GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1985 - pagina 161

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1985 - pagina 161

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

De rechtsfilosofie van H. J. van Eilcema Hommes "Een secularisatie van de wijsbegeerte der wetsidee lijkt me geen onmogelijke zaak." Dit schrijft prof. dr. R.A. V. Baron van Haersolte, emeritus hoogleraar aan de Rijksuniversiteit te Leiden, in het Jaarboek 1985 van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen in een levensbericht over de op 3 september vorig jaar overleden VU-hoogleraarH. J. van Eikema /-/0AT7/7?es, die lid was van de Koninklijke Akademie. Hij acht het een van de verdiensten van Van Eikema Hommes dat deze veel gedaan heeftom hetisolement(VU-Philosophia Reformata) te doorbreken waarin dit type wijsbegeerte enigszins dreigde te worden opgesloten.

Een kort fragment uit het uitvoerige levensbericht geven we hier weer. De loopbaan van Van Eikema Hommes, die20jaarhoogleraarwasaan de VU, schetst hij als "een carrière van rechtlijnigheid als men tegenwoordig zelden meer aantreft". Daarna vervolgt Van Haersolte: "Naast de bezwaren die daaraan verbonden zouden kunnen zijn, biedt zulk een leven voor een filosoof met sterke benen stellig grote voordelen. En Van Eikema Hommes heeft deze ten volle uitgebuit door een indrukwekkend rechtsfilosofisch oeuvre op te bouwen, leder van ons weet, dat aan de Vrije Universiteit, zo goed als aan elke universiteit, vogels van velerlei rang zich doen horen. Het feit dat Van Eikema Hommes aan deze universiteit zijn filosofie heeft ontwikkeld, zegtopzichzelf dus nog niets over de inhoud daarvan. Maarwei is hetzo, datjuistaan de Vrije Universiteit in de jaren dat Van Eikema Hommes er studeerde en doceerde, één school toch wel in het bijzonder op de voorgrond trad, namelijk die van Herman Dooyeweerd. Het is de leer die veelal wordt aangeduid met de titel van de eerste uitgave van Dooyeweerds hoofdwerk: De Wijsbegeerte der Wetsidee. Later vond Dooyeweerd zelf deze benaming nietzo geslaagd. Genoemd hoofdwerk verscheen in de jaren 1935, 1936, een paar jaar vóór het boek van Nicolai Hartmann, Der Aufbau der realen Welt, waarmee het een zekere gelijkenis vertoont. In beide werken wordt een gestratificeerd beeld van mens en wereld gegeven.

vu-Magazine 14 (1985) 4 april 1985

Boodschap is, dat wij aan elk stratum het zijne moeten geven, en dus niet mogen vervallen in fysicalisme, sociologismeof enig ander reductionisme. Anders dan Hartmann zag Dooyeweerd dit zeer uitdrukkelijk als een Christelijke boodschap. Het vervallen

Prof. mr. H. J. van Eikema Hommes

in de verschillende "-ismen" kan immers worden gezien als een vervallen aan verschillende aspecten van de wereld, een verabsoluteren van wat niet verabsoluteerd mag worden. Het lijkt mij een gedachte die niet exclusief Christelijk behoeft te zijn, maar waarvan anderzijds te begrijpen is dat zij juist de reformatorische kenner van het tweede gebod bijzonder kon aanspreken. De bij Dooyeweerd levende gedachte van een ,,religieuze worteleenheid" van alle aspecten der schepping, welke met name uit de bijbel te leren zou zijn, lijkt mij in dit kader wel te plaatsen. Deze presentatie kan een van de oorzaken zijn geweest waardoor filosofisch Nederland van den beginne af aan zijn leer zo sterk heeft geassocieerd met de Calvinistische sfeer van de Vrije Universiteit. Aan de andere Nederlandse hogescholen is er betrekkelijk weinig aandacht aan besteed. Wel had zij een duidelijke uitstraling in gereformeerde kringen buiten Europa. Men zou kunnen verdedigen, dat de zogenaamde wijsbegeerte der wetsidee in dit opzicht te kort is gedaan, of' dat zij zichzelf te kort heeft gedaan. Van een stratificatoire wijsbegeerte als die van Dooyeweerd, evengoed als die van Hartmann, valt, ongeacht of men het een religieuze gedachte wil noemen, in elkgeval ook voor anderen dan gereformeerden en zelfs voor anderen dan Christenen iets te leren. Niet alles wat er vóór, en ook niet alles wat er tegen pleit, behoeft in typisch godsdienstige termen gesteld te worden. Een secularisatie van de wijsbegeerte der wetsidee lijkt mij geen onmogelijke zaak. Intussen is het zo, dat dit type wijsbegeerte, en toch wel mede door de genoemde religieuze associatie, enigszins in het gesloten circuit van Vrije Universiteit en Philosophia Reformata dreigde te worden opgesloten. En nu heeftjuist Van EikemaHommes veel gedaan om dit isolement te doorbreken, en — zo men al van verzuiling zou willen spreken — deze fraaie zuil althans zichtbaar te maken in de tempel der Nederlandse wijsbegeerte." D.

135

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1985

VU-Magazine | 530 Pagina's

VU Magazine 1985 - pagina 161

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1985

VU-Magazine | 530 Pagina's