GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1979 - pagina 109

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1979 - pagina 109

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

magadne 19

Franse VN-troepen passeren Palestijn

permanente Leden van de Veiligheidsraad, die verantwoordelijk zou moeten zijn aan de Veiligheidsraad voor de strategische leiding van het V.N.-leger (art. 47). In 1946 heeft dit Generale Staf Comité vergaderd maar al gauw bleken Rusland en de andere vier grote mogendheden (V.S., Engeland, Frankrijk en China) het over tal van zaken niet eens. De strijdmacht, die men had willen vormen, was niet gering. Het Engelse voorstel was 8 a 10 divisies, 1200 vliegtuigen, twee slagschepen, zes kruisers, vier vliegdekschepen en 24 torpedobootjagers. De Verenigde Staten wilden een nog aanzienlijk grotere V.N.-strijdmacht. In een eerste rapport van het Generale Staf-Comité werden o.a. de volgende punten opgesomd waarover men het eens was geworden: 1. De legermacht moet zodanig ingericht worden, dat de Veiligheidsraad in ieder deel van de wereld snel kan ingrijpen. 2. Hoewel de Grote Vier aanvankelijk het hoofdbestanddeel zullen leveren, zal elk van de Verenigde Volken op het eerste verzoek van de Veiligheidsraad strijdkrachten ter beschikking moeten stellen, waarvan de omvang bepaald wordt door de Raad. 3. Geen land zal zijn strijdkrachten hiertoe behoeven uit te breiden. 4. De Veiligheidsraad bepaalt of en waar de legermacht gebruikt zal worden. Een en ander is dus afhankelijk van de eenstemmigheid der Grote Vijf (veto). 5. De ieden-staten moeten zelf de voor hun contingent benodigde manschappen en materieel leveren. 6. In vredestijd heeft de Veiligheidsraad geen controle over de nationale contingenten, die dan onder het „uitsluitend commando" der Ieden-staten staan. Worden de contingenten opgeroepen, dan staan zij onder controle van de Raad. 7. De strategische leiding wordt namens de Raad gegeven door de militaire staf-commissie. 8. De contingenten behouden (bijv. wat betreft reglement, discipline enz.) hun nationale karakter. De commandanten worden door de desbetreffende naties zelf benoemd. Zij moeten te allen tijde hun eigen-regering over alle kwesties kunnen raadplegen."

Een jaar lang heeft het Generale Staf-Comité van de Verenigde Naties vergaderd, voordat men het streven opgaf een V.N.-leger te vormen. De meningsverschillen, waarop de zaak strandde, lijken achteraf gezien op zichzelf niet eens zo onoverkomelijk. Rusland b.v. stelde zich op het standpunt dat de vijf grote mogendheden land- zee- en luchtmachtstrijdkrachten moesten leveren die geheel gelijk waren in sterkte en samenstelling. De andere vier vonden dat er best verschil in samenstelling mocht zijn. De Russen wilden voorts bepaald zien, dat de V.N.-strijdkrachten 30 tot 90 dagen na het onderdrukken van een bedreiging ter plaatse zouden moeten blijven. De andere vier vonden dat dit aan de Veiligheidsraad moest worden overgelaten. Verschil van mening was er ook of al dan niet bases ter beschikking moesten worden gesteld aan de V.N. (Rusland: nee, anderen: ja). En verschil van mening was er ook waar de contingenten gelegerd moesten worden. De Russen vonden dat de contingenten elk in hun eigen land gelegerd moesten blijven tot de Veiligheidsraad hen zou optrommelen. De andere vier vonden dat de contingenten geografisch zo opgesteld dienden te worden, dat de Veiligheidsraad in staat zou zijn in elk deel van de wereld zo snel mogelijk in te grijpen. Waren deze meningsverschillen belangrijk genoeg om de hele zaak op te laten stranden? Het is nauwelijks te geloven. De waarheid is eerder dat al vrij snel na het einde van de tweede wereldoorlog de politieke wil tussen Rusland en de westelijke staten verdween om het eens te worden. De wantrouwigen in beide kampen wonnen het van de krachten, die in de eerste plaats de Verenigde Naties tot de organisatie wilden maken, die ieders veiligheid in de wereld moest waarborgen. In Juli 1948 liet het Mililitaire StafComite van de V.N. aan de Veiligheidsraad weten op een dood punt te zijn gekomen wat betreft de meningsverschillen. De V-raad moest maar zeggen wat er moest gebeuren. Maar tot op heden is dit lichaam het niet eens geworden en al bestaat het Militaire Staf-Comité op papier nog steeds, artikel 43 van het Handvest van de Verenigde Naties is sindsdien een dode letter gebleven. Met name het mislukken van een poging om een wereldveiligheidsstelsel in het leven te roepen, is de oorzaak geweest dat eerst West en later Oost hun veiligheid meenden te moeten zoeken in de oprichting van NAVO (4 april 1949) en nadat WestDuitsland daartoe was toegelaten, het Warschaupact(14mei 1955) wat gepaard ging met de meest gigantische bewapeningswedloop aller tijden. Wanneer in de jaren '47-'48 de V.N.-strijdmacht van de grond was gekomen, dan was simpel geredeneerd deze ontwikkeling niet nodig geweest. Het mag een wonder heten dat de Verenigde Naties niet uiteen zijn gevallen in deze ontwikkeling. Niet het minst is dit te danken aan het realisme waarmee de ontwerpers zijn te werk gegaan. Ontworpen werd een zeer elastische structuur, die zelfs toeliet dat groepen leden onderling re-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1979

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1979 - pagina 109

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1979

VU-Magazine | 484 Pagina's