GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1986 - pagina 460

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1986 - pagina 460

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Vorsidit SchuOwaffenl daad hebben geleid. Maar ook hier kwam direct de geruchtenstroom omtrent moord in plaats van zelfmoord op gang. Daar was dan ook alle aanleiding toe, want om het onderzoek naar de omstandigheden waaronder zij stierven hing een waas van geheimzinnigheid. Hoe is het bijvoorbeeld mogelijk dat in de zwaarbewaakte gevangenis waar kontakt tussen de gevangenen uitgesloten was afspraken omtrent een collectieve zelfmoord gemaakt konden worden? Hoe kwamen Baader en Raspe aan de pistolen waarmee zij zichzelf doodschoten? Waarom werd de histamine-test die bij Ulrike Meinhof niet uitgevoerd was ook in het geval van ophanging van Gudrun Ennslin vergeten? Vragen te over, die nochthans niet hebben geleid tot het bewijs dat sprake was van moord, al is ook het bewijs tot zelfmoord niet geleverd. De vijf RAF-leden waar het in het proces om te doen was, waren in 1977 uiteindelijk allemaal om het leven gekomen. Maar de RAF was niet dood. Kort na de dood van Baader, Ennslin en Raspe werd Hanns-Martin Schleyer vermoord aangetroffen in de kofferbak van een auto. Daarmee hield de golf van geweld niet op. Er volgden nieuwe aanslagen, later ook in samenwerking met het Franse Action Directe. De RAF was echter niet meer de oude. Van de ideologische bevlogenheid van de eerste generatie was weinig meer over. De nieuwe RAF-leden rechtvaardigden hun acties met uiterst simpele platitudes, ontleend aan amateuristische boekjes over het marxisme. Veel aanslagen mislukten ook in die tijd. Bommen ontploften voortijdig, er bevonden zich overlopers in de organisatie die informatie aan de politie verschaften en er was een gebrek aan technische kennis waardoor bommen niet goed of zelfs helemaal niet werden afgesteld. Er valt ook een verandering in doelen waar te nemen. Het zijn niet meer de bankiers en de werkgevers, kortom vertegenwoordigers van kapitalistisch Duitsland die het object van aanslagen zijn. Het directe doel is nu de NAVO, en daarin staat de RAF niet alleen. Ook in Frankrijk, Italië en België (de CCC) worden aanslagen gepleegd op NAVO-doelen of op mensen die direct bij het NAVO-beleid zijn betrokken. Daarmee is de RAF toch wel een eind verwijderd van de oorspronkelijke doelstelling. Ook het gewelddadige aspect is steeds meer op de voorgrond gaan treden en daarmee heeft de RAF veel sympathie verloren. In de jaren zeventig was in WestDuitsland een bepaalde voedingsbodem aanwezig voor de ideeën van de RAF. De angst voor herleving van het fascisme speelde een grote rol onder jongeren. Een onderzoek uit 1972 wees uit dat 1 op de 5 Duitse jongeren tussen 19 en 24 jaar bereid was risico's te lopen door een RAF-lid een nacht te verbergen. Er bestond een zekere sympathie voor een organisatie als de RAF, al werd het gebruik van geweld vrijwel

406

In 1984 werd door de Westduitse veiligheidsdienst dit affiche verspreid met daarop de RAF-leden die ervan werden verdacht een bankoverval te hebben gepleegd.

50 000 OM

unaniem afgewezen. Dat was ook in Nederland het geval. Het gebruik van geweld werd hier overal opgevat als een uiterst domme dwaling, maar ter linkerzijde kon men ook wel begrip opbrengen voor de bezorgdheid om een herleving van het fascisme. In 1976 schreef Martin van Amerongen voor Vrij Nederland een analyse over het proces tegen de RAF en "de zelfmoord op Ulrike Meinhof". In een cynisch, doch bewogen artikel gaat hij in op een vergelijking van de daden van de RAF met de daden van anderen. De bomaanslag tegen de Amerikaanse basis, waarbij vier doden vielen, was een misdaad. Maar: "In filosofische zin was de bomaanslag slechts een muggebeet, vergeleken met de napalmoorlog die de Amerikanen voerden tegen de volkeren van Indo-China." Van Amerongen maakt ook een andere vergelijking die tot nadenken stemt. "De vijf doden waarvoor Ulrike Meinhof medeverantwoordelijkheid draagt, zijn precies vijf doden teveel. Nochthans zijn het er 1.499.995 minder dan het totale aantal slachtoffers van de dames Lachert, Ryan, Süss, Meyer en Orlowski - de duivelinnen in mensengedaante die op het ogenblik terecht staan in Düsseldorf in verband met hun werkzaamheden in het concentratiekamp Majdanek. Want hoe men ook moge denken over de politieke en morele kanten van de 'stadsguerilla' die de Bondsrepubliek twee jaar lang heeft geteisterd, het blijft een feit dat in Stuttgart-Stammheim en Düsseldorf op een opvallende manier met twee maten wordt gemeten. In Stuttgart wordt de advocaten systematisch het werk onmogelijk gemaakt. In Düsseldorf voeren de advocaten reeds een half jaar lang, zonder dat zich daarover ook maar iemand druk maakt, een onvervalst antisemitische en

neo-nazistische vertoning op. In Stuttgart worden de verdachten behandeld op een wijze die nu al twee van de vijf verdachten de dood in heeft gedreven. In Düsseldorf lopen de verdachten niet alleen vrij rond, maar zij worden bovendien met een voorkomendheid behandeld die tot nadenken stemt."

D

e zuster van Gudrun Ennslin, Christiane, die het echter volstrekt oneens was met Gudrun, heeft haar dood onderzocht. Het is voor haar nu onrrtogelijk werk te vinden en haar vriend heeft een Berüfsverbot gekregen. De toenmalige bondskanselier Helmut Schmidt sprak over de RAF-leden als moordenaars, ruim voordat sprake was van enige veroordeling. Onder zijn regering werd een uiterst repressief beleid gevoerd ten aanzien van de gevangenen. Wetten moesten worden veranderd om advocaten uit te sluiten van de verdediging. Om, zoals de Duitse rechtbank toegaf, "de politieke identiteit van de gevangen te breken" werd een onmenselijke isolatie ingevoerd, door mensenrechtenorganisaties een 'geprogrammeerde marteling' genoemd. In de Nederlandse pers verschenen artikelen van verontruste artsen. De oud VU-hoogleraar H. J. van Aalderen protesteerde tegen de dwangvoeding die bij hongerstakers werd toegepast en klaagde een samenleving aan die gevangenen zo laat behandelen. Een samenleving waarin Helmut Kohl over de hongerstakers zei: "Als het zoveel kost de hongerstakende lieden in leven te houden, kan men het beter laten." En een samenleving waarin Franz-Jozef Strauss verkondigt: "Een volk dat deze ekonomische prestaties heeft geleverd, heeft er recht op van Auschwitz niets meer te willen horen." D

VU-MAGAZINE - DECEMBER 1986

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1986

VU-Magazine | 496 Pagina's

VU Magazine 1986 - pagina 460

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1986

VU-Magazine | 496 Pagina's