GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1983 - pagina 296

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1983 - pagina 296

1 minuut leestijd Arcering uitzetten

***«-•

ook na de opstand in het getto van Warschau en na het moment dat het verzet in 't offensief kon gaan. Via het Internationaal Comitee voor de geschiedenis van de Tweede Wereldoorlog, waarvan Madajczyk vice-voorzitter is, werden landelijke vertegenwoordigers benaderd. Met succes: op de eindconferentie, waaraan al drie voorconferenties voorafgingen, waren meer dan twintig West- èn Oosteuropese landen vertegenwoordigd, de meeste door de lijfelijke aanwezigheid van wetenschaps- en/of verzetsmensen, enkele alleen door een schriftelijke bijdrage aan de discussie. Vanuit Nederland heeft Van Roon bijgedragen aan de realisering van dat project. Hij deed dat via de Stichting Vergelijl<end Europees Verzet, waarvan hij samen met drs. A. H. Paape, directeur van het Rijksinstituut voor Oorlogsdocumentatie (RIOD), het bestuur vormt. ,,lk tiad ook op me genomen voor het geld te zorgen", zegt van Roon, die met gepaste trots meldt hoe diverse instanties zeer bereid bleken om de conferentie mogelijk te maken: de Europese Culturele Stichting, Buitenlandse Zaken, de Stichting '40-'45 en bij voorbeeld ook het Algemeen Burgeiijk Pensioenfonds dat de verzetspensioenen uitkeert en dat verwijtend vroeg waarom de organisatoren niet eerder voor dit doel hadden aangeklopt. Een teken dat men belang hechtte aan dit thema en de betekenis ervan voor het heden? „Stellig", aldus Van Roon, die niet verheelt dat ook de „hoge belangstelling" voor de eindconferentie aan de VU (die niet, zoals aanvankelijk gepland, in Warschau kon plaatsvinden) het loskrijgen van middelen heeft vergemakkelijkt. Met die hoge belangstelling doelt Van Roon op de aanwezigheid van H. M. Koningin Seafr/x tijdens de openingszitting van de slotconferentie, op 11 mei. In haar gevolg ook de ministervan Buitenlandse Zaken, Van den Broek (die kort voor zijn vertrek naar, onder meer, een land als El Salvador, kennelijk nog iets wilde opsteken van de inleidende betogen over burgerlijk verzet ais reactie op fascisme), staatssecretaris Van Eekelen en een groot aantal in ons land gestationeerde ambassadeurs.

Internationale contacten

Dr. G. van Roon: „Gevoeliger voor cyclische ontvnltkelingen" (AVO / V U - Steve de Reus)

