GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1985 - pagina 94

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1985 - pagina 94

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Nieuwe visie op Shakespeare's koningsdrama

Hamlet: twijfelaar of renaissance-prins? De Hamlet van Shakespeare is één van de meest besproken toneelstukken uit de wereldliteratuur. Zeer velen hebben over het karaktervan Hamlet, de prins van inkten papier die op de planken tot leven komt, nagedacht. Er is veel geschreven over de redenen van zijn talmen, de problemen die in het toneelstuk aan de orde komen, over de auteur van de tragedie en de historische achtergrond ervan. Bij de overvloed aan literatuur over Hamlet valt op hoe weinig daarbij van gereformeerde zijde is gepubliceerd. Als je de gehele literatuur overziet vraag je je zelfs af of er ooit een echte ontmoeting heeft plaatsgevonden tussen de gereformeerden en Hamlet.

Dr.J.Stellingwerff Onder de gereformeerden versta ik dat volksdeel waarover de tentoonstelling in het Catharijnevoncent te Utrecht ging: 'Anderhalve eeuw Gereformeerden 1834-1984'. Volgens de catalogus was het bij de inrichting een grote zorg om voldoende beeldend materiaal te vinden. Het was bij de gereformeerden allemaal woord en weinig of geen beeld. De directeur drs. H. L. M. Deioer schreef in de catalogus: "Het geven van een beeld van een groepering bij wie het woord in hoge ere staat, is niet eenvoudig (...) Gelukkig had de herdenkingstentoonstelling van de Vrije Universiteit in het Historisch Museum te Amsterdam in 1980 aangetoond, dat ook de geschiedenis van de gereformeerden zich leende voor een expositie, die voldeed aan de eisen, die daar heden ten dage aan gesteld worden." Het woord, dat in hoge ere staat bij deze gereformeerden, is vooral het woord over de bijbel, de eigen en verwante kerken, over staat, school en maatschappij. Veel schaarser en minder in eer is het woord over muziek, behalve kerkmuziek, beeldende kunst en letterkunde. De morele bezwaren tegen het toneel werden üoor Abrahann Kuyperen F. L. Rutgers breed uitgemeten in hun bundel: 'Publiekvermaak'(1881). Prof. dr. J. Wille, hoogleraar en bibliothecaris van de Vrije Universiteit, schreef in 1931 dat de toneelbestrijding in Nederland zo oud is als de Gereformeerde Kerken. En misschien kan ook nu nog gesproken worden van een culturele achterstand, ondanks het tot stand komen van een Christelijke Aka-

76

demie voor Beeldend kunstonderwijs en een Christelijke Akademie voor Expressie door Woord en Gebaar, beide te Kampen. Hamlet staat ver af van het gereformeerde levensgevoel. Hamlet is door Goethe vooral bekend geworden als een twijfelaar, omdat Hamlet een edele en moreel hoogstaande ziel zou zijn, die een opdracht kreeg welke hij niet kon volbrengen. Tegenover deze twijfelaar gaat de gereformeerde mens doorvoorde belijnde rechtzinnige, die het zeker weet. In de literatuurgeschiedenis zien we dat beide tegenover elkaar gestelde typen steeds sterker worden geaccentueerd. Ook daardoor wordt een ontmoeting tegengewerkt.

Dr. J. Stellingwerff, bibliothecaris van de VU

Incest Dat Hamlet twijfelt, lijk onmiskenbaar. De eerste alleenspraak van Hamlet begint met een klacht over Gods verbod op zelfmoord. Twijfel en vertwijfeling lijken een duidelijk rol te spelen, zodat het toneelstuk de meeste gereformeerden wellicht niet echt kan aanspreken. Maar in de tweede alleenspraak, als de geest van Hamlets vader hem heeft opgeroepen om zijn moord te wreken, zegt hij (in de vertaling van Burgersdijk): 'Want uw bevel, enditalleen, zal leven in 't boek mijns brains, alleen, en onvermengd met minder hooge dingen! ja, bij God!' Hier klinkt ineens een zekerheid die gebaseerd is op de openbaring van een opdracht door zijn vader. Is dat geen zuiver gereformeerd beginsel? Ligt in het aanvaarden van de opdracht niet een sleutel tot ons verstaan van Hamlet? De ethische theoloog uit Groningen, prof. dr. Is. van Dijk, heeft hierop gewezen in zijn grondige studie van Hamlet en de Hamletliteratuur in Stemmen des Tijds (1920), een cultureel maandblad dat door vele gereformeerden werd gelezen. Is. van Dijk, die na zijn emiraat nog over Dante, Socrates en Hamlet publiceerde, besprak eerst zeventien verschillende opvattingen over Hamlet voor hij zijn eigen inzicht vertolkte. Bij zijn eigen uitleg wees Is. van Dijk erop dat Hamlet geen twijfelaar van karakter is, maar dat hij in een ethisch onaanvaardbare situatie was terechtgekomen. Ligt de oorsprong van de dubbelzinnigheid in zijn karakter of in de situatie?, is de kernvraag voor elke verklaring. Vóór de geest van de dode koning aan

vu-Magazine 14 (1985) 2 februari 1985

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1985

VU-Magazine | 530 Pagina's

VU Magazine 1985 - pagina 94

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1985

VU-Magazine | 530 Pagina's