GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1979 - pagina 77

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1979 - pagina 77

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Iff} magazine 31

5,Het zoeken naar 'de' christelijke vorm van staat of maatschappij moet worden opgegeven"

richtingen per saldo niet heel groot", afgezien ,,van de geheugensterkte ... met betrekking tot het oorspronkelijke station der redenering" (218, 226). In zijn redevoering van 1954 poneerde hij de stelling ,,dat een stijging van de welvaart in Nederland met zeg 20 a 30% de nog bestaande verschillen tussen liberalen en socialisten in Nederland vrijwel volledig zon uitwissen." Zijlstra's these vertoont gelijkenis met de ,,end-of ideology" theorie die tezelfdertijd in de amerikaanse politikologie opgeld deed, en vertoont in ieder geval een zekere verwantschap met een belangrijk motief bij het ontstaan van D'66. Zijlstra vindt echter niet dat politiek en partijen van de baan zouden zijn, en betrekt zeker niet de christelijke partijformatie als zodanig in zijn relativerende konclusie. Neen:,, Wij zien eruit dat de bewegende krachten in het politieke leven maar voor een deel economische vraagstukken betreffen." En die laatste ,,laten zich niet vangen in het schema liberalisme of socialisme". Dat betekende voor hem dat de christelijke partijen zich dan ook niet in deze ,,schrale, ja onwezenlijke tegenstelling" moeten laten dwingen. In deze redenering ligt de basis voor wat later in het politieke spraakgebruik werd gevulganiseerd tot de gedachte dat de keuze tussen P.v.d.A. en V.V.D. er een tussen lood om oud ijzer vormde. Uit een recente uitlating van Zijlstra blijkt dat deze meent dat deze afwijzing van,,enige principiële voorkeur" een voorkeur voor ,,een samenwerking voor een bepaalde en beperkte tijd" niet in de weg hoeft te staan (205). Overigens bracht bovenstaande visie Zijlstra niet tot een absolute verdediging van het christelijke in de politiek. In 1962 stelde hij op een A.R. partijconvent ,,dat wij iets voorzichtiger en iets bescheidener zouden moeten worden met het typeren van bepaalde politieke daden als zodanig, als een eis van christelijke politiek" (296). En in een rede voor S.S.R. in 1963 stelde hij

dat,,het zoeken naar,,de" christelijke vorm van staat of maatschappij moet worden opgegeven". Daarop volgde echter de uitspraak: ,,Niet mag worden opgegeven het voortdurend kritisch toetsen van staat en maatschappij op het aanwezig zijn van belemmeringen op de weg van de mens tot God en de naaste" (302). Hij meende dat de noodzaak van een christelijke politieke partij ,,ligt in het instrumentele veeleer dan in het principiële vlak". De duurzaamheid van een politieke partij kon niet liggen in belangen, maar ,,slechts steunen op continuïteit van M9k

Dr. W. P. Berghuis

gehuldigd beginsel". Daarbij ging het niet ,,om het realiseren van een samenstel van ordeningen naar een in de Bijbel gevonden receptuur. Het gaat wel om concrete correcties van concrete situaties die ik in mijn tijd aantref'. Hij betreurde ,,het gebrek aan eenheid in de christelijke politiek" diep en wilde voorzichtig zijn met het spreken over,,het geboden zijn van de christelijke politieke partij" (305). Voorlopige konklusie Eerder kon reeds vastgesteld worden dat de ontwikkeling van de inhoudelijke en strategische koncepties van ,,voormannen" in de periode 1950-1967 van groot belang is geweest voor die van de A.R.P. Het boek over Zijlstra levert echter tevens aanwijzingen op voor het zoeken naar dieperliggende verklaringen voor de verschuivingen en dilemma's die daarmee gepaard gingen. Wij vatten deze samen:

a. De neiging van een groot aantal leden van de A.R.P.-top tot een vrij absolute fundering van inhoud en organisatorische vorm van de christelijke politiek en de beoordeling van koalitievorming vanuit dat standpunt. Gewezen kan worden op het begrip voor het Mandement van 1954, op het pleidooi voor herstel van de koalitie in 1956, en op de neiging de onderscheiden koalities met V.V.D. en P.v.d.A. vanuit principieel standpunt te rechtvaardigen, b. De neiging van Zijlstra om, met behoud van de christelijke partijformatie, deze liever instrumenteel dan principieel te funderen. Voorts zijn neiging om op basis van ekonomische koncepties het verschil tussen P.v.d.A. en V.V.D. te relativeren en samenwerking met één van beide slechts op pragmatische gronden te rechtvaardigen. Gewezen kan worden op zijn verdediging van zijn participatie in de kabinetten Drees en De Quay, toen leden van de A.R.P.-top kritisch bleken te staan tegenover het beleid van deze respektieve kabinetten. Daarmee is nog niet alles gezegd. In een volgend artikel zal ingegaan worden op een aantal nuances enfaktoren, terwijl dan tevens ingegaan zal worden op de ontwikkeling van inzichten en koncepties en de daarmee gepaard gaande verschuivingen en dilemma's in de periode na 1967, die voordien niet voorzien waren. Werd in dit artikel voornamelijk gekeken vanuit de optiek van Zijlstra, in het volgende zal dat geschieden vanuit die van zijn tegenspelers. Inmiddels is wel duidelijk geworden dat de publicatie over Zijlstra een zeer leesbare en informatieve publicatie is geworden, waarmee het hoofd van het Historisch Dokumentatiecentrum voor het Nederlands Protestantisme eer inlegt.

O De tussen haakjes geplaatste cijfers verwijzen naar paginanummers uit het boek.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1979

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1979 - pagina 77

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1979

VU-Magazine | 484 Pagina's