GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1986 - pagina 192

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1986 - pagina 192

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

streden waren, gaven de commissarissen van de nog altijd bestaande NV Dagblad De Nederlander aan de nieuwe uitgave hun fiat. Maar CHU-getrouwen onder aanvoering van hun voorman H. W. Tilanus, van oudsher Van Walsums tegenspeler, zagen De Nieuwe Nederlander aan voor een spreekbuis van de Nederlandse Volksbeweging, de organisatie die de doorbraakgedachte propageerde en waaruit spoedig de Partij van de Arbeid zou voortkomen. Van Walsum was lid van de NVB en werd dat van de PvdA, wat volgens hemzelf niet, maar in de ogen van vele anderen wel degelijk strijdig was met de protestants-christelijke signatuur van de Nieuwe Nederlander. In CHU-kring stelde men met toenemende verbittering vast; "Wij hadden een dagblad, dat practisch van de ChristelijkHistorische Unie was; wij hebben dat nu niet meer, omdat men ons dit dagblad heeft ontfutseld." Lang zou De Nieuwe Nederlander overigens niet bestaan. Na een aanvankelijke groei van tot op het hoogtepunt iets meer dan 40.000 abonnementen, gingen veel lezers bij de herverschijning van hun gezuiverde vooroorlogse krant hierop weer over. Mede als gevolg van de gebrekkige organisatie en leiding van het dagbladbedrijf bleek De Nieuwe Nederlander bij de fors teruglopende inkomsten uit abonnementen en advertenties, met geen enkel reëel redmiddel meer voor de definitieve ondergang te behoeden. Het blad verscheen voor het laatst op 12 april 1947. Spannend De achterliggende verklaring voor de overgang van De Nederlander naar De Nieuwe Nederlander is gelegen in de voorgeschiedenis van dit hele gebeuren. Deze is onderwerp van het onderzoek geweest waarop de politicoloog Jan Wieten onlangs aan de Universiteit van Amsterdam is gepromoveerd. Na een wat aarzelend begin (een luttel aantal bladzijden méér over de in tal van richtingen uiteenvallende Nederlandse Hervormde Kerk van de negentiende eeuw zou de toegankelijk van zijn studie beslist hebben verhoogd) krijgt Wietens verhaal duidelijk merkbaar zoveel meer vaart, dat het over het geheel genomen behalve goed leesbaar, vaak ook bijna adembenemend spannend geschreven mag heten. Wieten ontrafelt zorgvuldig de vele draden die met elkaar verweven voeren tot het punt waarop de ontwikkelingen in en rond de CHU culmineren in de overgang van De Nederlander naar De Nieuwe Nederlander. De onmiddellijke voorgeschiedenis van deze overgang neemt omstreeks de tweede helft van de jaren twintig een aanvang. Het rommelt binnen de Nederlandse Hervormde Kerk. Er zijn tekenen die erop wijzen dat men de verdeeldheid die het gevolg is van de aanhoudende richtingenstrijd als een belemmering voor een werkelijk Kerkzijn ervaart. Terwijl de Kerk zelf het echter

174

niet verder brengt dan te studeren op een eventuele reorganisatie, zijn het ondertussen de jongere, voornamelijk intellectuele kerkleden bij wie het besef rijpt van de noodzaak ook daadwerkelijke consequenties te verbinden aan een herbezinning op de rol van de Kerk binnen de samenleving. Zij ontmoeten elkaar in het bijzonder binnen de Nederlandse Christen Studentenvereniging, waar velen onder de invloed raken van de onder hervormden en gereformeerden in het algemeen zeer omstreden denkbeelden van de Zwitserse theoloog Karl Barth, die zich scherp teweer stelde tegen het als christelijk etiketteren van politieke en maatschappelijke stromingen en strevingen. Nederlander-groep Van Walsum was als Utrechts rechtenstudent binnen de NCSV met een aantal eveneens barthiaans geïnspireerde geestverwanten in aanraking gekomen. Zijn voornaamste kritiek gold vooral het gebruik van de bijbel als politiek handboek. Op de CHU had hij bij voorbeeld tegen, dat men door de mond vol te hebben over "het goddelijk recht van ons gezag over Indië", over "de bestieringen Gods, die ons daar gebracht hebben" en over "Rijkseenheid", de zedelijke betekenis van het streven naar zelfstandigheid miskende. In deze stellingname in 1931 (sic!) valt een voorafschadu-

wing te zien van de houding waarmee Van Walsum vijftien jaar later ten tijde van de Indonesië-kwestie middels De Nieuwe Nederlander het starre anti-onafhankelijkheidsdenken van de protestants-christelijke politieke partijen trachtte te doorbreken. Maar hoe kritisch Van Walsum en zijn geestverwanten voor de oorlog ook tegenover de CHU stonden, zij belandden uiteindelijk na vele aarzelingen toch bijna zonder uitzondering in de ledenadministratie van die partij. Zij het dan echter dat zij met elkaar een groep vormden die in de CHU een vernieuwing van de christelijke politiek van binnenuit nastreefde. Hierbij kreeg zij het herhaaldelijk te stellen met de autoritair gezinde rechtervleugel van de CHU onder aanvoering van de Utrechtse staatsrechtgeleerde prof B. C. de Savornin Lohman, een neef van de oprichter van de CHU. Het conservatisme en ook de anti-democratische teneur van het denken van deze vleugel, die geheel in de lijn van het beleid van de achtereenvolgende kabinettenColijn elk overheidsingrijpen in de economie afwees, werden keer op keer fel gestriemd door Van Walsum en de zijnen. In 1933 slaagden deze mensen erin — ondanks de tegenstand — zich een plaats te verwerven in de hoofdredactie van De Nederlander. Vanwege de invloed die zij op deze wijze verkregen, werden zij ook wel de Nederlander-groep genoemd. Het was

Mr. G. E. van Walsum

VU-MAGAZINE — MEI 1986

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1986

VU-Magazine | 496 Pagina's

VU Magazine 1986 - pagina 192

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1986

VU-Magazine | 496 Pagina's