VU Magazine 1978 - pagina 201

liO magazine 23 Dat er gereorganiseerd zou gaan worden in de gemeentelijke diensten van A m s t e r d a m zat er in. De Raamnota Stadsvernieuwing, die in juni '77 verscheen, schetste in grote lijnen het gemeentelijk beleid (zie elders op deze pagina's) maar constateerde tevens, dat het apparaat dat dit beleid zou moeten gaan uitvoeren ten ene male ontoereikend was voor dietaak.„Uitgangspunt dient te zijn de vraag welke eisen de uitvoering van het stadsvernieuwingsbeleid stelt aan de gemeentelijke organisatie en welke veranderingen nodig zijn. Uitgangspunt daarbij kan niet zijn de vraag: hoe houden we de bestaande organisatorische situatie zo goed mogelijk intact." Het ,,historische" en ,,moedige" zat in het feit, dat wethouder De Cloe te kennen had gegeven o m na de gemeenteraadsverkiezingen niet op zijn stoel tezullen terugkeren (hij vond datzijn partij (PvdA) hem niet de kans bood tot een discussie over stadsvernieuwing), maar dat hij desondanks de door hem noodzakelijk geachte reorganisatie had aangevat. De belangrijkste verandering die werd voorgesteld, bestond eruit, dat de dienst Publieke Werken, een omvangrijk apparaat" waaronder ook Stadsontwikkeling resorteert, zou worden gesplitst. Publieke Werken zou zich moeten blijven toeleggen op technische projecten; Stadsontwikkeling zou een aparte dienst moeten worden rechtstreeks onder het college b. e. w. Een onafhankelijker positie dus, van de planologen van stadsvernieuwing ten opzichte van de civiele (d.i. technische) sector. De wethouder motiveerde dat denkbeeld door er (in Trouw van 8 maart) op te wijzen, dat de groei van A m s t e r d a m ten einde ioopt en dat allerlei grote technische werken (de bouw van de U-tunnel, de aanleg van de metro, bijvoorbeeld) nu klaar waren en dat de aandacht van dit soort werken zou moeten worden verlegd

fVOORHOEDE-AMBTENARKN RAKEN GEFRUSTREERD

Mag buurt t zeggen? Liroieclgrocp begon in 1969 —••-**^ma3l is de fc.^oen niet

In dit geval zegevierde het systeem^ van ge'.etdeiijke verandenng vanj^^ buurt, maar dat kwam doord^-^ buurt zelf hart5tochte)ijkj bleef voeren voor da; j ""

naar het sociale vraagstuk van de stadsvernieuwing. Verder zouden de verschillende diensten die met huisvesting te maken hebben voor de duidelijkheid moeten worden gebundeld en zouden de zogenaamde .projectgroepen" (dat zijn groepen ambtenaren van verschillende diensten die met stadsvernieuwing te maken hebben en die werken in de te vernieuwen wijken) meer gewicht moeten krijgen. De ambtenaren in deze groepen zouden zo ..zwaar" moeten zijn dat ze niet als ..doorgeefluik" tussen bewoners en hogere gemeentelijke instanties zouden blijven fungeren (een zeer frustrerende functie, zo signaleerde Het Parool op 10 maart) maar zelf iets te zeggen zouden hebben. Hiermee beoogde b. en w. een eind te maken aan de zwevende positie van de projectgroepen tussen bewoners, gemeentebestuur en ambtelijke diensten in. Aan de gemeenteraad werd tenslotte gesuggereerd een aparte commissie-Stadsvernieuwing te v o r m e n , zodat dit hoogste orgaan in het stadsbestuur meer bij de problematiek betrokken zou zijn.

Advies In meer dan één opzicht leken de Amsterdamse plannen op de aanbevelingen die eerder dit jaar werden neergelegd in een advies. Het werd in opdracht van de ministeries van binnenlandse zaken en CRM en de rijksplanologische dienst vervaardigd door een aantal bestuurskundigen van de VU (leiding van dit project had drs. F. Fteurke), die al enige jaren lang de werkgroep Bestuur-Bestuurden v o r m e n . Het advies was vooral geadresseerd aan gemeentebesturen en aan organisaties die zich met inspraak en openheid van bestuur bezighouden. Het was g e b o u w d op een onderzoek waarin gezocht werd naar organisatievormen en procedures in de besluitvorming, die burgers de mogelijkheid zouden kunnen bieden, hun invloed te vergroten. Twee bestuurstaken werden in dat onderzoek (het moet nog w o r d e n gepubliceerd mogelijk komen w e er t.z.t. op terug) bekeken: de ene was de bijstandsverlening en de andere de stadsvernieuwing. De stadsvernieuwing waar het hier over gaat, werd bestudeerd in Haarlem, Enschede en Z w o l le. Aan deze drie gemeenten werden (na gedaan onderzoek en nadat betrokken wethouders en ambtenaren over de concepten hun zegje hadden kunnen doen, zulke ter vergroting van de praktische waarde) beleidsadviezen uitgebracht. De vraag was nu, of met de kennis en ervaring, die in de drie onderzoeksgemeenten waren opgedaan, ook een advies kon w o r d e n samengesteld voor ..algemeen gebruik". Dat wil zeggen: een advies waar andere gemeenten, waar geen onderzoek was gedaan, iets aan zouden kunnen hebben. Er werd een ontwerp gemaakt, waarmee de onderzoekers ..de boer op gingen". Negen gemeenten en vier organisaties die zich met stadsvernieuwing bezighielden, werden gevraagd hun mening over dit stuk te geven. De open aanmerkingen die in deze .consultatieronde"

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen