GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1986 - pagina 124

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1986 - pagina 124

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

De Doleantie en de werkelijke motieven van Kuyper

'iUweer een kerk waarin het geloof handgemeen raakt!' Vraag een doorsnee hervormde en een gemiddelde gereformeerde Nederlander eens naar de wezenlijke verschillen tussen beider overtuiging. Tien tegen een dat men het antwoord schuldig blijft. Het is ook al een eeuw geleden dat de Doleantie plaatsvond en de gereformeerden hun toen nog schamele boeltje pakten om de hervormde moederkerk vaarwel te zeggen. Maar een gebeurtenis die 100 jaar geleden gereformeerde en vooral ook niet-gereformeerde gemoederen in beroering bracht, vraagt onvermijdelijk om herdenken. Hetgeen dit jaar op grote schaal zal geschieden. Met alle risico's vandien...

Gert J. Peelen Het eerste herdenkingscongres, georganiseerd voor met name kerkhistorici, is alweer achter de rug. En zelfs in die steriele, want wetenschappelijke setting, kwamen de overleverde emoties weer boven. Het is de vraag of het openrijten van oude wonden bevorderlijk zal zijn voor het voorgenomen samen op weg gaan van hervormden en gereformeerden. Het antwoord weten we pas als dit jaar goed en wel voorbij is. Maar intussen dreigt 1986 uit te draaien op één grote Kuyperherdenking... Aanvankelijk zag het er niet naar uit dat überhaupt emoties zouden kunnen oplaaien in dit gezelschap van, voornamelijk, bezadigde oudere heren die eind januari het congres, georganiseerd door het 'Documentatieblad voor de Nederlandse kerkgeschiedenis van de negentiende eeuw' en gehouden in een — dat wel! — bomvol VU-auditorium, bijwoonden. De forumdiscussie, 's middags, ging niet dan moeizaam van start. Zo zelfs, dat de voorzitter, de als altijd laconieke prof. mr. W. F. de Gaay Fortman, de, bij aanvang, schaarse vragenstellers uit de zaal bemoedigde met: "Ja toe maar, ga alstublieft uw gang; zijn we tenminste weer drie minuten dichter bij de theepauze!" Niet de zuiver theoretische, kerkhistorische aspecten van de Doleantie vermochten de gemoederen te beroeren. Wel echter de persoon van Abraham Kuyper, de onbetwiste sleutelfiguur in het gebeuren van 100 jaar geleden. De suggestie als zou Kuyper (ook) op grond van andere dan louter godsdienstige motieven op een breuk met de hervormde kerk hebben aangestuurd, bracht eindelijk leven in de brouwerij. En vanaf dat moment snelden hervormde en gereformeerde kerkhistorici en predikan-

114

ten naar de microfoon om, op hoge toon en met soms overslaande stem, elkaar de enig juiste interpretatie van Kuypers motivatie te betwisten. Men kon er zowaar nog kwaad om worden... Waarom precies? En wat gebeurde er eigenlijk in 1886? Een beknopt historisch overzicht als handreiking, op gevaar af dat ook hier de oude koeien weer boven water komen en geheeld geachte wonden openbarsten.

Metselwerk Net als de Afscheiding van 1834 — twee jaar terug ook al in alle toonaarden herdacht — was de Doleantie niets minder dan een protestbeweging binnen het grote geheel van de Nederlands hervormde kerk die in 1816 door koning Willem I was ingesteld. Een volkskerk waarin ieder lidmaat het zijne of hare mocht denken en geloven maar niet altijd hardop zeggen, zeker niet vanaf de kansel. Strak en hiërarchisch belijnd, had in de kerk de synode alles voor het zeggen. Dit tot ongenoegen van een niet onaanzienlijk aantal orthodoxe belijders die enerzijds het kerkelijk beleid te soepel, ruimhartig en modern vonden, maar anderzijds zichzelf te weinig ruimte zagen toegemeten om in dezelfde kerk de eigen, strengere opvattingen en overtuigingen tot gelding te brengen. Vooral het getal der orthodoxen maakte de kerkbestuurders beducht voor een al te groot overwicht van deze, zich gereformeerd noemende groepering, in synodale en andere kerkbestuurlijke vergaderzalen. Een vrees die ook verklaarbaar is uit het feit dat de hervormde kerk een wat slordig gevoegd metselwerk was van een groot aantal 'richtingen', variërend van uiterst lichtzinnig tot zwaarder dan zwaar. Daar geen van deze stromingen in de meerderheid was, waren coalities en compromissen

het gevolg, hetgeen de synodale besluit- en slagvaardigheid niet steeds ten goede kwam. Het betekende een voortdurende bevestiging van de status quo, die feitelijk in het belang was van alle richtingen, behalve dan van de gereformeerde. Vrijheid, blijheid was nu niet bepaald het devies van Kuyper en de zijnen. Hoewel zij een ruimere vrijheid voor zichzelf opeisten, wensten zij tegelijkertijd op te komen tegen tweeërlei kwaad dat de kerk in hun ogen bedreigde. "Het eerste gevaar bestond in de aanwezigheid in haar midden van dusgenaamde 'leraaren', die onverholen op den kansel de aloude Belijdenis der Christelijke Kerk geheel afbraken; en het tweede school in het (sic.) opzet van zeer vele leden der gemeente, die, met deze predikanten in de verwerping van den Christus eenstemmig, voor de Verloochening van den Christus hetzelfde bestaansrecht in onze Kerk wenschten erkend te zien, hetwelk naar Gods Woord in zijn Kerk alleen aan de Belijdenis van den Christus toekomt", aldus Kuyper zelf in 'Het dreigend conflict' uit 1886. Anders gezegd: de dwaalleer en de valse profeten dienden uit de kerk verwijderd. In 'de strijd voor kerkherstel' hebben de gereformeerden zich vele jaren lang ingespannen voor dit ideaal. Zonder succes, zoals de bestuurlijke structuur van de hervormde kerk al had kunnen doen vermoeden. Dat het pas in 1886 tot een breuk kwam, mag een wonder heten. Een breuk die de gereformeerden van hun kant overigens nog een aantal jaren krachtig zijn blijven ontkennen. Zij waren niet uitgeweest op een scheiding, zoals zij nadien menigmaal benadrukten, maar hadden hun aktie ontketend opdat de hervormde kerk zou terugkeren in het enig juiste spoor. Op dat punt verschilden zij van de Afgescheidenen

VU-MAGAZINE -

MAART 1986

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1986

VU-Magazine | 496 Pagina's

VU Magazine 1986 - pagina 124

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1986

VU-Magazine | 496 Pagina's