GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1978 - pagina 463

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1978 - pagina 463

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

I/U nmgadne 21 hoogst gevaarlijke weg"? oordeelt De Standaard. De hoogst spaarzame berichtgeving over de armoe die geleden wordt kan samenhangen met het feit dat in veel verder geïndustrialiseerde landen als Engeland en Duitsland veel meer nijpende armoe was dan hier; het zal er ook mee samenhangen dat hier nog geen socialistische organisaties bestaan, die de belangen van de ,,armste standen" behartigen. Nederland loopt wat dat laatste betreft flink achter. In Duitsland zijn de sociaal-democraten niet alleen in de Rijksdag vertegenwoordigd, ze zijn er door Bismarck ook al weer uitgegooid. Na een aanslag op keizer Wilhelm I zijn hun verenigingen en geschriften verboden. Hun leiders zijn uit Berlijn verbannen of gevangen gezet. ,,Voor de in uiterste behoefte verkeerende kinderen van den Berlijnsche socialist Hahn, die op het oogenblik in de gevangenis zit -terwijl zijn vrouw die mede aan politiek doet, uit Berlijn en omstreken is verbannen-, wordt thans in de Pruisische hoofdstad door personen van alle erkende kerkgenootschappen een collecte gehouden". (16 dec). Eind '78 is Nederland dus nog altijd vrij van socialistische woelingen. Nog altijd. De Standaard publiceert zelfs een artikelenreeks ter nagedachtenis van de socialistische Chartisten-beweging van '48 in Engeland, dat als volgt eindigt: „Toch zou het, b.v. thans in Duitschland, goed zijn er op te letten hoe een beweging zoo krachtig in aanvang en voortgang, bedwongen en in de vergetelheid begraven werd. Goed ook, zoo elk zich afvroege, wat in het sociale vraagstuk, waar tegenover ook wij wellicht vroeger of later ons zullen geplaatst zien, zijn meening zij. Goed ook, dat men, overtuigd dat voorkomen beter is dan genezen, ernstig onderzochte, of niet de beslissing van geheel de sociale quaestie ligt in het antwoord dat men geeft op de vraag van Kain: ,,Ben ik mijns broeders hoeder?"

Me mogen stemmen en wie niet? Ook al is er in Nederland geen socialist te bekennen, de opkomst van die beweing in het buitenland, baart zorgen. Tijdens de algemene beschouwingen in de Tweede Kamer wordt de regering, het idee aan de hand gedaan om alvast maar een wet tegen de socialisten aan te te nemen; voorkomen is beter dan genezen. De ministerpresident, Kappeyne van de Copello voelt daar niets voor. „De Regeering kan zich geen partij stellen tegenover politieke tegenstanders, tenzij dezen in de gelegenheid zijn, hunne denkbeelden te openbaren. De veiligheidsklep tegen de woelingen der socialisten is juist gelegen in hunne nietvervolging". In hetzelfde debat komt een andere ,,woeling" ter sprake: het volkspetitionnement (een in augustus onder leiding van Kuyper gehouden handtekeningenactie, waarbij de koning werd gevraagd de wet op het lager onderwijs niet te tekenen). Kappeyne heeft daarover rapport uitgebracht aan de koning (zie VU-magazine juli/aug. '78). Daarin

wordt het petitionnement gekarakteriseerd als een weloverwogen, van te voren geplande, politieke actie. In de kamer zegt Kappeyne dat wanneer de actie zou zijn geslaagd, dit politieke gevolgen zou hebben gehad, namelijk verandering van het bewind. „Een nieuw bewind zou hebben moeten optreden en een botsing zou zijn ontstaan tusschen dat bewind en de Staten-Generaal. Hier door zou een schok aan het land zijn toegebracht, zwaarder dan sinds het herstel onzer nationale onafhanklijkheid is gevoeld. Nagaande wat in Augustus is geschied (n.l. het petitionnement), meende de minister het recht te hebben te beweren, dat zoo ooit het land toen bewaard is voor gevaar, ook met het oog op de omstandigheden in het buitenland, niet door de wijsheid der petitionarissen, maar door de wijsheid van Neêrlands Koning". Het kamerlid Rutgers van Rozenburg gaat nog verder. Hij vindt het petitionnement„revolutionair", want het is gepaard gegaan met agitatie waarin een valse voorstelling van zaken werd gegeven, ,,door zich te beroepen op sociale hartstochten, door tegenstellingen te maken tusschen rijk en arm".

Algemeen klesredit? Het volkspetitionnement brengt in de kamer nog een ander punt naar voren: herziening van het kiesstelsel. De afgevaardigde Van Houten, een linkse liberaal, die kort geleden is uitgetreden uit de partij en die nu in z'n eentje opereert, ijvert al geruime tijd voor algemeen kiesrecht. Hij vraagt zich nu (d.w.z. op 4 december) opnieuw af, of de kamer werkelijk de meerderheid van het volk vertegenwoordigt. Hij betwijfelt het en, schrijft De Standaard, „hij wees slechts op het onderwijspetitionnement. Hebt gij - vroeg hij - de zekerheid dat die wet (n.l. de onderwijswet), bestreden door de petitionnarissen en ook door anderen in de Kamer, de meerderheid van het land voor zich heeft". Van Houten betoogt dat geen regering overeind kan blijven bij een kunstmatige kamermeerderheid en dat als er veranderd moet worden, het ogenblik nu gunstig is, want nu is er geen sprake van „pressie van het volk dat in beweging is". Kappeyne antwoordt, dat hij nooit zal meewerken aan het tot stand komen van algemeen kiesrecht, maar hij acht het niet uitgesloten dat het in de toekomst wellicht voor Nederland is weggelegd. In de Kamer wordt betoogd, dat bij algemeen kiesrecht de deur wordt open gezet voor socialisten en c\enca\en „uit wier concubinaat een ras van Christelijke socialisten zou ontstaan, evenals in Duitschland". Dergelijke betogen worden weersproken: het Nederlandse volk is niet socialistisch gestemd en bij invoering van algemeen kiesrecht zou er geen socialist worden gekozen. Waar staat De Standaard, of zeg maar gerust: Kuyper, als het gaat om het algemeen kiesrecht? Wanneer het betekent: one man, one vote, dan is hij resoluut tegen. Een natie is geen verzameling van losse individuen, maar van groeperingen en bovendien zijn mensen niet gelijk. Je kunt ze dus ook niet allen gelijke politieke invloed toekennen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1978

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1978 - pagina 463

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1978

VU-Magazine | 484 Pagina's