GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1986 - pagina 418

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1986 - pagina 418

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

dag voor aankomende leerling-verpleegkundigen, konden zoveel aspiranten geselecteerd, dat de A-opleiding al snel volledig was volgeboekt. Niets aan de hand dus? Toch wel. Met de open dagen voor verpleegkundigen lokt men namelijk vooral degenen die al werkzaam zijn in de gezondheidszorg. Met aantrekkelijke aanbiedingen hebben de ziekenhuizen het dus voornamelijk gemunt op eikaars personeel. Het landelijk tekort blijft in dat geval dezelfde omvang houden. Daarbij komt dat de tekorten niet gelijkelijk over alle denkbare ziekenhuisafdelingen zijn verdeeld: de moeilijke, te zwaar geachte verpleegeenheden kampen, naar het zich laat aanzien, blijvend met een gebrek aan, noodzakelijkerwijs meestal sterk gespecialiseerd personeel. En voor de aspirant-leerlingen die zich nu opwerpen voor het verpleegkundig beroep, zal het nog wel even duren voor ze, als gediplomeerden op de afdelingen inzetbaar zijn. Bovendien blijkt, dat academische ziekenhuizen het moeilijker hebben in de slag om het juiste personeel op de juiste plaats te krijgen. Ze hebben bij de potentiële sollicitanten een ietwat ongunstiger imago dan de 'gewone' ziekenhuizen; zwaarder, technischer en meer gespecialiseerd werk, tegen eenzelfde beloning als elders en met meer gemak kan worden verkregen. Het academisch ziekenhuis van de VU bijvoorbeeld, telt momenteel circa tachtig vacatu-

368

res, waarvan het merendeel niet dan met moeite zal kunnen worden ingevuld. En dat zijn dan weer voornamelijk de posten waarvoor specialistische deskundigheid vereist is of die allerwege als 'zwaar' bekend staan, zoals op afdelingen als intensive care en neonatologie. n zo lijkt nu de wal het schip te keren. Want vertechnologisering, specialisering, professionalisering en een onmiskenbare verzwaring van werk en verantwoordelijkheden zijn de trefwoorden in de historische ontwikkelingen van het verpleegkundig beroep. 'Wanneer deze ontwikkelingen de werkelijke oorzaak zijn van het huidige, stijgende tekort aan hooggeschoold, verpleegkundig personeel, dan zouden ze weleens het touw kunnen worden waaraan de verpleging zichzelf nu dreigt op te knopen. Met liefdadigheid en liefdewerk heeft de verpleging — gelukkig — sinds lang weinig meer te maken. Het is een zwaar en verantwoordelijk beroep met vooral veel technische facetten, dat zeer hoge eisen stelt aan de uitoefenaars. Maar waar is de zorgzame ziekenzuster-met-een-roeping eigenlijk gebleven? De ontwikkeling van pleegzuster tot verpleegkundige strekt zich uit over meerdere eeuwen, en begon als religieus georiënteerde liefdadigheid, waarbij de ziekenzorg voor alles armenzorg was. Een roeping vormde dan ook, tot ver in de twintigste

E

eeuw, veelal het motief voor vrouwen om van de zorg voor armlastige zieken en bedlegerigen een beroep te maken. Soms was het ook de enige mogelijkheid voor ongetrouwde vrouwen om het ouderlijk huis, de eenzaamheid en het imago van 'oude vrijster' te ontvluchten. Zelden echter was geldelijk gewin de aanleiding. Want de beloning was onveranderlijk karig. Werk verricht uit roeping hoeft eigenlijk niet betaald, vond de publieke opinie in verleden tijden. Het hemels loon, aangevuld met de dankbare blikken van patiënten èn een zakcentje, moest wel voldoende zijn. Ook de 'secundaire arbeidsvoorwaarden' waren weinig aanlokkelijk: veertien uur werken per dag en één avondje vrij per week. De beeldvorming rond het beroep van pleegzuster was, zacht gezegd, tweeslachtig. Vrouwen die buitenshuis betaalde arbeid verrichtten stonden niet in hoog aanzien, en slechts het feit dat de buitenwacht er, met enige welwillendheid, nog wel wat opofferingsgezind idealisme in kon bespeuren, maakte althans dit beroep nog enigszins acceptabel. In ieder geval was de verzorging en verpleging van zieken eeuwenlang een onmiskenbaar vrouwelijke aangelegenheid. De enkele man die zich daarmee onledig hield was meestal van bedenkelijk allooi. Al in de middeleeuwen waren mannen soms als 'zaalknecht' werkzaam. Later fungeerden zij vaak als 'bewaker' van psychiatrische

VU-MAGAZINE - NOVEMBER 1986

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1986

VU-Magazine | 496 Pagina's

VU Magazine 1986 - pagina 418

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1986

VU-Magazine | 496 Pagina's