GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1981 - pagina 270

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1981 - pagina 270

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

een ambtenaar het weer eens had over ,,de in de door mij dezer dagen verleende machtiging genoemde voorwaarde." De kritiek richt zich vaak op de onpersoonlijke stijl. Zo zou veel vaker het onpersoonlijke ,,men" worden geDruikt dan het persoonlijke , , u " . Dat gaat echter niet op voor de teksten die j a n Renkema in de komputer stopte. ,Het blijkt dat het woordje ,,men" bij voorbeeld veel meer in kranten wordt gebruikt dan in overheidsteksten. Het Zit dus net andersom." De kritiek heeft zich wel vaker op de verkeerde punten gericht. Er blijkt namelijk op heel andere gebieden verschillen te zijn met andere taalgebruikers, is Renkema's konklusie. Na deze taalkundige oordelen, geplukt uit boeken en tijdschriften, schiftte Renkema een aantal fragmenten uit een jaargang Kamerstukken. Achter elk woord dat daarin voorkwam plaatste hij een cijferkode van drie cijfers volgens een ingewikkeld kodeerstelsel waarbij elk woord wordt ngedeeld naar z'n grammatikale aard en funktie. De komputer spuwde zo alle woorden van eenzelfde soort uit, die vergeleken werden met teksten uit Kranten, populair-wetenschappelijke boeken en opiniebladen die al in de komputer zaten. Zo kon Renkema alle klachten over bureaukratisch taalgebruik op hun juistheid nagaan. ,,Bij

,,Het zogenaamde Expertinees, verwant aan het oudeAmbtoe enhetBurokraats" voorbeeld als men zegt,,ambtenaren gebruiken zoveel naamwoorden" dan kon ik nagaan of er meer naamwoorden gebruikt worden door ambtenaren dan door journalisten of populairwetenschappelijke schrijvers." Ongeveer de helft van alle oordelen bleek te kloppen en de andere helft zat er naast. Renkema: ,,Daaruit blijkt dat je andere schrijfadviezen moet geven. Veel mensen hebben het idee dat ambtenaren zinnen schrijven zoals Meyers ze schilderde, maar nu blijkt dat niet het aantal hoofd- en bijzinnen opvalt maar dat het 'm meer zit in de lengte van de hoofd- en bijzinnen, het aantal bepalingen. Kortom: je moet

244

niet de raad geven minder bijzinnen te schrijven maar wel minder bepalingen in een zin te stoppen. Andere uitkomsten? ,, Voor de lijdende vorm klopt het gangbare oordeel aardig. Inderdaad wordt in de overheidswereld veel meer lijdende vorm gebruikt. Het aantal voegwoorden komt minder voor dan men algemeen aanneemt. Het aantal ouderwetse woorden (onderhavige, hetwelke, moge, alsmede, mitsgaders) is inderdaad groot, maar dan zie je dat met name in populair-wetenschappelijke boeken sommige ouderwetse woorden weer veel meer voorkomen. .,Der" in plaats van ,,van de" tref je veel vaker aan in populair-wetenschappelijke werkjes dan in overheidsteksten." — Kunnen we konkluderen dat het eigenlijk allemaal best meevalt met die ambtenarentaal? ,,Nou, of het meevalt hangt er meer vanaf hoe je het bekijkt. Op een aantal punten zijn de taalverschillen groter, maar men heeft op de verkeerde punten gelet en daardoor een foutief oordeel geveld. Mijn privé-mening is dat het verschil met bij voorbeeld wetenschappelijk taalgebruik niet zo groot is, althans op het gebied van zinsbouw. Ambtenaren hebben nu eenmaal de naam onbegrijpelijk en nodeloos ingewikkeld te schrijven." Jan Renkema denkt dat een overheidstekst qua moeilijkheid toch niet veel zal verschillen van een beschouwend artikel in de NRG. ,,Dat ambtenaren zo onbegrijpelijk schrij-

ven is net zo'n vaststaand oordeel als dat ze lui zijn", is zijn mening. — Maar dat oordeel komt toch ergens vandaan? Als je nagaat hoeveel mensen klagen over het taalgebruik van ambtenaren dan is dat toch niet zomaar uit de lucht gegrepen? ,,Het is niet uit de lucht gegrepen maar je kunt het wél anders verklaren. Als een burger een ambtelijke tekst onder ogen krijgt dan heeft hij er meestal rechtstreeks mee te maken. Zeg dat het over bij voorbeeld huursubsidie gaat, en hij of zij er 'n paar honderd gulden uit kan slepen. Het komt dan op een exact begrip van die tekst aan en het klemt destemeer als je 'm niet begrijpt. Hetzelfde kan je overkomen als je een geiser moet monteren en de gebruiksaanwijzing is onduidelijk. Maar in zo'n geval loop je even naar de buurman en vraagt hem om een snelle uitleg. Een ambtenarentekst is echter omgeven met een sfeer van juridische waterdichtheid, voorbehouden en uitzonderingen, zodat mensen al gauw door de bomen het bos niet meer zien. Ze raken geërgerd omdat ze er belang bij hebben. Een overheidstekst kan bovendien nogal eens onvriendelijk

De taal van ambtenaren valt soms best mee vu-Magazine 10 (1981) 7 Ciuli)

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1981

VU-Magazine | 483 Pagina's

VU Magazine 1981 - pagina 270

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1981

VU-Magazine | 483 Pagina's