebouw, AGO, Siemens, CBS, Openbaar lichaam Rijnmond, AMEV, DSM, Struktongroep, TNO, Martinihal, enz.

V e s t i g i n g e n d o o r geheel IMederland Vakkundige en goed gemotiveerde leiding ter plaatse, modern arbeidsbesparend gereedschap en schoonmaakapparatuur en een volledig geplande werkorganisatie garanderen U een hoge schoonmaakprestatie en derhalve lagere schoonmaakkosten.

Gom GEBOUWEN ONDERHOUD MAATSCHAPPIJ

32

Hoofdkantoor: W e s t v e s t 26-28 Schiedam Tel. 010-260134

dezelfde belangrijke periode in Darwin's leven ontstonden. Deze aantekeningen werden pas vorig jaar uitgegeven. We kunnen nu zien dat Darwin, net als Newton vóór hem, ten nauwste was betrokken bij de problemen van zijn tijd. In 'The Origin of Species'weide Darwin het probleem van de mens in slechts één zin aan. Zijn aantekeningen echter tonen aan, dat de vraag naar de mens in zijn relatie tot de natuur en de vraag naar de oorsprong en de betekenis van het morele besef van de mens hem diep beroerden. Hetzelfde geldt voor Charles Lyell, een oudere vriend en collega van Darwin. Deze had al zijn onderzoek gericht op het bewijzen van de theorie dat de aarde, sinds het ontstaan van allerlei geologisch bewijsmateriaal, onveranderd was gebleven. Morele status Prof Rudwick onderzocht de argumenten die Lyell aanvoerde voor deze theorie, die allang door andere geologen was opgegeven, toen Lyell haar nog onverkort aanhing. Zijn aantekeningen brachten duidelijkheid. Evenals Darwin had hij zich diepgaand beziggehouden met de sociale, politieke, ethische en religieuze implicaties van een evolutietheorie, waarmee een nauwe samenhang zou worden verondersteld tussen mens en natuur. Naderhand werd op overtuigende wijze aangetoond, dat het deze angst voor aantasting van de morele status en waardigheid van de mens is geweest, die Lyell ertoe bracht de theorieën, die hij eerder op geologisch gebied aanhing, zodanig te wijzigen dat het moeilijker zou worden een evolutie vol te houden. In het totale beeld, dat nu zo langzamerhand van Lyell's denken kan worden gereconstrueerd, is te zien dat zijn morele en godsdienstige preoccupaties in direct verband stonden met zijn wetenschappelijk onderzoek. Ook hier betekent zo'n vaststelling geen vermindering van de waardering die men voor Lyell's werk kan opbrengen. Wel kan ze voorkomen dat er een al te naïef beeld wordt opgeroepen van een 'wetenschapsheid in gevecht met de religie'. Politieke stijl Het is bekend dat Darwin op een gegeven moment in zijn denken over het vraagstuk van de verschillende soorten, een opvallende overeenkomst zag tussen zijn theorie van natuurlijke selectie en de sociaal-politieke argumenten uit het essay 'Over de bevolliing' van Robert Malthus. Wetenschapshistorici hebben de afgelopen jaren druk gediscussieerd over de vraag hoe deze kennis precies moest worden gewaardeerd. Belangrijker echter is, dat de biologische theorieën van Darwin werden beïnvloed door een bepaalde meer algemene stijl van betogen in die dagen die gebruikelijk was in politieke debatten over armoede en bevolkingscijfers. Men was ervan overtuigd dat de wetenschap vat zou kunnen krijgen op persoonlijke willekeur en

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen