GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1985 - pagina 451

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1985 - pagina 451

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

formeren de Raad van State nogmaals advies had gevraagd, en nu over de concrete bepalingen van dat verdrag. Zij had aldus wellicht extra politieke problemen kunnen krijgen (stel eens voor dat een tweede advies terughoudend zou zijn) maar zij had de staatsrechtelijke verhoudingen daarbij zuiver gehouden." In ieder geval lijkt het parlement nu te moeten oordelen over de grondwetsvraag zonder een advies van de Raad van State over de tekst van overeenkomst. Het kan begin volgend jaar, en dat kort voor de verkiezingen, nog het begin worden van een staatkundig spektakel waarvan het gedruis nog lang zal kunnen voortduren. In wat voor een impasse zal de zaak niet raken wanneer bij voorbeeld na de verkiezingen het nieuwe parlement bij gewone meerderheid zal oordelen dat verdragstoepassing wél een grondwetsafwijking inhield. Dan moet "alsnog tweederde goedkeuring worden gevraagd dan wel het verdrag opgezegd", oordeelde Van Maarsseveen. Luchthartig deed Stemerdink in de collegezaal over de pogingen van Lubbers om Nederland voor ten minste vijf jaar aan het verdrag te binden. Nieuwe onderhandelingen openen kan altijd en daarbij kun je altijd voorstellen het verdrag niet ten uitvoer te leggen zolang onderhandelingen over herziening lopen. Dat kan wel een jaar of acht discussie opleveren. Hoe dan ook, de feitelijke invloed van de Nederlandse kiezer op de gang van zaken zal niet uit te schakelen zijn. De kruisraketten staan nog lang niet in Woensdrecht. "Verklaring in oorlog" Een van de vragen in het grondwetsdebat in de Kamer zal ongetwijfeld zijn of de

overeenkomst strookt met art. 96 van de Grondwet: "Het Koninkrijk wordt niet in oorlog verklaard dan na voorafgaande toestemming van de Staten-Generaal." Veel kritiek barstte los op de opvatting van de Raad van State "dat het lanceren van kruisraketten van Nederlands grondgebied niet kan worden beschouwd als een oorlogsverklaring als bedoeld in art. 96 van de Grondwet". De grondwetgever had kennelijk alleen het gevaar willen bezweren dat de regering buiten parlementaire controle om briefjes met oorlogsverklaringen naar vreemde mogendheden zou kunnen sturen, zo laat zich de opvatting van de Raad van State sa-

Verklaarde Duitsland op 10 mei 1940 aan Nederland de oorlog of was het juist andersom? De Raad van State ontwikkelde in de kruisrakettenkwestie een opmerkelijke visie in het (voorlopig) advies dat volstaan kon worden met een helft plus een meerderheid in het parlement.

menvatten. Maar zomaar een land binnenvallen of bombarderen, dat mocht buiten het parlement om. Dat was geen oorlogsverklaring. Strikt genomen zou volgens deze redenering op 10 mei 1940 Duitsland geen oorlog tegen Nederland zijn begonnen, maar had Nederland {door middel van een potloodkrabbeltje van Van Kleffens) de oorlog aan Duitsland verklaard. Gelukkig kromden ook juridisch geschoolden hun tenen bij deze opmerkelijke uitleg van het Grondwetsartikel in het Raad van State-advies. In het Nederlands Juristen Blad werden meteen kritische stemmen vernomen. En overtuigender klonk het juridisch oordeel van het Vredestribunaal in Rotterdam: "De inzet van kernwapens doet de feitelijke oorlogstoestand ontstaan en dient daarom beschouwd te worden als een in oorlog verklaring. De bevoegdheid tot in oorlog verklaren komt volgens art. 96 Gw. toe aan de regering met voorafgaande toestemming van het parlement, behoudens wanneer dit tengevolge van een feitelijke oorlogstoestand niet mogelijk is (art. 96 Gw.). De feitelijke macht tot voorkoming van de inzet van kernwapens vanaf het eigen grondgebied, en daarmee het ontstaan van de oorlogstoestand dient aan een Nederlands orgaan toe te komen, zowel op grond van genoemd artikel uit de Grondwet, als vanwege het feit dat door een oorlog de onafhankelijkheid en het voortbestaan van de Staat in gevaar komen. Een in een verdrag vervat besluit waarmee afstand wordt gedaan van deze feitelijke macht, wijkt af van de Grondwet en kan slechts worden genomen met de goedkeuring van een meerderheid van tweederden van het Parlement." D

Het Rotterdamse Vredestribiuiaal Slechts een deel van de uitspraak van het Rotterdamse Vredestribunaal gaat over de problematiek van de kruisraketten en de Nederlandse Grondwet. Voor VU-hoogleraar prof. mr. P. J. de Waart, die op verzoek van de initiatiefnemers zitting nam in het Tribunaalcollege, is de kruisrakettenproblematiek maar een zijlijn. Hij zou het betreuren wanneer de publieke aandacht beperkt bleef tot dit punt. Wat het Tribunaal-college vooral ged2ian heeft is proberen een antwoord te formuleren op de vraag wat het internationale recht te zeggen heeft over het kernwapenbeleid in zijn algemeenheid. ,,Al8 het zinnig is, wat ze daarover gezegd hebben, dan zitten daiar een Etantal elementen in, waarmee in de toekomst wat te doen is", zei de Volkenrechtshoogleraar tot VU-Magazine, ongeacht de afloop van de Woensdrecht-geschiedenis.

•/U-MAGAZINE — NOVEMBER '85

Hij volgde aan de VU prof. Kooijmans op, die weer de plaats innam van prof. Gezina H. J. van der Molen. Een groot geschilderd portret van deze eerste vrouw die hoogleraar werd aan de VU en die zich vrijwel haar hele leven heeft beziggehouden met de oorlogsproblematiek, hangt in de werkkamer van prof. De Waart. Het Tribunaal-college bestond behalve hem uit prof. mr. J. Soetenhorst (technisch voorzitter), prof. mr. Th. C. van Boven, prof. dr. L. W. Nauta, prof. J. Tapia-Valdes (oud-minister van Justitie en Onderwijs in het Chileense kabinet-AUende), en prof. mr. drs. J. Th. Degenkamp. Uit België traden toe prof. dr. A. Beirlaan en dhr. M, Coppieters. In de Rotterdamse Laurenskerk, die nog steeds niet geheel restaureerd is na het bombardement op Rotterdam, hoorden zij drie dagen lang een stroom van getuigen, van Luns tot IKV-voorzitter prof. dr. J. van

Putten en van luchtmachtkapitein b.d. Meindert Stelling tot mr. J. L. Jansen van Raay van het ICTO. Premier Lubbers onttrok zich aan het verzoek zich te laten horen. In het Ned. Juristenblad zal de uitspraak van het Tribunaal-college worden gepubliceerd, maar omdat de vraag wat de Nederlandse Regering en het Nederlandse parlement doen uit nationaal en internationaal rechtelijk oogpunt niet slechts juristen aangaat, vindt u vrijwel het hele stuk ook in VU-Magazine. {Het laatste hoofdstuk over de grondwet is al op de voorgaande pagina's aan de orde gekomen. Bovendien heeft dit deel al ruime aandacht getrokken, in tegenstelling tot de volkenrechtelijke aspecten). Te meer is het van belang om van de uitspraak kennis te nemen omdat het kabinet-Lubbers niet heeft laten toetsen of het volksrechtelijk wel door de beugel kan wat het van plan is.

367

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1985

VU-Magazine | 530 Pagina's

VU Magazine 1985 - pagina 451

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1985

VU-Magazine | 530 Pagina's