GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1986 - pagina 144

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1986 - pagina 144

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

^^

Dr. Gesina van der Molen (rechts) tijdens haar inaugurele oratie. Zij was de eerste vrouwelijke hoogleraar aan de VU.

Het is ook nodig dat de geschiedenis van een aantal organisaties en bladen wordt geschreven. Ik denk aan de Anti-Revolutionaire Partij (ook hier is al iemand die daarover een plan heeft), de Nederlands Christen Studenten Vereniging (NCSV), het Hersteld Verband en bladen als De Reformatie, Woord en Geest, het Diemer-concern (prof. Diemer is daar zelf overigens al mee bezig) en Opwaartsche Wegen (ook daar wordt al een onderzoek naar verricht). Over elk van de onderwerpen die ik nu genoemd heb zou ik een apart verhaal kunnen houden over de noodzaak van een studie, maar daar zou ik te veel tijd voor nodig hebben. Overigens heb ik gemerkt dat de roomskatholieken betere biografieënschrijvers zijn dan de gereformeerden. Ik noemde al het voorbeeld van G. Brom. De sociaal-democraten zijn weer beter in het schrijven van memoires. Neem bij voorbeeld Troelstra, Wibaut, Schaper, Vliegen en Drees. De ware historicus, als hij over mensen schrijft moet een diepgaand innerlijk proces doormaken in relatie met de beschrevene. Tegen mijn zeer gewaardeerde medewerkers zeg ik altijd dat alles wat je zelf in je leven aan vreugde en verdriet meemaakt belangrijk is voor je werk als historicus." Is het archief voor iedereen toegankelijk? "Ja, iedereen heeft toegang, ook de volstrekte leek. Maar uitsluitend voor wetenschappelijk gebruik, dus zorgvuldig en nobel. Niet om te ridiculiseren, geen nare sensatie en roddelpraat, en niet om een verhaal op te fleuren met de mededeling dat iemand een staatsgreep zou hebben beraamd. We moeten aan de schenkers den-

130

ken. Als ik alles wat ik wist ook zou publiceren zou dat niet nobel zijn. Ik vind het bovendien erg belangrijk dat men een archief in zijn geheel beziet, en niet een citaatje of een feitje dat toevallig in de gedachtengang past. Er moet een beeld oprijzen uit het archief. Wij moeten de doden ontmoeten en tot leven brengen in een goed verhaal. Wat Achterberg deed met zijn geliefde in het gedicht, beoogt iedere biograaf met zijn onderwerp door middel van het verhaal. Ieder mens is toch een mysterie, met storingen zoals oorlogen, echtscheiding, armoede, leed, dood, ziekte, zonde en chantage. Je kunt het niet wegwerken. Ieder instituut verdwijnt, bij voorbeeld de NCSV, een curieus geval want die werd niet gedrukt door de negatieve elementen van de twintigste eeuwse gereformeerdheid. Maar toch gaat die organisatie op de fles! Hoe kan dat?" Wat is het criterium voor het al dan niet openen van archieven? "Allereerst wat de schenkers — zo nodig in overleg met het instituut — bepaald hebben. Sommige mensen overschatten ook wel eens het belang van hun archief en willen het gesloten houden terwijl daar geen duidelijke redenen voor zijn. We maken altijd bepalingen waarin we dit soort zaken regelen. Het belangrijkste uitgangspunt is dat niemand leed berokkend mag worden. Ook een historicus heeft een ambtsgeheim. Er mag ook geen valse sensatie zijn, dat is de gifplant van de geschiedbeoefening. Ik vraag zo nodig aan mensen of ze, als ze de wens te kennen hebben gegeven hun archief aan ons te schenken, dit in hun testament willen vastleggen. Daar was bij voor-

beeld mevrouw Van Lier jaren bezig alle informatie te verzamelen over Boutens. Zij was een grote vrouw, die in stilte haar werk deed. Ze wilde graag, vanwege haar godsdienstige visie op Boutens, dat wij dit archief zouden krijgen. Daar zijn we uiteraard heel blij mee, maar je zou kunnen beredeneren dat het archief ook thuishoort in het Letterkundig Museum. Om problemen te voorkomen hebben we haar toen gevraagd om in haar testament vast te laten leggen waar het archief heen moest. Dan ontstaan er later geen vervelende toestanden." Kunt u voorbeelden geven van bij u aanwezige archieven? "We hebben ongeveer honderd verzamelingen, grote en heel kleine. Misschien lijkt dat niet zoveel, maar we hebben wel de archieven van drie minister-presidenten. Om wat voorbeelden te geven: de archieven van Kuyper, Colijn, Idenburg, Heemskerk, J. Schouten, M. Ruppert (maar dat is nog dicht), prof. Eekhof, dr. Buskes (nog dicht) en dr. C. J. Dippel. Voorts diverse verenigingen en instituten zoals de A.R.-partij, een jongelingsvereniging en het Juliana Ziekenhuis." En kunt u een voorbeeld noemen van de wijze waarop de gegevens in de archieven naar buiten kunnen worden gebracht? "Ik denk aan de vorig jaar verschenen uitgaven van de Briefwisseling Kuyper-Idenburg van meer dan 600 pagina's. Hier zie je twee belangrijke mensen met iets gemeenschappelijks, en vele contrasten en met uitstekende correspondentiecapaciteiten. Het vormt een geheel want het heeft een goed

VU-MAGAZINE -

APRIL 1986

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1986

VU-Magazine | 496 Pagina's

VU Magazine 1986 - pagina 144

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1986

VU-Magazine | 496 Pagina's