GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1977 - pagina 434

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1977 - pagina 434

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

u i magaziiieSó

Opleiding jeugdtandverzorgsters

VU-tandheelkundigen hielpen bij Surinaams project In Suriname praktiseren 14 tandartsen op een bevolking van 330.000 zielen. Dat is een verhouding van 1 tandarts op ongeveer 23.500personen (in Nederland: 1 : 3.000). De cijfers mogen doen vermoeden dat er aan de Surinaamse gebitten wel het een en ander zal haperen, want die veertien kunnen het natuurlijk nooit aan.

Leerling-jeugdtandverzorgsters in Paramaribo met achter hen docenten.

Er zijn wel aanzienlijk meer Surinamers tandarts, maar die geven er de voorkeur aan in het welvarender Nederland te werken, een verschijnsel dat indertijd reeds door gevolmachtigd minister D. Polanen (zelf tandarts) misprijzend ,,een vorm van omgekeerde ontwikkelingshulp" is genoemd. Op de valreep van Suriname's onafhankelijkheid mocht Nederland echter nog een stukje zorg voor de toekomst van het Surinaamse gebit beleven, die thans terug te vinden is in de begroting van het Ministerie van Ontwikkelingssamenwerking. Met name de subfaculteit der tandheelkunde van de VU is ingeschakeld bij het streven van Suriname om een geschoolde staf mensen te krijgen die de slag om het Surinaamse gebit in de toekomst aan kan.

Kan men zeggen dat tot driejaar geleden geen VU-tandarts ooit stilgestaan had bij het Surinaamse gebit, nu reizen medewerkers van de subfaculteit af en aan naar Paramaribo voor een project dat verrassend snel van de grond is gekomen. Prof. dr. C. O. Eggink bezocht driejaar geleden voor het eerst Suriname. Nu is hij al zeven maal de oceaan overgevlogen en binnenkort gaat hij voor de achtste keer. Met veel genoegen vertelt prof. Eggink van dit ontwikkelingsproject, waarmee de VU in totaal vijfjaar bemoeienis zal hebben. Daarna gaat men in Suriname op eigen kracht verder. Het initiatief werd genomen in Suriname. Prof. Eggink: ,,In mei 1974 is de Surinaamse arts Hagens naar Nederland gekomen omdat hij - en met hem de

Surinaamse regering - een opzet wilde maken voor een Algemene Ziektekostenverzekering voor Suriname en daarin had hij ook voorzien in de tandheelkundige verzorging. Hij heeft toen contact met de VU opgenomen omdat wij hier hulpkrachten opleiden, mond-hygiënistes. De heer Hagens heeft toen gesproken met de heer Waalkens en prof. Houwink en de heer Stolk en ook met mij. In eerste instantie ben ik er helemaal niet bij betrokken geweest. Het was zelfs zo, dat ik aanvankelijk zei: moet dat nou, we hebben het al zo druk . . . Maar goed, het uiteindelijke resultaat van al die besprekingen, veertien dagen lang, was dat Hagens zei: jullie weten eigenlijk niets van Suriname af; jullie kunnen de tandheelkundige situatie niet vanuitNederland beoordelen. Jullie kennen het land niet en de problemen niet; kom eerst maar eens in Suriname kijken. In oktober '74 zijn we er toen geweest; we hebben een klein klinisch onderzoek gedaan, verschillende groepen patiënten in de stad bekeken en in de districten en daar hebben we een rapport over geschreven met aanbevelingen. We hebben toen gezegd: wil je die tandheelkundige verzorging goed van de grond krijgen, dan moetje bij de jeugd beginnen. Je moet uiteraard ook preventieve maatregelen nemen, maar voor de echte curatieve zorg bevelen wij aan hulpkrachten op te leiden die een beetje inliggen tussen mondhygiënistes en de kindertandverzorgsters, zoals we hier aan de VU experimenteel hebben opgeleid (kindertandverzorgsters heb je nog niet in Nederland, we hopen wel dat ze er komen). Als tweede aanbeveling hebben we gezegd: als je die hulpkrachten wilt opleiden, dan zal je dat in Suriname zélf moeten doen. Het had natuurlijk hier gekund, maar dat wordt voor ons een vrij ingewikkeld experiment, want zo'n opleiding hebben we hier niet. maar bovendien zat men, zeker in die tijd met het probleem dat hier opgeleide Surinamers of in Suriname opge-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1977

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1977 - pagina 434

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1977

VU-Magazine | 484 Pagina's