GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1977 - pagina 79

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1977 - pagina 79

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

)ff} magazine 33

\

van welvaart bereiken. En van een dergelijke verhindering zijn vele voorbeelden te noemen.

Ontvolkt

I ' : I I I

Er werd en wordt nog steeds vreemd omgesprongen met de bodemschatten uit de Derde Wereld. Zoals men een plant ontluist om een mooie plant te krijgen, zo worden ook nu nog gebieden waar delfstoffen zijn aangetoond, ontvolkt ten einde het „schoon" in handen te krijgen. Dit gebeurt niet alleen in Zuid-Amerika. Eén van de jongste voorbeelden is de verdeling van de voormalige Spaanse Sahara tussen Marokko en Mauretanië. In de zestiger jaren werd bij Bu-Craa, op 70 km van de kust van de Atlantische Oceaan in de Spaanse Sahara fosfaat ontdekt tot een hoeveelheid van 1,7 miljard ton. Het door de firma Krupp voor de Spaanse maatschappij Fosfatos de Bu-Craa S.A. gebouwde mijnbedrijf werd in 1972 operatief. Het voornaamste onderdeel is een 70 km lange transportband, die het in de woestijn opgeschepte fosfaat regelrecht naar de haven EI Aaiun brengt en in transportschepen deponeert. De productie bedroeg in het eerste jaar reeds 10 miljoen ton. Daar komt vrijwel geen mankracht aan te pas. De oorspronkelijke bevolking van dit gebied wordt thans met ondergang bedreigd.

Ocean Island Een tweede recent voorbeeld hoe bodemschatten letterlijk onder de bevolking vandaan gehaald zijn kon men onlangs lezen. Het betreft eveneens fosfaat en wel van Ocean Island in de Stille Oceaan (dicht bij de evenaar, ten noorden van Nieuw Caledonië). Vijftig jaar geleden werd de bevolking van dit eilandje (3 km in doorsnee) gedwongen het eiland te verlaten en te verhuizen naar de Fidji-eilanden. Vervolgens werden door een Brits-Australisch-Nieuw Zeelands consortium de fosfaatlagen afgegraven waardoor het eiland in een maanlandschap veranderde. Daarna mocht de bevolking terugkeren, die daarop een rechtsgeding aanspande tegen de Britse regering ten einde een schaderegeling te verkrijgen. Het schijnt het kostbaarste proces te zijn dat ooit gevoerd is; nochtans is de belangstelling in Engelse geologische kringen niet groot, hetgeen moge blijken uit het feit, dat men op mijn

verzoek aan de Geological Survey, om nadere inlichtingen omtrent de afloop van het proces, antwoordde hier niets van te weten. Trouwens ook de redacteur-buitenland van „ Trouw" heeft hier niets naders meer over vernomen. In Polen en Tsjechoslowakije worden hele dorpen, met kerk en al (als die er is) verplaatst omdat men onder die dorpen kostbare bruinkoollagen heeft ontdekt. Dit is allemaal geen probleem zolang men rekening houdt met de belangen en de rechten van de bevolking, want het gaat ten slotte om het geluk van de mens; dat mag men ten minste verwachten.

Energie Naarmate de behoefte aan delfstoffen toeneemt, ziet men zich genoodzaakt ook armere ertsen te gaan ontginnen, hetgeen technologisch geen probleem is. Maar men moet wel veel meer materiaal verwerken om de gewenste resultaten te bereiken. En dat kost veel meer energie (die overigens telkens duurder wordt). Dus ook al krijgen de Derde Wereld-landen geen cent méér voor hun ertsen, de eindproducten worden in elk geval steeds duurder (nog afgezien van andere invloeden) en daarmee steeds verder ontoereikbaar voor deze landen, tenzij de verwerkingsindustrieën worden overgeheveld naar de grondstoffenleveranciers, waar veel kennis en kapitaal voor nodig is, alsmede welwillendheid van de zijde van de Eerste Wereld. De hoop van de Derde Wereld-landen is nu voor een belangrijk deel gevestigd op de ..nouveaux riches" onder hen, de OPEClanden die overigens reeds driemaal zoveel aan ontwikkelingshulp geven als de Eerste Wereld-landen in verhouding tot het BNP (Bruto-Nationaal Produkt). Het energieprobleem van de armste landen (er zijn 29 landen met een BNP van minder dan 200 dollar per jaar, per hoofd) is zo nijpend dat men roofbouw pleegt op de bossen om aan brandstof te komen. Iemand heeft reeds opgemerkt, dat het niet de vraag is of er in deze landen in 1985 nog wel voedsel genoeg is, maar of dat voedsel ook nog gekookt kan worden. Maar ook in de rijke landen ontkomt men, niet aan dit probleem. In de Verenigde Staten (met 6 % van de wereldbevolking) gaat

men thans een brandstofvoorraad aanleggen voldoende voor een jaar normaal verbruik. Dit gaat 8 miljard dollar kosten. Intussen heeft men 40 jaar lang 40% van het wereld-verbruik aan energie geconsumeerd, tegen een derde van de wereldmarktprijs. Men heeft de kans voorbij laten gaan om door middel van belasting op energie de middelen te creëren om het onderzoek naar alternatieve energie te financieren. Over de uraniumvoorziening is men somber gestemd en probeert thans het gebruik elders af te remmen. Precies een jaar geleden werd in Denver (Colorado) een conferentie beëindigd over: „ Uranium and Thorium. Research and Resources". Er werden op die conferentie 200 deelnemers verwacht. Er kwamen er meer dan 1.000, waaronder één onzer alumni, dr. J. Hoeve. Hij schreef hïcro\tr,. dat er een sfeer van bezorgdheid, soms bijna van paniek heerste, omdat men geen antwoord kon krijgen op de vraag waar al het uranium vandaan moet komen dat de V. S. nodig hebben in de komende 25 jaar. De V.S. moeten nl. in de negentiger jaren 9 maal zoveel uraan vinden als ze nu nodig hebben. Er is een bekende reserve voor 8 jaar en de tijd begint dus te dringen mede gezien het feit. dat er ca. 8 jaar nodig is om een uraanmijn in produktie te nemen, vanaf het moment van de ontdekking van het erts voorkomen". Eén van de nieuwste uraanmijnen is de Rössingmijn, dicht bij de kust in Namibië. Deze mijn werd in juh 1976 in gebruik genomen en wordt ontgonnen door de Britse Rio Tinto Zinc Co., nota bene onder Britse Staatsgarantie hetgeen in strijd is met de desbetreffende bepalingen van de V.N. ten aanzien van Namibië. De reserves van Rössing bedragen ten minste 100.000 ton U 3 O 8, evenveel als de totale bekende uraan-reserves van Zuid-Afrika. Samen bezitten Namibië en Zuid-Afrika 23 % van de uraan reserves van de ..vrije" wereld (berekend op basisprijs van 1500 dollar per pound U 3 O 8).

China Van China was tot voor kort zeer weinig bekend inzake de energieproduktie. Recente gegevens zijn moeilijk te bemachtigen. Daarom maak ik van deze gelegenheid graag gebruik om de aandacht te vestigen op een zeer onlangs verschenen boek van V.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1977

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1977 - pagina 79

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1977

VU-Magazine | 484 Pagina's