GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1985 - pagina 386

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1985 - pagina 386

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Uit de Hortus

Johaimesbroodboom Daan Smit

"En hij begeerde zijn buik te vullen met de schillen die de varkens aten, doch niemand gaf ze hem" (Lucas 15:16) In sommige delen van het Middellandse Zeegebied vormen de altijd groene tot maximaal 10 meter hoogwordende Johannesbroodbomen het hoofdbestanddeel van de soms karige vegetatie. Oude exemplaren groeien uit tot fraaie knoestige bomen, waaronder het door het dichte bladerdak altijd koel en goed toeven is. Het kernhout is bijzonder hard en mooi roodpaars van kleur. Dat rauwe bonen zoet smaken, met name wanneer de honger gestild moet worden, kan met behulp van de lange bruine peulvormige vruchten beproefd worden. Het droge vruchtvlees, dat veel zetmeel bevat heeft tevens een hoog suikergehalte (40-50 %). In gebieden waar Ceratonia siliqua veelvuldig voorkomt, worden de leerachtige peulen aan het eind van het seizoen, in het najaar dus en masse verzameld en voor het grootste deel tot veevoer verwerkt. Bij bepaalde windrichtingen kan men dan de aanwezigheid van een dergelijke fabriek door de aangenaam zoete geur reeds op kilometers afstand, localiseren. Wat minder bekend is dat er uit dezelfde vruchten ook een eau de vie wordt gedestilleerd dat o.m. in Protugal als "Aguardente de Alfarroba" voor heel weinig geld in vrijwel elke levensmiddelenwinkel is te koop. Daarnaast wint men uit de vruchten ook siroop en wordt het tevens gebruikt voor het aromatiseren van gesausde tabak. Ceratonia is een monotypisch genus (slechts 1 soort bekend) dat door het soort siliqua wordt vertegenwoordigd en deel uit-

320

maakt van de grote familie der vlinderbloemigen (Leguminosae). De vrij grote bruine zaden die vrijwel steeds hetzelfde gewicht hebben, werden door de oude Grieken van meet af aan reeds gebruikt bij het goud wegen. De gewichtseenheid karaat is hiervan afkomstig. Bij de invoering van het metrieke stelsel, vond het karaat geen erkenning meer. Enerzijds omdat de waarde niet vast stond — het varieerde van ruim 190 tot bijna 210 mg., anderzijds omdat de metrieke gewichten gram en

miligram geacht werden het karaat overbodig te maken. Op instigatie van het "Bureau International des poids et me^ures" is het gebruik van het karaat weer toegestaan en is er een waarde van 200 mg. aan toegekend. Het mag echter uitsluitend worden gebruikt voor de handel van parels en edelgesteenten. In de goudhandel wordt het gewone metrieke gewicht gebruikt en heeft het karaat hier uitsluitend de betekenis van een gehalte aanduiding

gekregen. Zo is b.v. zuiver goud 24 karaat. Weer terug naar de Johannesbroodboom zelf: De vreemde, kleine kroonloze bloemen die óf mannelijk, (met 5 meeldraden) óf vrouwelijk (één stamper) zijn, verschijnen in het late najaar of vroeger voorjaar op het overjarige hout. Deze vorm van cauliflorie komt o.a. ook voor bij de Judasboom. Vooral wanneer de peulen nog groen zijn is het een grappig gezicht als ze in groepjes her en der tegen de stam of dikke takken aangedrukt, tussen het bladgroen verscholen zitten. De peulen die soms jaren aan de bomen kunnen blijven hangen, openen zich nooit. De zaden komen slechts vrij zodra ze gegeten worden of wanneer de peul door weersinvloeden na verloop van tijd vergaat. Cultuur De Johannesbroodboom is heel gemakkelijk via zaad voort te kweken dat o.m. van een vakantie in een land rond de Middellandse Zee is meegenomen. Gezaaid in een potje met vochtige turfmolm, afgedekt met een plastic zakje en op een warm plekje in de vensterbank neergezet, zal het zaad pas na 3-6 of zelfs meer maanden kiemen. Eenmaal gekiemd gaat de ontwikkeling vrij snel. Door regelmatig verpotten wordt de groei blijvend gestimuleerd, 's Zomers tussen half mei en half oktober kan de plant naar de tuin verhuizen, waar hij op een zonovergoten plekje weer krachten kan opdoen voor de komende winterperiode. Gedurende die tijd kan hij namelijk het best op een koele, doch vorstvrije plaats worden overwinterd. Verdere cultuur is gelijk aan die van andere z.g. "Kaapse gewassen" als b.v. oleander en olijf.

VU-magazine. 14e jaargang nr. 8, september 1985

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1985

VU-Magazine | 530 Pagina's

VU Magazine 1985 - pagina 386

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1985

VU-Magazine | 530 Pagina's