gevolg: een versterkte aandrang tot het nemen van protectionistische maatregelen en een toenemende overheidscontrole. De zogenaamde middenklassen raakten bekneld tussen de belangenstrijd van de bezittende en de arbeidende klasse. In dat klimaat konden anti-semitische en „vroeg-fascistische"tendenzen welig tieren, als vormen van emotionele verdediging tegen het dreigende verlies aan sociale status. Het werk van Rosenberg biedt aanknopingspunten voor het vinden van oorzaken voor fascisme in de vooroorlogse èn de huidige periode. In navolging van Duitse historici wil Van Roon overigens de crisis, die zich met name in de jaren dertig manifesteerde, niet tot die periode beperken. De tijd tussen 1913 en 1946 moet in feite als één economisch tijdperk worden beschouwd. De stagnatie van kort na de Eerste Wereldoorlog hoort daarbij, net als de gouden twintiger jaren", die toch ook al werkloosheid, bezuinigingen en economische concentraties te zien gaven. Het herstel dat de jaren twintig een schijn van voorspoed gaf, omvatte niet veel meer dan een tijdsbestek van slechts vier jaren. Het is nodig die voorgeschiedenis te betrekken in de bestudering van Fascisme is een typisch recessieverschijnel, zo stel- de jaren dertig en de opkomst van het fascisme. de Van Roon in zijn openingsrede. Het is 't resultaat Want, aldus Van Roon, ook in de jaren twintig was er van toenemend economisch nationalisme, chauvi- een verscheidenheid aan fascistoïde groepen en nisme en racisme bij een verslechterende econo- groepjes actief, en dat niet alleen in Duitsland of Italië. mische situatie. Dat fascisme juist nu weer de kop opsteekt, in een De economische instabiliteit intensiveerde de politievergelijkbare sociaal-economische situatie heeft ons ke instabiliteit in de crisisjaren, zowel binnenlands als - meer dan we voorheen waren — gevoelig .gemaakt internationaal. De laatste kans om de wereldcrisis op voor de „cyclische" ontwikkelingen van structurele internationaal niveau te keren werd gemist. De Ecoen sociaal-psychologische aard. Met andere woor- nomische en Monetaire Wereldconferentie in Londen: er is sprake van,,lange golven", van weerkeren- den liep, precies vijftig jaar geleden, uit op een fiasco. de situaties en soortgelijke menselijke reacties daar- De Nederlandse econoom en nobelprijswinnaar Jan Tinbergen concludeert op basis daarvan in zijn,,Lesop. En fascisme is nog te weinig bezien tegen deze historische, structurele achtergrond, aldus Van sen uit de dertiger jaren", dat een groeiend nationaRoon, die zijn opvattingen bevestigd vindt in het werk lisme in de economische politiek het onvermijdelijke van de historicus Hans Rosenberg, die zelf als jood in gevolg was. Een begrijpelijke drang om nog alleen Amerika een veilig heenkomen zocht voor Hitler's eigen belangen na te streven, die de structuur van de wereldeconomie na 1933 onherstelbare schade toenationaal-socialisme. In diens boek ,,De grote depressie en de Bismarck- bracht. tijd", toont Rosenberg aan de hand van de econo- De Volkenbond toonde zich niet opgewassen tegen mische recessie in de periode 1873 tot 1896, hoe een de problemen die dit falen op internationaal niveau langdurige depressie in een tijd van industriële ex- met zich meebracht. pansie leidde tot ernstige sociale en politieke span- Tegen de achtergrond van steeds terugkerende reningen. Economische stagnatie en een verscherpte cessies houdt dit alles een ernstige waarschuwing in concurrentie brachten grote onzekerheid voort. Het voor de tijd waarin wij thans leven, aldus Van Roon.

Depressie en fascisme

258

De dreiging die voor de Europese beschaving uitging van fascisme en nationaal-socialisme en de agressie waarmee men de eigen hegemonie zocht te bewerkstelligen, riepen weerstand en protest op, allereerst in Duitsland en Italië zelf. Dat verzet was gericht tegen de heersers in eigen land en opereerde, noodgedwongen, geïsoleerd omdat in de meeste nabuurlanden het begrip voor de binnenlandse politiek van Hitler en Mussolini aanvankelijk nog groot was en men, koste wat het kost,,,neutraal" wilde blijven. Verzet in de andere Europese landen kreeg pas werkelijk vorm toen, na het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog, de bezetting van die grondgebieden een feit was en men er aan den lijve ondervond wat fascisme in de praktijk betekende. Dat type verzet had in zekere zin een gunstiger uitgangspositie dan de anti-fascistische bewegingen in Duitsland en Italië: niet iedere medeburger was een potentiële verrader, men had geleerd van het lot dat de tegenbewegingen al voor de oorlog in de twee ,,kernlanden" had getroffen en er waren vanuit verschillende buurlanden contacten geweest met vooral socialistische, communistische en kerkelijke verzetsgroepen daar. Sommige van die contacten bleven gedurende de oorlog voortbestaan. Niettemin bleven de meeste verzetsgroepen in de bezette landen beperkt tot nationale bevrijdingsbewegingen. In slechts enkele gevallen werd naar internationale samenwerking gestreefd, met het oog op de na-oorlogse tijd. De „Kreisauer Kreis" was zo'n groep die contacten onderhield met groepen in uiteenlopende landen als Polen, Noorwegen, Denemarken, Nederland en Oostenrijk. Zo groeide in verschillende Europese landen dan toch een oppositie tegen het fascisme, die zich poogde in te zetten voor mensenrechten, een rechtvaardiger samenleving en een nieuwe internationale orde.

vu-Magazine 12 (1983) 7 j u i n 983

Rancunes jegens Versailles Achter de voorzitters tatelv.l.n.r.: prof. H. Michel, drs. A. H. Paape, prof. C. Madajczyk (AVO/VUStevedeReus)

