GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1981 - pagina 295

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1981 - pagina 295

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

FrankR. Boddendijk

Late roeping Gisteravond ben /7f teruggekomen uit het dorp waar Ik niet meer komen zal; dit kleine dorp dat Ik niet noemen zal ligt verloren in Brabants' zaligheden. Een dorp zoals zovele dorpen. In het middelpunt de kerk, waarvan de bouwstijl in tegenspraak was met het oude kerkje dat dan ook aan het begin van deze eeuw afgebroken werd. Tegenover de kerk staat breed uitgemeten het café, waar mannen na de hoogmis samen komen om de namiddag in gildeverband door te brengen, of om zomaar de tijd te doden. Het biljart met zijn door de tijd aangevreten groene laken staat op enkele passen van de toog; de door oude hagen afgescheiden banen voor het handboogschieten zijn via de achterdeur te bereiken en achter deze banen ligt het lommerrijk gazon waarop de vaandelzwaaiers bij tijd en wijle hun antiek handwerk beoefenen, waarbij het verveloos prieel hen tot rustplaats dient. Veel is veranderd in het dorp sinds ik hier voor het eerst kwam. Forenzen hebben ook hun weg naar 't dorp gevonden. De ,,twee onder één kap", door dorpelingen smalend .,rijtjeswoningen" genoemd, gaan steeds meer het dorpsgezicht bepalen. Het plaatselijk pissoir heeft het af moeten leggen tegen een PTT-batterij van telefooncel, brievenbus en postzegelautomaat. Aardgas en riolering hebben hun Intrede in het dorp gedaan, terwijl ook de Zandstraat recentelijk IS bestraat. Er wordt zelfs

vu-Magazine 10 H 98117 (iulO

aan een centraal antennesysteem gedacht. Maar veel is ook hetzelfde gebleven. Op mooie zomeravonden staan nog immer de auto's van plaatselijke notabelen op de oprijlaan van de pastorie te pronken. Ookhetvrome volk gaat nog steeds ter kerke, zij het wat minder op de zondagmorgen, wat meer op zaterdagavond. En wanneer ik 's avonds mijn ronde maakte via Kerkstraat, grafplaats, Schoolstraat, Zandstraat en terug via Af naar de Dorpstraat was stilte een natuurlijk gebeuren. Zomaar een herinnering. Ik sta op het veldje achter het huis van de bovenmeester. In de muziektent zet het fanfarekorps de ouverture tot Verdi's ,,La Forza del Destino" In, zweetdruppels lopen langs mijn lijf, de atmosfeer is drukkend. Ik kijk omhoog en zie dat de wolken zich verdichten en het lijkt alsof iemand met een dimschakelaar het licht uitdraait. Ik kijk over de haag en zie de laatste rustplaats van dikke Pietje die dus toch Petrus bleek te heten, zoals hij altijd pochte wanneer hij wat te lang aan de toog had gestaan. En dan opent de hemel zich; een bliksemflits, direkt gevolgd door een enorme donderslag, en dan valt de regen reeds in stromen neer. Gehaast verdringen de omstanders elkaar, op weg naar het café; verwoed spelen de musici door, maar bij de tweede donderslag tikt de dirigent af: de kracht van het noodweer heeft de kracht van het noodlot in een kakofonie van klanken

gesmoord. Als ik als laatste het café betreedt beslaan mijn brilleglazen. Een andere herinnering. Gedurende het afgelopen Pinksterweekend is een dorpeling tot priester gewijd nadat hij haast een mensenleven lang als broeder van een gerespekteerde kloosterorde in een ontwikkelingsland een timmerwerkplaats geleid heeft. Gerecupereerd van een hartaanval heeft hij de opleiding voor de late roepingen gevolgd, en nu viert het hele dorp feest. De weg van huis naar kerk is feestelijk versierd; het genodigde volk en de wijdeling hebben zich al in de kerk verzameld; gilde en fanfare hebben reeds lang een erehaag gevormd langs het pad dat zich van pastorie naar kerk slingert, alleen de geestelijkheid laat nog op zich wachten. Dan gaat de deur van de pastorie open, omstanders halen opgelucht adem. Maar het is slechts de sekretaris van de bisschop die even poolshoogte kwam nemen. ,,Hoge heren laten altijd op zich wachten", zegt een oude boerin tegen een oude boer. Er wordt instemmend geknikt. Maar wanneer de bisschop eindelijk In de deuropening verschijnt, precies onder de spreuk,, Soli Deo Gloria", is geen sprankje kritiek meer te horen. Eerbiedig wordt de processie aanschouwd. Het wordt een mis met vele heren, maar dat gunnen de mensen hun dorpsgenoot wel; een late roeping spreekt tot de verbeelding van de mensen. Vanmorgen op mijn werk vond ik een blanko enveloppe met twee boeken in mijn postvakje. Het ene boek had als titel,, Verandering van werkkring" — volgens de flaptekst twijfelt iedereen er wel eens aan of de funktie waarin hij werkzaam Is wel de meest geschikte voor hem Is —en het andere ,, Welke baan past bij u?" — met als on-

dertitel,, Test uzelf voordat anderen het doen". Eh ik wist zo gauw niet wat ik van deze zaak moest denken. Een misplaatste grap? Maar de boekjes kosten samen ruim vijftig gulden. Een vergissing dan? Mogelijk. Maar een stille vingerwijzing was ook niet geheel uitgesloten. De universiteit moet voortdurend formatieplaatsen inleveren, en onze fakultelt ontkomt ook niet aan de snoeiplannen. Dood hout kappen wordt dat genoemd. En nu Pais' tweefasenstruktuur er door is wordt de noodzaak tot snoeien zowel in onderwijsplan als personeelbestand nog dringender. Wat vroeger nauwelijks gepland was moest recentelijk in vijfjaar en binnenkort in vier; een bezuiniging van twintig procent. En alleen bij mij lag een dergelijke enveloppe, terwijl ook mijn huidige onderwijsblokken niet meer in de nieuwe onderwijsplannen voorkomen. Zelfs een slecht verstaander kan uit de komblnatle van deze faktoren slechts één konklusie trekken. Ooit, gedurende mijn vroege roeping wilde ik de wereld veranderen, en onze vakgroep wilde die wereld zelfs humaniseren, althans, tot die humanisering een bijdrage leveren. Maar misschien zijn we wat te hard van stapel gelopen; de wereld is In leder geval nauwelijks veranderd. En plotseling zie ik het helder voor me: mijn late roeping betreft het werken aan mijn eigen verandering. Zo verandert immers de werkelijkheid vanzelf? Vanavond test ik mijzelf, en zoek vervolgens in het register op welke baan bij mij past. Zou dan toch, vijftig dagen na Pasen, alles nieuw worden? U hoort nog van mij.

269

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1981

VU-Magazine | 483 Pagina's

VU Magazine 1981 - pagina 295

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1981

VU-Magazine | 483 Pagina's