GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1986 - pagina 143

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1986 - pagina 143

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

geenszins afstootende figuur. Een man die in groote lijnen denkt, volgens groote lijnen handelt en steeds de ridderlijkheid betracht, die tot de beste deugden der democratie behoort." Denkt u niet dat het tijd wordt dat er eens een 'definitieve' biografie over Abraham Kuyper komt? "De definitieve biografie is er nooit! Er zijn wel meesterwerken die niet te evenaren zijn, zoals de biografieën van Gerard Brom over prof. C. Broere, Ariëns en het kleine biografietje over Schaepman, een juweel. Waarom is een biografie nooit definitief? Omdat je altijd te maken hebt met de driehoek schrijver, onderwerp en publiek. De relatie ontstaat steeds weer opnieuw onder invloed van de veranderende tijd. Nu kom ik op een stokpaardje van mezelf. Bij een biografie zijn twee dingen belangrijk: (continue) omgang en (incidentele) aandacht. Het gaat er immers niet slechts om alle feiten op een rijtje te zetten. Wie las alle Standaard- en Heraut-artikelen van Kuyper? En wie las de 10.000 brieven die aan Kuyper werden geschreven en hier worden bewaard? Degene die hem mijns inziens het best heeft getypeerd is C. Gerretson en P. Kasteel plaatste hem het best. Dat er nog zoveel over hem en zijn werk wordt gesproken is moedgevend en typerend voor zijn boeiende persoonlijkheid. Overigens ben ik zelf ook bezig met een biograhe over Kuyper. Van het eerste deel heb ik nu ongeveer de helft af. Zeer zeker moet er een biografie over Kuyper komen, maar dat is natuurlijk wel vragen om moeilijkheden. Iedereen weet er namelijk wat van." Kunt u een soort 'verlanglijstje' maken van het onderzoek dat volgens u nog moet gebeuren? "Dat vind ik een meer boeiende vraag. Allereerst denk ik aan biografieën van al onze twintigste eeuwse minister-presidenten en gouverneurs-generaals. Die verdienen allemaal een biografie. Zo'n Lubbers bij voorbeeld, waar komt die vandaan? Nu weten we het en straks misschien niet meer. En verder Gerbrandy, Cort van der Linden en Ruijs de Beerenbrouck, die dit jaar 50 jaar geleden overleed en die als eerste katholieke premier het katholicisme voor velen in Nederland aanvaardbaarder heeft gemaakt. Net zoals Drees dat deed voor het socialisme en Colijn voor het calvinisme. Ook Cort van der Linden en Heemskerk zijn geheel eigen figuren die allebei een biografie verdienen. Evenals Van Mook, met name voor 1940, een erg miskend man, en Tjarda, diplomaat en bestuurder; als mens heel gaaf. Verder Stadhouder-koning Willem III, en dan niet een verhaaltje van 300 pagina's, maar een biografie met alles er omheen. Als je ziet dat er van Marleborough een bio-

VU-MAGAZINE — APRIL 1986

Dr. H. Colijn spreekt het volk toe

grafie is die vier delen beslaat, dan wordt het hoog tijd dat er iets over Willem Hl komt, die eigenlijk de enige geniale Oranje was. Voorts Groen van Prinsterer. Zijn briefwisseling wordt voltooid door mejuffrouw J. L. van Essen, zij deed wat de mannen niet konden. U bent dan wel zo met de vrouwenemancipatie bezig, maar u zou ook eens aan dit soort vrouwen moeten denken. Al die kleine feitjes heeft zij in stilte verwerkt. Ik heb diepe bewondering voor haar. Ik zou mijn eigen doctorstitel wel willen afleggen als ik haar die kon geven! Vervolgens Wilhelmina. Niet het bekende verhaaltje, maar wat er werkelijk is gebeurd. Daarvoor zullen we moeten wachten tot de bronnen opengaan. Ook koningin Emma. Wie was ze? Ze is acht jaar staatshoofd geweest en ze was toch zeker niet alleen de lieve, bloemen brengende oude dame? Zo heeft Wilhelmina haar later willen inpassen, waarschijnlijk omdat Wilhelmina zelf niet zo aardig was. Dan denk ik aan De Savornin Lohman. Er is een knappe biografie van Suttorp, maar het Lohman-archief is nog bij lange na niet uitgespit. Bosch van Rosenthal, commissaris der koningin, burgemeester en verzetsstrijder. Hij is tijdens de oorlog een van mijn leermeesters geweest. Voorts Marianne Tellegen, directeur van het kabinet van de koningin. Een geweldige vrouw, zij heeft in stilte Nederland mee geregeerd. Je moet wel een knap historicus zijn om over haar een biografie te schrijven omdat veel gegevens natuurlijk heel moeilijk te achterhalen zijn, ook omdat vrijwel alle mensen om haar heen dood zijn. Het kabinet van de koningin zou je de staatsrechtelijke brievenbus van de koningin kunnen noemen; het

verzendt bij voorbeeld de uitnodigingen in verband met een kabinetsinformatie. Dan een aantal theologen. Allereerst Gisbertus Voetius, de protestantse theoloog uit de zeventiende eeuw, die zoveel wijzer was dan de strenge Voetius die wij kennen uit andere biografieën. Een particuliere hobby van mij is K. Schilder, wiens nagedachtenis leeft tussen schemering en trauma. De Menno ter Braak en E. du Perron van de gereformeerde kerken! Over H. Dooyeweerd wordt momenteel een biografie geschreven door M. Verburg. Ik hoop dat het hem lukt omdat een biografie een heel andere opening biedt naar Dooyeweerds werk dan een wijsgerige inleiding. Voorts de theoloog A. H. de Hartog, eigenlijk de enige geniale leerling van Kuyper. Miskotte schreef in 1949 over hem: 'Hoe snel vergeten wij ook hetgeen zo ver boven de middelmaat uitstak'. Het tragische van Kuyper was dat hij in De Hartog een heel briljante leerling had, maar dat deze 'afvallig' werd. In de kerk had Kuyper hele trouwe leerlingen, maar daar zaten weinig oorspronkelijke talenten tussen. Over prof. Eekhof zou ook een biografie moeten komen. Hij was bevriend met Barth, Schilder en Colijn. Zijn hele archief bevindt zich hier, je schrijft er met behulp van zijn publicaties zo een dissertatie over! Van de theoloog Berkouwer verschijnen binnenkort de memoires. Zelfs als ze tegenvallen zullen ze nog belangrijk zijn, vooral om twee zaken. Allereerst de veroordeling van Schilder, en met name de vraag: waarom? En ook om de wending jegens Barth. Dan is ook het archief van dr. C. Rijnsdorp in het bezit van het Documentatie Centrum. Er is al iemand die er plannen mee heeft en ik ben daar benieuwd naar.

129

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1986

VU-Magazine | 496 Pagina's

VU Magazine 1986 - pagina 143

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1986

VU-Magazine | 496 Pagina's