GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1985 - pagina 308

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1985 - pagina 308

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

antwoord op: "Er is geen absoluut aantoonbaar grotere aandacht voor debuten. Als ik je zou vragen om de namen te noemen van de 68 schrijvers die volgens Steijger debuteerden en die je zijn bijgebleven, dan zou dat waarschijnlijk maar een heel klein groepje zijn. De conclusie moet dus luiden dat verreweg het grootste deel van de debutanten geruisloos blijft."

Twijfelziek hoofd 7oc^! worden er méér debuten uitgegeven en lijken deze meer succes te liebben dan een aantal jaren geleden. "Dat klopt. Blijkbaar ontstaan er situaties in de markt waarbij uitgevers besluiten dat het op zo'n moment gunstig is om debuten uit te geven. In zo'n geval wordt er met iets meer welwillendheid naar jonge auteurs gekeken. Dat lijkt momenteel te gebeuren. Meer dan marginaal verschijnsel lijkt het mij niet. Het schijnt dat het publiek momenteel wat minder dure, vertaalde buitenlandse literatuur koopt. Daardoor is er wat meer belangstelling voor Nederlandse auteurs van wie de boeken over het algemeen toch iets goedkoper zijn dan een vertaalde Bellow of Tolstoj. Zo is er ook meer ruimte gekomen voor debutanten. Ondanks die ruimte blijft het zo dat het voor het gros van de nieuwe auteurs moeilijk is een publiek te vinden. Dat is altijd al zo geweest. Het publiek heeft nu eenmaal niet de neiging een boek te kopen van een volstrekt onbekende auteur. Het aan de man brengen van een nieuwe auteur is voor de uitgever altijd een zwaardere klus dan het verkopen van Maarten 't Hart, Jeroen Brouwers, of een Hermans, Wolkers, Mulisch. Die schrijvers hebben namelijk hun eigen publiek. Zodoende gaat een uitgever rond een debuut altijd een beetje tam tam maken. In veel gevallen heeft dat nog steeds weinig effekt, als je kijkt naar de verkoopcijfers, of naar de moeite die onbekende schrijvers onverminderd hebben om zoiets als een literaire reputatie op te bouwen. Dat kost nog altijd tientallen jaren van hard werken. Uit de publiciteit rond debuten valt meestal geen enkele conclusie te trekken. Dat is meer iets dat valt in de categorie reclame."

Tessa de Loo, schrijfster van de succesvolle verhalenbundel De meisjes van de suikerwerkfabriek.

258

De uitgever G. A. van Oorschot zette in de Literaire Boekengids wat vraagtekens bij het toenemende aantal debuten: "Dat er nu zoveel debuten worden uitgegeven lijkt me niet juist. Wij zien dat een heleboel manuscripten die hier afgewezen zijn bij andere uitgevers verschijnen. Ik vind dat men tegenwoordig te gemakkelijk een gedichten- of verhalenbundel uitgegeven kan krijgen. Dat moeten de uitgevers natuurlijk zelf weten. Al die beneden- en middenmaat-manuscripten die zij uitgeven liggen binnen twee jaar bij De Slegte." Over de behandeling van ingezonden manuscripten bij de uitgeverij moet men zich niet al te veel illusies maken. De Bezige Bij bij voorbeeld, ontvangt jaarlijks tussen de vier-en vijfhonderd manuscripten. Een van de redacteuren vertelde daarover: "Dat wordt lang niet allemaal gelezen. In een ongevraagd manuscript dat op mijn bureau belandt lees ik zo lang als nodig is. Dat varieert van tien minuten tot een dag. ( ) Je moet een buitengewoon wakker hoofd hebben om dit werk goed te doen zonder er in te verzanden. Zodra je er rnet een beetje moe of twijfelziek hoofd aan begint, legje bijna alles op een stapel." Van Oorschot: "Het eerste wat ik doe als ik zo'n manuscript in handen krijg is ruiken. Dan sla ik pagina 211 op, die lees ik en dan weet ik bijna altijd dat het teruggestuurd moet worden. Moeilijker wordt het als je aan zo'n manuscript begint en merkt dat er van enig talent sprake is. Dan lees je pagina twaalf ook eens en als dan blijkt dat die ook niet slecht is, denk je: och, heel het manuscript moest maar eens gelezen worden. Meestal verveelt het dan na twee bladzijden tóch ontzettend, nietomdathetslechtgeschreven is, maar omdat de schrijver gewoon de feiten meedeelt zoals hij ze beleefd heeft. Het is geen literatuur geworden en dusgaatdatmanuscriptterug."

' '. '. ; ; ; ; • • : '. : ; ; ; • " I '. '. : ; ; ; • • '. ! : ; ; ; • • '.

Mooi en blond "Niemand zal hardop zeggen dat mooi en blond nu een criterium is, maar het is onmiskenbaar dat vrouwen momenteel goed in de markt liggen", zo meent een woordvoerder van een uitgeverij. Deze uitspraak wordt geciteerd in een recent boek onder redaktie van Anja Meulenbelt, Wie weegt de woorden. Verschillende Nederlandse schrijfsters doen geslaagde en minder geslaagde pogingen een antwoord te geven op vragen als schrijven vrouwen anders dan mannen, is het voor hen moeilijker een boek gepubliceerd te krijgen en worden zij anders beoordeeld doorde critici. Anja Meulenbelt meent in haar inleiding dat er wel degelijk verband bestaat tussen sekse en het schrijven als vak. Ze signaleert vier verschillen tussen mannen en vrouwen opditgebied. Allereerst hebben vrouwen minder voorbeelden. Er waren veel minder vrouwelijke schrijfsters en degenen die wel schreven waren volgens Meulenbelt niet geschikt als model omdat ze veelal ongelukkig waren (ze noemt als voorbeelden Virginia Woolf en Sylvia Plath, die allebei zelfmoord pleegden). Ten tweede hebben de meeste vrouwen die schrijven niet de beschikking over iemand de dagelijkse verzorging op zich neemt. Hun schrijfwerk wordt dus altijd gestoord door het doen van boodschappen of het uit de school halen van kinderen. Het zal ongetwijfeld waar zijn dat schrijfsters die zijn

"• '. : ! ; ; ; • • '. : ; ; ; '• '• ! : ; ; ; • '. '. : ; •

VU-magazine. 14e jaargang nr. 7. juli augustus 1985

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1985

VU-Magazine | 530 Pagina's

VU Magazine 1985 - pagina 308

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1985

VU-Magazine | 530 Pagina's