GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1986 - pagina 204

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1986 - pagina 204

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

iiaffiBaDW^m^ëi;W§5iai§

ren. Lange tijd is men ervan uitgegaan dat dergelijke effecten op autosuggestie van de patiënt zouden berusten: er zou geen sprake van werkelijke genezing zijn, alleen het gevoel dat men aan de beterende hand was. Recent onderzoek heeft echter aangetoond dat dergelijke nepmedicijnen objectief registreerbare, fysieke veranderingen kunnen teweegbrengen. Sterker nog: placebo's kunnen zelfs riskante bijwerkingen vertonen, zoals gewenning en terugval nadat met de toediening is gestopt. Eén zo'n voorbeeld is een Japans onderzoek, waarbij jonge mannen met dermatitis (een huidaandoening) met placebo's werden behandeld, en dat tot verbluffende resultaten leidde. Men behandelde de ene arm met een essence van lakmoesbladeren — een stof die de aandoening opwekt en verergert — en de andere met een placebo: kastanjeblad, dat geen enkele uitwerking op de huid heeft, maar waarvan de artsen vertelden dat het een genezende uitwerking zou hebben. De resultaten overtroffen alles wat men tot voor kort over placebo's wist. Op de arm waarvan de patiënten meenden dat deze met lakmoes was behandeld, verergerde al snel de aandoening; de arm, behandeld met kastanje, genas op wonderbaarlijke wijze; althans, dat dachten de patiënten... In werkelijkheid had men met opzet de twee middelen verwisseld... Met andere woorden: een placebo had de kwaal opgeroepen c.q. verergerd! Voor Menges is het gebruik van placebo's in feite helemaal geen nep, en suggestie bepaald geen vies woord. Nog minder betekent de positieve uitwerking van een placebo, dat de patiënt in kwestie waarschijnlijk helemaal niet ziek is geweest, maar aan aanstelleritus leed. Het placebo-effect, aldus prof. Menges, is een volstrekt normaal fenomeen in de alternatieve, maar evenzeer in de reguliere geneeskunde. Het is zelfs een kracht met een dusdanige positieve uitwerking, dat deze op alle mogelijke manieren benut dient te worden.

de reguliere en de alternatieve arts. Contacten tussen die twee — bij voorbeeld wanneer beide eenzelfde patiënt behandelen — zijn uiterst zeldzaam. Wederzijdse verdachtmaking en verkettering is usance. Dat conflict dient te worden opgelost, aldus de hoogleraar, in het belang van de patiënt. Dat het daar nog eens van komt is lang niet ondenkbaar. Langzamerhand groeien de inzichten als vanzelf naar elkaar toe. Ook daarvan kent Menges de voorbeelden. Druppelsgewijs dringt tot de reguliere geneeskunde het inzicht door, dat ziekte en gezondheid geen elkaar uitsluitende, absolute grootheden zijn. Er is, aldus Menges, slechts een gradueel verschil tussen deze twee, die elkaar in een subtiel evenwicht houden. Deze visie, die bij voorbeeld in de oncologie terrein wint, lijkt echter opvallend veel op de balanstheorie die we in de acupunctuur en in andere Oosterse geneeswijzen, met hun yin en hun yang, tegenkomen. Binnen de immunologie is men op soortgelijke wijze bezig de waarde (en de waarheid) van de inmiddels al oude verworvenheden van de homoeopathie te herontdekken. Het blijkt in de reguliere geneeskunde echter moeilijk toegeven, dat men met het negatieve oordeel over bepaalde alternatieve therapieën misschien wat al te voorbarig is geweest. Zo doet men momenteel in de orthomoleculaire geneeskunde ontdekkingen die de verklaarbaarheid van de Moermantherapie bij kanker lijken te ondersteunen. Moermans stelling dat er een meer dan sterk verband is tussen voeding en kanker, vindt nu nauwelijks nog serieuze tegenwerpingen. Toch moet de eerste orthomoleculair geneeskundige nog opstaan die Moerman de credits geeft die hem daarvoor zonder meer toekomen. Reden tot bitterheid bij de beoefenaren van een aantal alternatieve geneeswijzen is er, het strijdperk overziend, dus allerwege. En dat niet alleen om het gebrek aan erkenning. Want daarbij komt dat juist de reguliere geneeskunde het minst succesvol is bij de meest voorkomende kwalen van deze tijd, zoals kanker, auto-immuniteit en psycho-sociale klachten. Vooral patiënten met dergelijke chronische aandoeningen, waartegen de gewone arts of specialist geen kruid gewassen weet, vinden de weg naar de alternatieve genezer. En zo worden de miskende alternatieven uiteindelijk ook nog eens geconfronteerd met de onbetaalde rekeningen van de reguliere geneeskunde. D

rof. Menges (en hij niet alleen) is een verklaard voorstander van een uiteindelijke synthese tussen de reguliere en de alternatieve geneeskunde. Want de enige schadelijkheid die men de alternatieve geneeskunde kan nadragen is gevolg van het gebrek aan communicatie tussen

P

186

VU-MAGAZINE — MEI 1986

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1986

VU-Magazine | 496 Pagina's

VU Magazine 1986 - pagina 204

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1986

VU-Magazine | 496 Pagina's