VU Magazine 1978 - pagina 429

I

}U1 magazine 31

i

i

medewerkers hiervoor te rekruteren. Aan belangstelling is echter geen gebrek. Op verschillende manieren leven ouders mee met het wel en wee door een voorbereiding op een katechetisch thema (al dan niet gecoacht) tezamen met hun kinderen; door eventuele absentie te laten weten e.d. Ook verschillende kerkeraden geven uiting aan hun medeleven door het vragen van informatie op een vergadering of via een bezoek.

Doelstelling Belangrijk is in dit verband wat men in de gemeente van de katechese verwacht. Anders gezegd: wat is het doel van de katechese zoals dat door predikanten en andere gemeenteleden wordt gezien? Wat de eerste kategorie betreft: ongeveer 25% van de predikanten vindt het komen tot een zelfstandige, persoonlijke geloofsbelijdenis een belangrijk doel en bijna 25% het onderricht in bijbelkennis en geloofsleer. Daarentegen accentueert 35% vorming en toerusting tot leden van de gemeente en/ of,,christenen in de samenleving" als doel. Voor het uitstippelen van een beleid is het zaak notie te nemen van de door veel predikanten veronderstelde diskrepantie (= verschil) tussen de doelstelling van de kerkeraad en die van henzelf. Bovendien blijkt in veel gemeenten een gesprek over het doel van de katechese nog nauwelijks van de grond gekomen te zijn. Het ligt op zichzelf voor de hand te veronderstellen dat juist bij de werving van katechisanten voor het komende katechisatieseizoen opening van zaken over het doel van de katechese wordt gegeven. Er is ten aanzien van de werving een en ander in beweging. In ongeveer 49% van de wijken wordt - als men uitgaat van de meest gunstige interpretatie - een beroep gedaan op de gemeente in haar geheel. Dit houdt mogelijk ook een beroep in op de jongeren als leden van de gemeente. Geheel zeker is dit niet omdat sommige

respondenten toch een onderscheid aanbrachten. Uit de toelichtingen werd duidelijk dat de uitnodigingen meestal aan de katechisanten zijn gericht.

Werving Wat is de waarde van een meer gerichte werving voorde positiebepaling van de katechese in de gemeente? Op dit moment is het nog maar al te vaak dat een meer persoonlijk gerichte werving een soort noodmaatregel is. Voor een dergelijke maatregel is het voldoende als de organisatorische gegevens worden meegedeeld. Enige opmerkingen over de inhoud van de katechese en de mogelijkheden die de leerlingen hebben om zelf ook een bijdrage tot het programma te leveren, geven de uitnodiging tegelijk een meer zakelijk en meer vriendelijk voorkomen. Maar dit kan een ,,ko'óperatieve schijn" zijn. Men doet niet echt een beroep op de katechisanten als (jonge) mensen die belang hebben bij dit onderricht en die daarom moeten weten wat er van hen verwacht wordt. Bedoeld is niet dat de uitnodigingen een soort ,,lekker makende" reklameteksten zijn. Het gesprek met de betrokkenen over de betekenis en doelstelling van de katechese moet echter bij de werving al beginnen, zal van meetaf duidelijk zijn dat het zonder koöperatie in de één of andere vorm niet gaat. Dit betekent echter tevens dat er over de inhoud en de toon van de wervingsaktie overleg nodig is. Een overleg dat zich niet tot de kring van de eigen gemeente behoeft te beperken, maar oekumenisch kan zijn.

Kommentaar: weinig verbindingen katechesegemeente ,,Voor de vernieuwing van de katechese is het van wezenlijk belang, dat we een goed zicht hebben op de verhouding tussen wat in de katechisaties gebeurt en het gemeente-zijn". Deze stelling van K. A. Schippers krijgt gezien de situatie zoals die uit het rapport naar voren komt nog des te meer klem. Als de verhouding van katechese en gemeenteleven van zo wezenlijk belang is moet men zich met het oog op het beleid wel zorgen maken over de feitelijke situatie. Er zijn niet zoveel verbindingen tussen de katechisatie en andere aktiviteiten in de gemeente. Een relatie heeft twee aansluitingspunten. Niet alleen moeten de katechisanten zich betrokken voelen bij de gemeente en bij de wereld van Bijbel, geloof en kerk zoals die in het gemeenteleven aktueel blijkt te zijn. De katechisanten moeten ook het gevoel hebben dat zij met hun eigen vragen en ervaringen, met hun eigen wereld, die misschien zo weinig direkte kontakten met Bijbel, geloof en kerk bevat, in relatie staan met hetgeen de gemeente in onze samenleving belichaamt en voorstaat. Nog anders gezegd: de eigen wereld moet niet uit het zicht verdwijnen als de wereld van Bijbel, geloof en kerk in het zicht komt, maar beide ,,werelden" moeten met elkaar in relatie komen. Gezien onder dit perspektief komen we nog een andere vorm van isolement op het spoor. Hoe groot is de afstand tussen de katechisatie en de wereld waarin de leerlingen zich dagelijks bevinden, de wereld van het werk of de school of het werkzoekende bestaan? Wanneer ook nog de

]

I ' , ' j i ;

' ; j | j

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen