GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1981 - pagina 314

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1981 - pagina 314

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

In 1969 vertrok Nico Schulte Nordholt naar Midden-Java waar hij adviseur werd van het sociaal-wetenschappelijk instituut van de christelijke universiteit Satya Wacana in Salatiga. Tussen augustus 1977 en eind mei 1979 voerde hij in drie onderdistricten in Midden-Java het onderzoek uit naar het functioneren van het locale bestuur, waarop zijn dissertatie is gebaseerd. Dat was niet een kwestie van verzamelen en bestuderen van rapporten, nota's en statistieken (van de cijfers klopt vaak niet veel), maar vooral van scherp observeren met hulp van medewerkers gedurende een periode waarin men tijdelijk in het te onderzoeken gebied ging wonen, in een geval logeerde men zelfs in de woning van de camat, zoals sinds de oorlog het onderdistrictshoofd heet. Drie van deze onderdistricten zijn in het proefschrift bekeken en vergeleken vooral voor wat betreft de vraag hoedecamatfunctioneerde. De camat is een bestuursambtenaar, die meestal enkele jaren in een gebied dienstdoet, waarna hij wordt overgeplaatst. Men zou hem kunnen beschouwen als de laagste ,,line-offlcier" van de centrale overheid. In zijn gebied heeft hij te maken met de dorpshoofden, delurah's.diedoorde bevolking worden gekozen. De lurah wordt geacht de wensen van de dorpsbevolking te kennen en te vertolken. Over wat er in het dorp moet gebeuren overlegt hij met een adviesraad, de Lembaga Musyawarah Desa. Is men het ergens over eens geworden, dan moeten de besluiten door de bevolking volgens het gotong-royonprincipe (wederzijdse hulp) worden uitgevoerd. Naar boven toe, naar de camat dus, wordt de lurah geacht de gehele dorpsbevolking te vertegenwoordigen. Een ideaal plaatje. Maar gaat dat ook zo? De studie van Nico Schulte Nordholt is een grondige verstoring van dit sprookje. In feite wordt de lurah gewoon als ambtenaar behandeld, wiens taak het is om instructies van boven uit te voeren. De bevolking komterin het geheel niet aan te pas, is het beeld dat uit het boek oprijst. En juist daardoor zou van de bedoeling van allerlei ontwikkelingsprogramma's weinig of vrijwel niets terechtkomen.,, De lurahvormt, in steri<ere mate dan de camat, het vrijviel exclusieve kanaal waarlangs de centrale overheid met de meerderheid van de bevolking in contact komt. Deze exclusieve positie brengt de gewetensvolle lurah in de knel. Maar menig lurah kan deze positie ten eigen bate uitbuiten. Projecten en programma's die een economisch

Het uitbrengen van stemmen voor de verkiezing van een Lurah op Midden-Java

voordeel opleveren, worden dan in eerste instantie benut door de lurah en via hem door degenen die hij wil bevoordelen." De idealisering van de lurah vond overigens al plaats in de koloniale tijd. Reeds het verschijnsel dat het koloniaal bestuur nogal gehecht was aan het instituut van de gekozen lurah, had te denken kunnen geven. In feite had — zo wordt in het proefschrift opgemerkt — het Nederlandse gouvernement liever te maken met enkele duizenden, aansprakelijk te stellen dorpshoofden dan met vele miljoenen, voor o.a. de fiscus moeilijk grijpbare, dorpelingen.

Raffles verspreidde instelling van gekozenlurah Het was trouwens geen Javaan, die het instituut van de gekozen lurah over Java verbreidde, maar de Brit Raffles, die gedurende enkele jaren na 1811 Java bestierde. Buiten de feodaal bestuurde gebieden vond hij in de omgeving van Surabaya enkele gekozen lurahs. En dat sprak, vlak na de Franse revolutie, de verlichte Raffles zozeer aan dat hij deze figuur overal invoerde. Na 1816 gingen de teruggekeerde Nederlanders daarmee door. Maar het lijkt nietaannemelijk dat zij dit ook zouden hebben gedaan wanneer de lurahszich over het algemeen hadden ontwikkeld tot rebelse volksleiders inplaats van tot een soort tollenaren.

Nieuwsgierig maakt een opmerking van Schulte Nordholt (op pag. 314) dat in het koloniale verleden lagere bestuurlijke ambtenaren zich beklaagden over het feit,, c/af/u/sf de s/ec^fsfe karakters zich binnen het heersende bestel tot het lurahambt aangetrokken voelden". Het selectie-mechanisme schijnt nóg verre van ideaaitezijn. In twee van de drie onderzochte districten nam Schulte Nordholt waar dat lurahs, die na 1970 in functie traden, voor een belangrijk deel zowel door de bevolking als door de camats a\s,,gokkers" en,,avonturiers"'^orüen beschouwd. Met name de mogelijkheid om over ontwikkelingsfondsen te beschikken zou dit type kandidaten voor het lurahschap hebben voortgebracht, (pag. 313). Wat Nico Schulte Nordholt laat zien, is dat het huidige Java nog bestuurd wordt op de bedenkelijke manier die het koloniaal gezag vroeger had uitgevonden. En die komt hierop neer; bemoei je niets rechtstreeks met de dorpelingen, maar stel in elke desa één vertegenwoordiger aansprakelijk voorde belastinginning, hetbijhouden van bevolkingsregister en kadaster enzovoorts. Geef die vertegenwoordiger grote macht op lokaal niveau. Bekommer je niet te zeer over de manier waarop hij zijn werk doet als de van bovenaf gegeven instructies maar worden uitgevoerd. Het geld moet binnenkomen. En laat de bevolking zelf maar aanwijzen wie van de liefhebbers uit het dorp deze klus moet opknappen. Weinig waardering heeft Nico Schulte Nordholt voor deze figuur. Want aan wie is de lurah nu eigenlijk verantwoording schuldig? ,, Een Nederlander is niet de eerst aangewezene om zich met adviezen te mengen in de bestuursproblematiek

VU-MagazIne 1 o (1981) 8 (september)

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1981

VU-Magazine | 483 Pagina's

VU Magazine 1981 - pagina 314

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1981

VU-Magazine | 483 Pagina's