GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1976 - pagina 252

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1976 - pagina 252

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Mü magaüne 30

Voor Aantjes is de aardigheid in de politiek bijna geheel verdwenen

is sterk in dergelijke reakties. Maar in feite is een salami-taktiek gevolgd: telkens een stapje zonder een duidelijke samenhang tussen de afzonderlijke stapjes. En toen dan uiteindelijk over heXjundainem overeenstemming moest worden bereikt en die overeenstemming uitbleef, was het in feite al niet meer mogelijk, niet met het CDA verder te gaan. De strijd over het fundament brandde los omstreeks 1972. Na de verkiezingen hadden de partijvoorzitters uitgesproken dat zij in beginsel wilden streven naar een nieuwe christelijke volkspartij met één program en één kandidatenlijst, uiterlijk te bereiken in 1975. Als vervolg stelden de partijen in het najaar van 1971 een Contactraad in. De Contactraad kwam in juni 1972 met een advies ,,Op weg naar een verantwoordelijke maatschappij", waarin ook aspecten van de vorming van die partij worden behandeld. Enkele maanden tevoren had KVP-voorzitter De Zeeuw reeds zijn eigen denkbeelden over de vorming van die ene partij aan de openbaarheid prijsgegeven. Voor De Zeeuw stond vast dat die ene partij een open, niet exclusief-christelijke partij zou moeten zijn.

Niet met één lijst De kabinetscrisis van juni 1972 leidde de aandacht gedurende enige tijd van deze principiële problemen af. Met name door het optreden van De Zeeuw is evenwel vooral bij de anti-revolutionairen wantrouwen gewekt, dat spoedig over en weer zal toenemen en vervolgens de communicatie tussen de drie partners zal beheersen. De ARP verzet zich op reglementaire gronden tegen de vorming van één lijst voor de vervroegde Kamerverkiezingen van 1972. Verschillende KVP-ers koesteren argwaan, of de opgegeven redenen wel de werkelijke redenen zijn. Behalve argwaan en wantrouwen luidden de gebeurtenissen van 1972 een periode van manifeste meningsverschillen in. In het najaarvan 1972 komen de drie partijen tot uiteenlopende uitspraken over de gedragslijn die met het oog op regeringssamenwerking met andere partijen moet worden gevolgd. In december 1972 tonen vele sprekers op de partijraad van de KVP zich geïrriteerd over het feit, dat de ARP zo sterk een eigen koers had gevaren in de verkiezingsperiode (overigens had de partijleiding tevoren negatief gereageerd op een verlangen van mr. Biesheu-

vel, dat zijn kabinet de inzet van de verkiezingen zou worden). In januari 1973 wordt van KVP-zijde gesteld dat men niet eindeloos met de ARP kan blijven diskussiëren over de vraag van een eventueel op te richten nieuwe partij. Als de ARP die ene partij blijft afwijzen, houdt de KVP zich het recht voor. zich zelfstandig om te vormen tot een open christendemokratische partij. In februari publiceert een commissie van de ARP een kritische nota over het rapport van de Contactraad. En tenslotte komt en de klap van de vorming van het kabinet-Den Uyl, mét ministers uit de KVP en de ARP, zónder ministers van de CHU. De CHU neemt al spoedig een geijkte oppositierol aan. Hoe ongelooflijk het ook moge klinken, alle kritiek en wantrouwen en verdeeldheid sluiten niet uit dat in april 1973 een stuurgroep wordt ingesteld, die de oprichting van het Christen-Democratisch Appèl gaat voorbereiden. Op 23 juni 1973 keuren de partijraden van de drie partijen de oprichting van het CDA goed. Maar zoals zo dikwijls ervoor en erna, was het in sommige opzichten gelijktijdig eenja en een nee. Want terwijl de partijraad van de ARP de instelling van het CDA goedkeurt, wordt gelijktijdig uitgesproken, dat het evangelie het enige uitgangspuntvoor het politieke handelen moet zijn. In de CDA-statuten zal dat later ook op een voor de ARP bevredigende wijze worden geformuleerd, maar daarna — midden '75 — zijn het dan weer KVP-ers die roet in het eten gooien, namelijk partijvoorzitter Vergeer en fractievoorzitter Andriessen. Zij geven een interpretatie aan de CDAgrondslag, die voor een aantal antirevolutionairen, Aantjes voorop, onverteerbaar is.

toont zich gereserveerd m.b.t. een gemeenschappelijke lijst zolang er niet voldoende eenheid van visie over het funktioneren van de grondslag zal zijn bereikt. Het meningsverschil binnen het CDA over de grondslag kan evenwel niet worden bijgelegd, en welke konsekwenties heeft dat vervolgens? De verdeeldheid over de grondslag heeft voor de ARP uiteindelijk géén gevolgen voor de bereidheid, een gemeenschappelijke kandidatenlijst te steunen en de voorwaarden, die de partijraad op 10 april 1976 met betrekking tot die ene lijst stelt zijn louter van politieke en niet van principiële aard.

Karakter

CH-voorbehoud

Het eerste CDA-congres, in de zomer van 1975, dat als openbare manifestatie van christendemokratische eenheid had moeten fungeren, wordt beheerst door de tegenstelling over het christelijke karakter van het CDA. De stroming-Aantjes lijdt een nederlaag, maar misschien mede daardoor krijgt Aantjes in de volgende maanden de meerderheid van zijn partijbestuur en partijraad achter zich. De ARP-partijraad van 27 september wil een nieuw gesprek over de grondslag en

Overigens zou het een misvatting zijn, te menen dat de anti-revolutionairen als eersten en enigen moeilijk deden over die ene lijst. Op 15 december 1973 was van de drie partijraden voor het eerst een principe-uitspraak gevraagd over de wenselijkheid van een gemeenschappelijke lijst bij de eerstvolgende Kamerverkiezingen. Toen was het vooral de unieraad van de CHU, die een voorbehoud maakte, een voorbehoud dat een jaar later nog eens werd bevestigd. In november 1975 weigerden eveneens de CHU-leden in het

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1976

VU-Magazine | 487 Pagina's

VU Magazine 1976 - pagina 252

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1976

VU-Magazine | 487 Pagina's