De rechtstreekse relatie, door Van Roon gelegd, tussen recessie en fascisme was op de conferentie onderwerp van discussie tussen de onderzoekers uit de diverse landen. Men deelde de opvatting, dat de economische crisis, met name in het vooroorlogse

vu-Magazine 12(1983) 7 juli 1983

Duitsland van grote invloed was geweest op de welhaast exponentiële groei van de aanhang van het nationaal-socialisme. Terwijl in 1929 nog maar twaalf nationaal-socialistische afgevaardigden in de Duitse Rijksdag vertegenwoordigd waren, werden dat er circa 130 bij de verkiezingen in september 1930. De tussenliggende periode kenmerkte zich door een verveelvoudiging van de werkloosheidscijfers in Duitsland. Een rol zal ook gespeeld hebben het kracht- en ëffectloze beleid van het kabinet-Brüning op het punt van de crisisbestrijding, aldus de Westduitse historicus Lipgens. Een iets andere nadruk werd gelegd door de Fransman H. Michel, eminence grise op dit onderzoeksterrein. Ook voor hem was de crisis een fundamentele factor. Maar hij achtte fascisme een veel algemener verschijnsel dat, wat Duitsland betreft, twee andere, duidelijk aanwijsbare oorzaken had, die men niet mag verontachtzamen. Dat is in de eerste plaats het verschil in machtsverhoudingen als resultante van de Eerste Wereldoorlog en de sterke rancunegevoeiens die het Verdrag van Versailles aan Duitse kant opleverde. Als tweede oorzaak noemde Michel de interne crisis waarin de Duitse democratie verkeerde, die tot ontevredenheid, interne spanningen en grote verdeeldheid aanleiding gaf en tot regelrecht anti-parlementarisme leidde. Michel: de economische crisis kan de geweldige kwantitatieve groei in aanhang van het nationaal-socialisme verklaren, maar om het wezen van het Duitse fascisme te begrijpen, en met name het ontstaan van de aanvankelijk kleine fascistische groepen, moet men toch ook de rancunes jegens Versailles en het falen van de democratie in de beschouwingen betrekken, waarvoor de depressie dan de vruchtbare voedingsbodem bleek. De Nederlandse historicus en R/OD-medewerker E. G. Groeneveldonderschreef Michels aanvulling door de Nederlandse situatie als voorbeeld te gebruiken. Het eerste eclatante succes van de NSB in ons land kwam bij de provinciale verkiezingen van 1935. De partij kreeg acht procent van de uitgebrachte stemmen. Twee jaar later, terwijl de crisis niet bepaald in hevigheid was afgenomen, werd het aantal stemmen uit '35 gehalveerd. De NSB van /Wusserf behaalde nog slechts vier procent. Voor een deel, aldus Groeneveld, kan dat op het conto geschreven worden van de toenmalige minister-president Colijn, die blijkbaar in staat bleek de kiezers een andere keus te laten maken dan tussen ,,Mussert of Moskou". Bovendien waren er toen al, in 1937, belangrijke anti-fascistische groepen en bewegingen. Nederland vormde wat dat betreft overigens geen uitzondering: in Frankrijk en Engeland waren zelfs helemaal geen nazi's of geestverwanten in het parlement vertegenwoordigd. De Belgische onderzoeker J. Gotovitch en zijn Franse vakbroeder F. Bédarida waarschuwden voor een al te mechanisch denken over de relatie tussen crisis en fascisme. Er zijn daarnaast andere voorwaarden nodig die tot dit ongewenste resultaat leiden. Fascisme is een ,,mu/f/d/mens/onee/" verschijnsel waaraan een veelheid van oorzaken ten grondslag kan liggen. Zo opende het nationaal-socialisme nieuwe toekomstperspectieven in een moeilijke tijd, waarin de problemen schier onoplosbaar leken. De politiek die het propageerde was gebaseerd op ,,gemakkelijke" oplossingen die voor velen onweerstaanbaar bleken: de superioriteit van het eigen ras, het leidersprincipe, het nationalisme, het eenheidsgevoel en de vermeende rechtmatigheid van het streven naar „Lebensraum".

259

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1983

VU-Magazine | 520 Pagina's

VU Magazine 1983 - pagina 296

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1983

VU-Magazine | 520 Pagina's