GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1976 - pagina 414

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1976 - pagina 414

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

1^ magazine 16 veel meeraanhangonderMolukkers gehad, dan de Doorde-Eeuwen-Trouw-mythe wil doen geloven, niet in het minst omdat Patty en andere Ambonese voormannen zich in de sociale vereniging „Mena Moer/a" het lot aantrokken van de vaak in behoeftige omstandigheden verkerende weduwen en kinderen van in Nederlandse krijgsdienst gesneuvelde Molukkers. In de Indonesische onafhankelijkheidsstrijd hebben Molukkers later ook een aanwijsbaar aandeel gehad. Bij de pemoeda's, die in 1945 Soekarno en Hatta ontvoerden om hen te pressen het uitroepen van de republiek Indonesia niet langer uit te stellen, behoorden ook Molukkers. De huidige minister van Gezondheid in Indonesië, prof. dr. G. Siwabessy w a s commandant van een uit Molukkers bestaand Pattimurabataljon, dat aan de zijde van de TNI tegen de Nederlanders streed in de jaren '45-'49. Leverde dit geen problemen op met de vele ooms en neven (Molukkers onderhouden familie-relaties tot in vele graden), die in het KNIL dienden? Uiteraard. Wie dit onderwerp aanroert in Indonesië heeft een redelijke kans op verhalen te stuiten van afspraken tussen KNIL-Molukkers en TNI-Molukkers, dat zij elkaar bepaalde signalen zouden geven, indien zij onverhoopt tegenover elkaar zouden komen te staan in de strijd. Men zou dan niet op elkaar schieten. Het verhaal getuigt zowel van Moluks saamhorigheidsgevoel als van de wanhoopssituatie, waarin men verkeerde in het dekolonisatieproces. Want als geheel vond „ A m b o n " geen aansluiting bij het streven tot beëindiging van de koloniale verhouding met Nederland. Vooral in deze eeuw onder Koningin Wilhelminawas het een mystieke binding gaan beleven met het Oranjehuis en de meeste Ambonese families kenden w e l een neef of oom, die trouw Nederlands Koningin diende. Ambon en aangrenzende eilanden waren in toenemende mate leverancier geworden van aan het koloniaal bewind gezagsgetrouwe ambtenaren en militairen. Uit mondelinge overleveringen wisten de Molukkers wel beter, maar in toespraken van autoriteiten en op de scholen heette het na de Atjehse oorlogen al gauw dat Ambon NederI and trouw was geweest „ c/oor (/e eetyIVe/7/?eeA7". Dit laatste was niet juist. Reeds de tijd van de Oost-Indische Compagnie laat een tijd van wrede onderdrukkingsoorlogen in de Molukken zien. Opstand na opstand moest door de Nederlanders worden bedwongen om het specerijenmonopolie veilig te stellen. En in de vorige eeuw waren de Molukken ook verre van gedwee onder het koloniaal gezag. In het gebouw in Den Haag, waarde sectie Krijgsgeschiedeniszetelt van het KNIL en de KL hangt in het trappenhuis een kaart van Indonesië, waarop wordt aangegeven wanneer en waar de voornaamste militaire acties zijn gevoerd. In de Molukken staandejaartallen 1817, 1858, 1860, 1864 en 1866. Wanneer na de Japanse bezetting in 1945 in het zwaar getroffen Ambon een monument wordt opgericht met als opschrift „ Door de Eeuwen Trouw" brengt een onbekende hand een historische correctie aan, zo vertelt de vroegere KNIL-officier, thansTNI-generaal-majoorJ. Muskita (Molukker). Opeens blijkt de letter T van Trouw te zijn verdwenen. Wie heeft er „ Door de eeuwen rouw" van gemaakt? De autoriteiten houden de Molukse intellectueel dr. Sitanella aan. Het monument wordt na 1 950 door de TNI opgeblazen. Op dezelfde plaats staat nu een standbeeld van de leider van de Molukse opstand van 1817, Pattimura (ZIE VUmagazine, maart '76). En van de uitdrukking „Door de Eeuwen Trouw" kan men horen, dat deze een belediging inhoudt voor het Molukse volk.

Directna1945begonopAmbon weer de training van de uit Japanse krijgsgevangenschap bevrqde Ambonezen

'

De kinderen op school leren nog steeds over Lombok en Atjeh, maar de verhalen hebben een andere strekking danvoor 1950. Hetzijnvrijheidsoorlogenvanhet Indonesische volk tegen de Nederlanders. En deze reeks begon in 1817 in de Molukken, zo leren ze thans. Alle ouderen op Ambon kennen nog het Piet Hein en de andere liederen uit de bundel,. Kun je nog zingen". Het refrein van het huidige Pattimura-lied luidt; Jonge Pattimura's denk er aan en vergeet nooit zet mijn strijd voort Vernietig de bezetters/overheersers opdat wij veilig en geluld^ig i^unnen leven.

Het dienen in het KNIL Vier jaren nadat in 1950 het KNIL is opgeheven, geeft G W. T. Dames, maj. inf. KNILb.d. in het boekje „ O o m A m bon van het KNIL" de volgende schets van de in het koloniale leger dienende militairen: „Overal in de Oost keek de bevolking wei hoog tegen de soldaten op, maar toch beschouwde men het meegaan met de werf agenten meestal als een noodsprong, omdat het betekende: het loslaten van de oude en hechte kampong-gemeenschap. Men vond het veelal slechts iets voor hen, die daar maar beter konden verdwijnen om een of andere reden. Juist zoals men in de oude tijd in Nederland dacht over het tekenen als koloniaal in Harderwijk. In Ambon en de Minahassa was dit volkomen anders. Daar was het militaire beroep in hoog aanzien en het dienstnemen volkomen normaal, zelfs een eervoile daad. Iedereen had er een aantal militairen in zjjn familie en in iedere negorij woonden vele gepensioneerden, zodat er aan verhalen over de dienst geen gebrek was. Ridders Militaire Willemsorde, dragers van de Medaille voor Moed en Trouw en van het Kroontje (de Eervolle Vermelding) waren de trotsvan hun kampong of negorij. Degenen, die in dienst gingen, lieten hun negorij niet los, maar leefden van heinde en verre met hen mee, die er achterbleven; en ook de negorij liet hen niet los, doch volgde hun wedervaren door de gehele Archipel. Daarbij waren vooral de verlofgangers de verbinding, briefschrijvers zijn het niet erg, maar vertellers wel. Zelfs indien, zoals vaak voorkwam, de Ambonees zijn negorij nooit had gezien, omdat zijn familie reeds enige geslachten lang nietthuiswasgeweest, dan wist hij waar dat thuis was en wat daar gebeurde, terwijl men in de kampong wist, waar hij zat en hoe het met hem ging. Komt men in Nederland na twintig jaar vrijwel als een vreemde in zijn geboortestad, daar kon een ach-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1976

VU-Magazine | 487 Pagina's

VU Magazine 1976 - pagina 414

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1976

VU-Magazine | 487 Pagina's