GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1987 - pagina 423

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1987 - pagina 423

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

preteren. Uit de aard der zaak leent dit voorstel zich voor aanvaarding of verwerping. Zoals te verwachten was, vallen beide reacties te beluisteren. Een opmerkelijk verschijnsel echter dat deze tentoonstelling begeleidt, is dat de receptie ervan door de onderscheiden publieksgroepen niet altijd gelijke tred houdt met vooraf aangehangen waardenoriëntaties.

A

an de ene kant staan onvermijdelijk de stugge sceptici, die uit naam van de redelijkheid van het gezonde mensenverstand ieder vertoon van spirituele verdieping het verwrongen spiegelbeeld van bedwelmde zwijmelarij en dansende tafelbladen voorhouden. Een nare houding is dat, deze hyperkritische pose, die mensen de goede wil beneemt om de realiteit van mystiek en occultisme, zo niet serieus te nemen, dan toch in ieder geval als onderstroom van de Europese cultuurgeschiedenis te erkennen. Ten dele vermengt zich deze afweerhou'Occulte lectuur': Jo- ding tegen The Spiritual in Art ook met hann Georg Gichtel, Theosophia Practica. het verzet van die kunstenaars en hun cri-

tici, die de formele abstractie - zoals Mondriaans strak geometrische composiProf.dr. Carel Blotties - strijdvaardig tegen iedere poging kamp: 'PafvanMontot inhoudelijke interpretatie blijven bedriaans radicaliteit.' FotoAVC/VU. schermen. De beproefde ideologie van T H i l O

S O P I I Ï

lll\

24

A

i'l iliCILUi'U

/ 'art pour l 'art bewijst goede diensten als laatste verdedigingslinie tegen het oprukkend besef dat de abstracte schilderkunst van tegenwoordig, met haar talloze creaties in de trant van 'wit op wit doek', danig op haar retour is. Maar behalve scepsis oogst deze tentoonstelling ook enthousiaste, bewonderende reacties - en niet helemaal ten onrechte. In het licht van het bewijsmateriaal dat de expositie en de schitterend uitgevoerde, begeleidende catalogus aandragen, kan niemand ontkennen dat The Spiritual in Art een belangwekkende bijdrage levert aan een evenwichtiger interpretatie van de abstracte schilderkunst van de afgelopen honderd jaar. De tentoonstelling doet echter meer dan voor de kenners het kunsthistorisch perspectief rechttrekken. Zij verschaft ook een 'geestelijk kompas' aan wie zich voelt aangesproken door de spiritualiteit die tal van abstracte schilders heeft bewogen. De goedwillende receptie van The Spiritual in Art wordt mede bepaald door de mogelijkheid zich te herkennen in de geëxposeerde kunstwerken en zich te identificeren met de makers daarvan. Sluipenderwijs voltrekt zich dusdoende een herwaardering van de formele abstractie, die tot dusver in esoterisch bevlogen kringen van antroposofen en anderen vaak voor 'kil' en 'ontoegankelijk' •werd aangezien. Het spanningsveld waarbinnen de ten-

toonstelling zich beweegt, is hiermee afdoende omlijmd. Blijven de grote vragen die The Spiritual in Art oproept: hoe is het mogelijk om in de abstracte schilderkunst met behulp van de inspiratie van mystiek en occultisme 'het onzichtbare zichtbaar te maken'? En waar loopt binnen de abstracte schilderkunst de scheidslijn tussen geëngageerd broddelwerk en de waarlijk artistieke creatie?

fl

D

e eerste vraag is te beantwoorden aan de hand van een concreet voorbeeld. Wassily Kandinsky (1866-1944) neemt onder de pioniers van de abstracte schilderkunst uit het begin van deze eeuw een prominente plaats in. Als schilder was hij één van de eersten die de overstap van het symboolgeladen, semi-figuratieve expressionisme naar de abstractie aandurfden. Zijn artistieke en spirituele ontwikkelingsgang staat tot op zekere hoogte model voor die van tal van zijn geestverwante tijdgenoten. De Rus Kandinsky besloot tot een loopbaan als kunstenaar nadat hij in zijn geboorteland eerst een studie in de rechten en de economie had voltooid. In de beginjaren van deze eeuw vestigde hij zich in München, waar het geestelijk klimaat hem in aanraking bracht met het esoterische sectarisme van de Theosofische

^liwtit^i;''

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1987

VU-Magazine | 485 Pagina's

VU Magazine 1987 - pagina 423

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1987

VU-Magazine | 485 Pagina's