GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1979 - pagina 341

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1979 - pagina 341

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

magamteSI verantwoordelijk voor het lijden in de Derde Wereld. Gepleit werd voor ontwapening en een heroriëntatie van het onderzoek. ,,Maak van speren ploegscharen en van zwaarden snoeimessen. De aarde kan een vriendelijke plaats zijn om te leven, maar we moeten het wel willen." Op iedere wetenschapper persoonlijk werd een beroep gedaan voor zichzelf na te gaan welke banden hij heeft met regeringen, militaire projekten en multinationale ondernemingen. Tenslotte werden de aanwezigen opgeroepen de verlichting van de ellende van de armen en onderdrukten als voornaamste doel van hun werk te zien. 't Kwam natuurlijk bij niemand op deze verklaring te verwerpen. Er iets mee doen, is echter wat anders. In feite ging de verklaring tenonder in de enorme papiermassa en in het intellectuele oerwoud. Kennelijk waren er gewichtiger problemen. Dit alles liet bij derde wereld mensen een gevoel van teleurstelling na. Men had het gevoel, dat de konferentie veel duidelijker en minder onverplichtend had moeten kiezen. Waarom is dat niet gebeurd? Een lastige vraag waar ik het antwoord maar ten dele op weet. Als je kijkt naar de deelnemerslijst is er op het eerste gezicht een redelijke verdeling van arm en rijk. Als je echter gaat vragen naar de kwaliteit van de mensen vallen een paar dingen op. Ik heb al gezegd de armen waren, bij wijze van spreken, vertegenwoordigd door de rijken uit hun landen. Verder waren geen zwarte- of bevrijdingstheologen van naam aanwezig. Zelfs de zwarten uit de VS ontbraken vrijwel geheel. Maar, zo werd gezegd door de konferentieleiding, 't is ook een bijeenkomst over wetenschap en geloof en we wilden er geen politieke manifestatie van maken. Dat de afbakening van het onderwerp een moeilijke klus was, is niet verwonderlijk maar een dergelijke bewering is toch wel naief. Niet dat ontkend werd dat wetenschap en maatschappij iets met elkaar te maken hebben, maar 't is meer een kwestie van nadruk en accent, zo werd gezegd. Naar mijn overtuiging had een kwalitatief betere inbreng van de bevrijdings- en zwarte theologie en de aanwezigheid van de echte armen de konferentie meer werkelijkheidswaarde gegeven. Ontbrak die werkelijkheidswaarde dan helemaal? Neen gelukkig niet, hetgeen blijkt uit de boeiende en spannende debatten rond het vraagstuk van de kernenergie.

Energievraagstuk De problemen rond geloof, wetenschap en de toekomst werden behalve in plenaire vergadering in de Kresge Hall (waarvan het dak overigens lek was) ook besproken in zg. sektievergaderingen. Zo waren er sekties m.b.t. theologische vraagstukken, overdracht van technologie van rijke naar arme landen enz. Eén sektie hield zich bezig met energievraagstukken. Deze sektie stond onder voorzitterschap van dr. Albert van den Heuvel, secretaris-generaal van de Nederlandse Hervormde kerk. De voornaamste vraag was hoe de wereld zijn energieproblemen kan oplossen. Duidelijk is dat mede onder invloed van de oliecrisis (wat daar ook van waar is) het Westen m.n. in ernstige energieproblemen is gekomen. Welke alternatieven zijn er? Op grote schaal besparen, energie uil kolen- en zonneenergie. Dit zijn er zo maar een paar. Volgens sommigen is kernenergie het enig redelijke alternatief. Maar het is genoegzaam bekend dat kernenergie vragen oproept zoals: Wat gebeurt er met het radioaktieve afval, hoe gaan we een ongewenste spreiding tegen, wat doen we bij een ongeluk met een centrale en welke gevolgen heeft dat? Wat dit laatste betreft was te merken dat iedereen in mindere of meerdere mate onder de indruk was van het ongeluk in de centrale bij Harrisburg in de VS. Maar de één deed het af als een incidentje, dat ongelukkigerwijs in de pers enorm was opgeblazen. Bij de ander had het ongeluk gewerkt als een laatste waarschuwing om het pad van de kernenergie te verlaten. Vóór- en tegenstanders stonden fel tegenover elkaar. Prof. Rose, een kernfysicus

V.I.n.r. Paulus Gregorius, prof. David Rose en dr. Paul Abrecht.

van het MIT wees erop dat zowel kolen- als zonne-energie in de nabije toekomst geen alternatieven zijn. Het gebruik van kolen leidt tot ernstige vervuiling met als gevolg wellicht klimaatsveranderingen. En zonne-energie is nog onvoldoende onderzocht en ekonomisch niet haalbaar. Een eenvoudige berekening leert volgens Rose dat bij de opwekking van energie uit kolen de wereld jaarlijks rekening moet houden met ongeveer vijftigduizend doden, 't Aantal doden ten gevolge van toepassing van kernenergie is vele malen kleiner en dat zal volgens Rose zo blijven. Kortom kernenergie is schoon en kost weinig mensenlevens. Prof. Rossel, een fysicus uit Zwitserland, betoogde dat kernenergie kwalitatief gezien van een andere orde is. De effekten zijn onbekend en gevreesd moet worden dat bij een ongeluk niet alleen de huidige generatie maar ook generaties na de huidige de gevolgen ervan zullen ondervinden.

Moratorium Zoals gezegd, vóór- en tegenstanders stonden recht tegenover elkaar. Wat te doen? Een tussenoplossing? Op dit punt hebben de nederlanders v.d. Heuvel en Eric Jan Tuininga, die aan TNO verbonden is en al jaren binnen de kerken werkt aan bewustwording over kernenergie, een belangrijke rol gespeeld. Samen met anderen stelden ze voor om een moratorium in te stellen. D.w.z. een periode vast te stellen waarin over de hele wereld geen nieuwe centrales meer worden gebouwd en waarin de bevolking de kans krijgt mee te praten over de voor en tegens van kernenergie (een brede maatschappelijke diskussie dus, zoals dat in Nederland heet). Na veel geharrewar besloot de sektie in meerderheid dit voorstel aan de plenaire vergadering voor te leggen. Een minderheid o.l.v. van Rose kwam met een minderheidsvoorstel. Tijdens de plenaire debatten kon je voor het eerst een grote betrokkenheid bij de deelnemers zien. Afstandelijkheid, skepsis en cynisme werden doorbroken. Kernenergie raakt kennelijk een vitale zenuw. Al spoedig werd het iedereen duidelijk dat een ongenuanceerd voor of tegen er niet in zat. Na urenlang heen en weer gepraat nam dr. John Francis het woord. Hij is een Brits kernfysicus en op dit moment staatssecretaris voor volkshuisvesting in Schotland. Hij neemt al jaren binnen de Wereldraad deel aan de

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1979

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1979 - pagina 341

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1979

VU-Magazine | 484 Pagina's