GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1986 - pagina 202

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1986 - pagina 202

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

retisch psycholoog, dat een geneeswijze regulier mag heten, wanneer er maar voldoende beoefenaars voorhanden zijn en dat voor de acceptatie van geneesmiddelen hetzelfde geldt. Dit in de psychologie als 'beginsel van de beschikbaarheid' bekendstaand principe blijkt ook hier van toepassing. Het min of meer erkennen van manuele therapie kan voor een groot deel worden verklaard uit het feit dat er zoveel manuele therapeuten zijn. "Naarmate iets vaker gezegd is of gedaan wordt, nemen anderen de boodschap over, onafhankelijk van de kwaliteit of de geaardheid daarvan." Dat verklaart waarom fysiotherapie — in de jaren vijftig nog afgedaan als kwalijke kwakzalverij — nu geaccepteerd is. En zo was het mogelijk dat in West-Duitsland acupunctuur eerst werd afgewezen omdat een wetenschappelijke verklaring voor de werking ontbrak, om slechts luttele jaren later toch het genoegen der erkenning te smaken, "weil es sich so durchgesetzt hat". Het maakt een absolute, inhoudelijke scheidslijn tussen regulier en alternatief uiterst discutabel. Bovendien ziet Vroon aan dit kwantiteitsbeginsel bedenkelijke kanten kleven: "Het is niet te verwachten dat men het inbreken legaliseert omdat er al zo vaak is ingebroken." Een ernstiger verklaring voor het euvel van verkettering en insinuaties in de richting van de alternatieve geneeswijzen, ligt mogelijkerwijs in de belangen die de reguliere geneeskunde en de farmaceutische industrie hebben bij het zoveel mogelijk tegengaan van de alternatieve opmars. Dat bij voorbeeld enzymtherapie nog altijd naar de alternatieve hoek wordt verwezen kan daarmee te maken hebben. In de vakpers is geen enkele zakelijke, klinisch-statistische analyse daarvan te vinden. Het verzet tegen enzymologie is, aldus Vroon, in feite nog slechts te verklaren ais een kwestie van geld en macht... Want, wanneer enzympreparaten niet tot de reguliere geneesmiddelen gerekend mogen worden, hoe is dan mogelijk dat het handboek voor geneesmiddelen, de Informatorium Medicamentorum wèl de enzympreparaten vermeldt die door de grote farmaceutische concerns (Searle, Organon en Upjohn) worden geproduceerd?

Het blijkt, anders gezegd, haast nutteloos te willen inroeien tegen de stroom die wordt bepaald door het reguliere, medische denken en de belangen van de grote farmaceutische concerns... Macht en geld houdt veel alternatieve geneeswijzen af van officiële erkenning. En dat levert soms uiterst curieuze voorvallen op, zoals de zeer persoonlijke anekdote illustreert die dezelfde Piet Vroon ooit aan een verslaggever van de Haagse Post toevertrouwde (HP, 10 september 1983). "De regulieren voelen zich bedreigd door het marktbederf van de opkomende alternatieve geneeskunde. Ik geef een voorbeeld. Vorig jaar kreeg ik een motorongeluk, waarbij een rugwervel verschoof. Dat leidde tot een zeer pijnlijke hernia, waaraan ik besloot me te laten opereren. Zo'n operatie kost mijn ziekteverzekeraar twaalfduizend gulden. Een week voor ik het ziekenhuis in moest bedacht ik me en ging naar een 'kraker'. Die behandelde me zes keer, en ik was m'n hernia kwijt. Het is nu bijna een jaar geleden en nog steeds is mijn rug volkomen in orde. De rekening van die 'kraker', een arts overigens, die driehonderd gulden bedroeg, stuurde ik naar mijn ziekteverzekering. Ik kreeg hem terug met de mededeling dat zij geen alternatieve behandelingen vergoedden. Toen vroeg ik: hadden jullie liever gehad dat ik me voor twaalf mille had laten opereren? Ja, zeiden ze, dat hadden we liever gehad." Het is dus niet zo verwonderlijk dat juist Vroon het onbegrijpelijk vindt dat iedereen zo nodig schijnt te moeten kiezen tussen regulier en alternatief. Wat valt er eigenlijk principieel te kiezen, zo vraagt hij zich tot slot van zijn betoog af, "gegeven het feit dat onze kennis over de mens grotendeels uit lacunes bestaat?" et hardnekkigste verwijt dat de alternatieve geneeswijzen treft is, dat de geneeskrachtige werking op louter illusie en suggestie berust. Het is in feite heel eigenaardig dat de meeste alternatieve genezers zich meestal opvallend fel tegen dit verwijt teweerstellen. Een andere reactie is wellicht effectiever en minder tijdro-

H

^^l^MfM^^^W^.

werkt met homogene populaties, maar op zoek is naar individuele indicaties, die dus een totaal-anamnese vereisen. Dit uitgangspunt, dat haaks staat op het gebruikelijke 'één-middel-bij-één-ziekte', heeft de erkenning van de homoeopathie door de reguliere geneeskunst overigens steeds in de weg gestaan. Het uittesten van een geneesmiddel in een zogenaamd dubbelblind-proef, zoals die in de universitaire geneeskunde gebruikelijk is, lijkt moeilijk te rijmen met de opvatting dat, vanwege achterliggende, individuele factoren, een geneesmiddel tegen exceem bij de ene patiënt wel, maar bij de andere patiënt niet heilzaam za! werken. De essentie van een dubbelblind-test is nu echter juist dat, om de werking van een middel zo objectief mogelijk vast te stellen, zowel arts als patiënt tijdens de proef in het ongewisse zijn of het betreffende middel, dan wel iets geheel anders (bij voorbeeld een placebo) wordt toegediend. Ook de potentiëring, het derde kenmerk van de homoeopatische geneeswijze, is door de reguliere geneeskunde wel als achilleshiel van deze geneeswijze aangemerkt. In de homoeopathie is het denkbeeld van kracht dat door het fijnmaken, -wrijven en verdunnen van 184

Dr. A. van 't Riet: "Geneeskunde mist kansen door de talenten van haar bloedeigen kinderen niet op te merken" VU-MAGAZINE -

MEI 1986

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1986

VU-Magazine | 496 Pagina's

VU Magazine 1986 - pagina 202

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1986

VU-Magazine | 496 Pagina's